Briefwisseling J. Greshoff - A.A.M. Stols

[p. 238]

821. A.A.M. Stols aan J. Greshoff, 29 maart 1950¹

[The Hague,] 29-3-50

Beste Jan,

Dank voor je brief van 25/3. Dat was vlug, gisteren hier!

Maandag prof. Bosman begroet: zeer geschikt, prettig gepraat, contact gelegd. Betreurde dat Nat.[ionale] Pers zoveel kansen miste (o.a. mij). Woensdag - eindelijk - van Wyk Louw gesproken. Allerliefste man, ben verrukt van hem. Zal zijn inaug. rede drukken (5 Juni).² Lunch a.s. Dinsdag met hem en redactie Winkler Prins.³ Hij zal wel medewerken. Ik wilde ook prof. (du Plessis?) Scholtz uitnodigen. Wijk werkt graag met hem samen. Ik ken Scholtz toch? Help mijn memorie en geef me zijn adres.

Het wordt dan wel Nat. Pers i.pl.v. Afrikaner Pers (gezien goede relaties van Wijk), als ze accepteren. Ik tracht t.z.t. dan zelf even naar Kaapstad over te wippen. Wie is nu directeur van de uitgeverij der n.p.? Albertijn? Wijk wist het niet.

Uit Bloems vingers eindelijk de proef der Verz. Beschouwingen. Verwierp veel, dat reeds gezet [+was], doch vulde aardig aan. Er komt in het ‘debat’ over Rhetoriek, en ik neem stukken van Verwey, v. Eyck en v. Ameide op.⁴ Het boek zal dus t.z.t. verschijnen.

Van Ameide gezien en gesproken. Lijkt me ruim 70. Aardige baas. Ik zal zijn gedicht uitgeven, boekje ± 40 blz.⁵

Van Gijsen nog steeds geen kopie van ‘Goed en Kwaad’ (alias: De Kruik?) Verder geen nieuws. Binnenkort meer, hoop ik. Schrijf veel!!!

H.gr. v.h.t.h.

je

Sander

1 Geschreven op briefpapier van A.A.M. Stols, Publisher, The Hague (Netherlands). Head-Office: Bildersstraat 8. Administration-Office: Van Blankenburgstraat 71.

2 Die digter as intellektueel.

3 De redactie van de vanaf 1947 verschijnende zesde druk van de Winkler Prins Encyclopaedie bestond uit E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink.

4 In een appendix bij Verzamelde beschouwingen van J.C. Bloem waren De richting van de hedendaagsche poëzie van Albert Verwey (p. 223-237), Een nieuwe rhetoriek? van Th. van Ameide (p. 238-242) en Aanteekeningen over rhetoriek van P.N. van Eyck (p. 243-255) opgenomen. Het essay van Verwey was oorspronkelijk in De Beweging 9 (1913) 1 (januari), p. 52-66 gepubliceerd. De stukken van Van Ameide en Van Eyck waren reacties op Verweys artikel, en werden oorspronkelijk gepubliceerd in De Beweging 9 (1913) 3 (maart), p. 288-292 resp. p. 298-310. (Zie voor het verloop van het debat en Bloems bijdrage daaraan: J. Kamerbeek Jr., Albert Verwey en het nieuwe classicisme, Groningen 1966, p. 1-4, m.n. p. 2 n.3.)

5 Aarde en hemel zou 35 pagina's tellen.