Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 2
(1936)–Hugo de Groot– Auteursrecht onbekend703. 1621 Oct. 29. Aan N. van ReigersberchGa naar voetnoot6.Mon frere. Ick danck U.E. van de liberale communicatie van de tydingen. Hyer en gaet niet om dan dat Montauban noch belegert is, met weynich apparentie van te veroveren. 't Belegh verslijt veel volcx. D'hoope van een generale vrede | |
onlancx geschept uyt de communicatie van den Heer ConnestableGa naar voetnoot1 met den heer van Rohan is verdwenen. De Coning leght de schuld op de heer van Rohan, dye men seyt versocht te hebben dat een casteel te Montauban gemaeckt ende hem in handen gegeven soude werden. Die van de Religie seggen, dat hy niet particuliers versocht en heeft. 's Nachts tusschen den laesten Saterdagh en Sonnedagh hyer is groote schade geschyet, alsoo twee straten, op bruggen gemaeckt, te weten op de Pont aux Oiseaux ende des Changes, t'eenemael zijn verbrand, oock met eenige schade aen 't Palais. 't Quaedste is dat de R. Catholycquen uytgeven dat die van de Religie hyervan oorsaeck zijn, waerdoor groote swaericheyt soude connen ontstaen, ten waer de heeren van 's Conincx Raed, 't Parlement van Parijs, de hertogh van MonbasonGa naar voetnoot2 - dye zeer groote debvoiren doet met heele nachten door de stadt te ryden - ende voorder alle andere magistraten daer voor waren. Wat het Parlament op dese occurrentie gedaen heeft sal U.E. mercken uyt het bygaende. Ick heb de Verantwoording van de voorgaende Regiering van ons LandtGa naar voetnoot3 by de handt genomen. 't Sal een lange werck vallen, maer ick sal daer gestaedigh aen blyven. Middelertijd wordt gedruckt sonder naem ende sonder historisch verhael 't gunt ick ingestelt had aengaende 't geloof van de oude kercke op onse questienGa naar voetnoot4, alsoo de voornaemsten alhyer sulcx noodigh vinden. Belangende de consultatieGa naar voetnoot5, ick heb daerop vry wat gedacht ende hoe ick daer meer op dencke, hoe ick noodiger vinde op de mening van de vrage ende op de circumstantien op het antwoord noodigh te hebben mondelinge instructie, dye ick van niemant anders als van U.E. can verwachten. Doch twijffele off U.E. gelegentheyt sal zijn haest over te comen - 'twelck ick wensch nae dat ghy met de personen, die de consultatie versoecken, sult hebben gesproocken -. Soo niet saege ick gaern dat U.E. 't uytstel van mynentwege geliefde te excuseren. Ick vrese sonder mondelinge instructie groote misslagen te doen. Wilt hyerop letten. Aen de kercke van Charenton was begonnen te bouwen, doch gaet slappelick voort, omdat die van de Religie meest uyt Parijs zijn. Nopende het schrift tot aenwysinghe van de aenstaende periculenGa naar voetnoot6 vind ick niet quaed. Ick meen dat men in 't Land wel bequaeme personen sal vinden om sulcx te connen doen. De ses bouckenGa naar voetnoot7 heb ick gesonden aen een goed vrund van dewelcke ick antwoord verwacht. De papieren die U.E. vind wilde ick wel dat overgesonden werden soo best can vallen. D'heer BoreelGa naar voetnoot8 had my op 't stuck van de Oost Indische Compaignie geschreven, waervan ick d'heer van MaurierGa naar voetnoot9 heb geadviseert. De geinterresseerde Franchoisen hebben my oock doen aenspreecken. Spreeckt vry met hem daervan. | |
Indien U.E. nae Hollant treckt ende gelegentheyt vind om 349Ga naar voetnoot1 te spreecken, 't welck ick wensche, verstaet uyt hem off 24Ga naar voetnoot2 genegen is 32Ga naar voetnoot3 te accommoderen. Indien jae, off 24Ga naar voetnoot2 soude goed vinden dat ick daertoe wierd gebruyckt door voorslagh van 75Ga naar voetnoot4. In welcke gevallen ick geen swaricheyt soude maecken onder een goed paspoort een reys te doen. Onlancx is een persoon by my geweest, ondersaet van 866Ga naar voetnoot5, die my versochte van wegen den Graeff van SoorGa naar voetnoot6 om een advys te geven aengaende de successie van Buiren. Ick ten respectie van 349Ga naar voetnoot1 heb sulcx geweygert hoewel my merckelick profeyt daerin stack. Myne gebiedenisse aen moeder ende alle vrunden. Den XXIX Oct. XVIcXXI. U.E. dienstwillige broeder
|
|