Archives ou correspondance inédite de la maison d'Orange-Nassau (première série). Tome III 1567-1572
(1836)–G. Groen van Prinsterer– Auteursrechtvrij† No CCCIVb.
| |
[pagina 201]
| |
Ga naar margenoot+nyet nodelycker ende godtsaligher is dan alsulcken regyringhe ende politie te hebben ende usurperen in dewelcke eerst ende voor all de vercundinghe des suyveren woordt Goodes ende der oprechte relligie vry ende thoegelaten sy. Des nyet te min is kentelycken ende openbair voor oghen dat ter contrary sonder eenighe treyn van gherechtigheyt des Mts landen ende ondersaten nu geregyrt ende met d'aldermeeste tyrannie van de vreembde regyrders owervallen werden, dezelve nyet alleen voor een tydtlangh quellen ende [bedrugenGa naar voetnoot1], dan met alzulcke lasten van affgodery, eedten ende andere ongottlycke wetten, placaten ende packen beswaren, dat oick tot ewighe daghen (ten sy metter hulpe Goods daarinne tydtlyck voorsien werde) alle nacomelinghen, kinderen ende descendenten deselve ende noch meerdere sullen moeten lyden ende draghen tot bedervenisse van heur opvoedinghe en lyff, guedt ende heuren sielen salicheyt, handelende als nu also met denghenen dye na Goodes woordt vrylicken te lewen ende hem te dienen ghesocht hebben, als off deselve rebellen ende des Mts schenders, verraders ende ongehoorsamen waren, deselve an lyff nde guedt ende eere vervolgende met vanghen, bannen, hanghen, confisqueren van goeden, sonder alle behoirlycke middele van justicie te gebruycken, na heuren appetit ende guedt beduncken; doende cesseren, casseren ende aboleren alle besworene privilegien ende guede usantien, de landen, steden ofte ghemeenten ter contrary heuren mottwille eenichsins competerende. Deur welcke onvryheyt des oprechten relligie ende 't bedvanck tot heuren affgoderye, mitsgaders d'ongherechtigheit in politica administratie van | |
[pagina 202]
| |
Ga naar margenoot+privilegien, confisqueren, vanghen, verjaghen ende bannen van mennich dusent guedetreffelycke welvarende mannen, heren, printzen, edelen ende onedelen, coopman, ambachtsman ende landtman, gheestelyck ende whaarlyckGa naar voetnoot1, notelycken volghen moet de bederfenisse des Mts landen ende ondersaten tot een grote oneer ende blamatie synder Mte, met denwelcken dese ongeregeltheid ende tyrannie becleedt ende bedeckt werdt, soo dat een ewighe haat ende affgunst syne Mte by syne getrouwe ende willighe ondersaten deur desen gemaact wordt; dat te beduchten staat dat veel lyver d'ondersaten alsoo benaudt ende verdruct, als oick wat voorstander ofte oversten sullen annemen ende trou syn, dan alltyd sy ende heur nacomelinghen ewichlycken alsoo onrechtelycken ende ongewoonlycken geplaacht te worden, duldich ende lydsamich blyven sullen; ghelyck daarvan ghenouch exemplen voor handen syn dat de tyrannie ende woedicheyt der oeversten, heren ende coninghen over haar ondersaten een haat, affwyckinghe ende verdryvinghe der zelvenGa naar voetnoot1, en dat grote ellenden allzulcken landen ende heren overcommen, dewelcke ende allwaar veel ballinghen van heure getrouwe ende vrome vasallen ende ondersaten ghemaackt werden, soe dat endtlycken nu in syne Mt Nederlanden nyet anders dan des Mte bedervenisse ende oneer gesocht ende voorgestelt en wordt. Deser ende dyrgelycken oirsacken halven, hebben wy Wilhelm deur de ghenade Goods Prinche van Orangien, etc., vasall ende mede gouverneur van wegen syne Mte in de Nederlanden, nyet cunnen laten off hebben motten in desen uuytersten noot om de bedruckte ende geaffligeerde | |
[pagina 203]
| |
Ga naar margenoot+ondersaten, tot eernstighe versoucke soo van de geaffligeerde der relligion als oick andere catoliquen soo men te noot oick met de tyrannie beswaart, ter eere ende glorye Goods ende des Mts sonderlinghe dienste, te helpen ende succureren, alle gherechtighe ende billycke middelen vinden ende voorwenden, ten eynde deur de vryheyt des oprechtens relligie ende dye vercundinge des suiveren woordt Goods alle voorsz. ende veel meerdere inconvenienten voorhoedt ende voorcomen sullen moighen worden, en dat alle landen, steden ende gemeenten, in heure welvaren, privilegien, usantien ende gerechticheden haar van syne Mts gesworen, volherden sullen moeghen, ende een ygelyck syn handelinghe ende welvaren sall moighen dryven ende genieten na behoiren, cesserende ende abolerende alle secten ende manyren van placaten, sententien ofte bannissementen ter contrary teghens ymandt syn persoon ofte gueden, der relligie halven, met het ancleven van dien gedaan. Ende want dese saacke allen ende een ygelyck landt, stadt, gemeente ende persoon is voor hem ofte de synen concernerende ende dat want oick nymant desen ongevordert te syn is begherich, maar uuyt gantscher harten t'avanchement van dien is vunschendeGa naar voetnoot1 ende begherende, ofte te minsten sulx soude moeten begheren ende Godt Allm. bidden, ten ware deselve een verlater des vaterlandts ende syns naasten, een hypocryt, ja een versaacker voor Godt Allm., ende oick des Mts eer ende gherechticheden gheen voorstander geacht ofte oick datelycken soude willen wesen. Daaromme versoucken wy Wilhelm Printze van Orange, etc. als voren, dat een ygelyck landt, stadt, | |
[pagina 204]
| |
Ga naar margenoot+dorp, vleck, gemeente ende persone dye dese onse opene ghesegelde ende verteckende bryve deur Joannen Basium getoont ofte voorgelesen sal worden ofte dije eenichsins deser onser intentie andersins cunschip ende onderricht sullen hebben, dat dye eendrachtelycken met ons, deur de ghenade Goods, dese saacke willen anvaarden, helpen exequeren ende alle bystandt hem moigelycken ons thooschicken ende bewysen, elck in 't gheen hem van onsent weghen deur den voorsz. Basium, ofte syne gesubstitueerde, voorgehouden sal werden. Belovende ende verseeckerende mits desen wy Wilhelm Printze van Orangien, etc. als boven, voor ons ende onse consorten, medehelpers, heren, vorsten, capiteynen ende andere dienars, dat wy alle middelen ende manyren, ons moighelycken, soucken ende voorwenden sullen dat nymant, wat stadt, vleck, dorp, gemeente ofte persone het sy, deur heuren hulp ende bystandt ons te bewysene eenighe schade, noot ofte verlies van privilegien, off andersins, van onse wederstanders ende vianden en sall moighen overcomen, ende overgheco̧men synde, d'selve t'ontsetten, beschutten ende beschermen om deselve daaruuyt te helpen, ons daarthoe met lyf ende macht imployren. Verclarende ende verseeckerende eenen ygelycken mits desen, dat met der hulpe Goods deur guede hulp, bystandt ende eendrachticheyt des bedructens gemeente, de saacke tot een gueden eynde gebracht te sullen werden, om dat wy overall ons met een genouchsame menschelycke hulpe ghelyck sullen laten vinden ende ons zelfs verthonen, nyet twivelende God Allm. werde syn almogende handt tot syn eere ende glory ende d'oprichte bescherminghe synder creaturen | |
[pagina 205]
| |
Ga naar margenoot+ende gemeente, tot een ghemeener welvart des vaderlandts verlenen ende een heer synder heerscharen wesen. Mars. Aldus gedaan ende versegelt by ons hyronder geschrevene, na onse gewoonte van segelen in dyrgelycken, op onsen huysen endefesting Dyllenburgh, Ao dusendt vuyfthien hondert acht ende tsestich den seven ende twintichsten martij. |
|