Ik heb dit na kort beraad aanvaard en zooals de zaken er nu voorstaan vertrek ik op het einde
van Juni naar die verre landen.
Dit is dus ineens een geheel ander aspect dan Zuid-Afrika.
Zondag 11 hebben wij de 60e verjaardag van Jany gevierd. De receptie was zeer geanimeerd en
uitermate druk bezocht. Er is veel en lang gesproken, o.a. door Jany zelf, die een soort
uiteenzetting heeft gegeven over het dichterschap. Jany heeft zooals ik je al schreef niet de
Nederlandsche Leeuw gekregen, doch de Regeering heeft aan Karel Willink opdracht gegeven zijn
portret te schilderen, dat dan bestemd is voor een openbaar gebouw door Jany nader aan te
wijzen.Ga naar eind2
Verder heeft Jany ook gekregen de Constantijn Huygens-Prijs van de Jan
Campert-Stichting.Ga naar eind3 Deze is dus helaas aan je neus
voorbijgegaan. De prettige dingen zijn niet altijd voor ons bestemd en les absents ont tort....
Nu je niet voor de plaquette hebt kunnen poseeren en er uitsluitend met photo's gewerkt moest
worden heb ik uitvoerig met Gra Rueb samengewerkt over het afmaken van het ontwerp. Dit is nu
gereed. Je hebt wel een verbazend moeilijke kop en zoo'n ongelooflijk beweeglijk masker, dat
het erg moeilijk is de gelijkenis van een moment vast te leggen. Maar ik ben er van overtuigd,
dat zij er voortreffelijk in geslaagd is de algemeene indruk van je physionomie weer te geven.
Het ontwerp is nu in gips afgegoten. Ik meen je toch wel beter te kennen dan je nichtje De
BloemeGa naar eind4 en
tegen haar advies in heb ik nog enkele kleine veranderingen laten aanbrengen, die de gelijkenis
m.i. zeer ten goede gekomen zijn.
Ik zal er voor zorgen, dat voor mijn vertrek het comité in elkaar wordt gezet om de gelden
voor deze penning bij elkaar te brengen.Ga naar eind5 Misschien wil je mij
daarom even schrijven (en liefst per keerende post) wat je bedoeling met deze
penning is. Het aardigste zou zijn, dat ieder, die bijdraagt (een zeker bedrag) ook een
exemplaar van de penning kreeg. Wij zouden dan kunnen trachten jou een zilveren of
verguld-zilveren penning aan te bieden.
Het zal met zilver al moeilijk zijn, omdat er bij de Munt ongemunt zilver moet worden
ingeleverd en hoe komen wij daaraan?
Van goud is natuurlijk geen sprake, hoe graag ik je dat ook gegund zou hebben en hoe
waardevol dat ook geweest zou zijn.
Wat zullen wij dus probeeren, zilver of verguld zilver?
En laat mij dan ook even weten hoeveel exemplaren je zelf zoudt willen hebben.
Van Wijk Louw zal ik dus tot mijn spijt niet ontmoeten.
Wat de leening aan Jacques betreft, ik hoop, dat Jacques in staat zal zijn hem de 40 pond
terug te betalen. Jacques kan misschien wel iets van mij krijgen, doch zeker niet wat hij zich
voorstelt.Ga naar eind6 Wij hebben slechts papier voor 1500 ex van de | |
Verzamelde Gedichten 3e druk. Hiervan zijn er naar ik meen bij aanbieding 300
verkocht en er komt helaas niets bij. Dit komt natuurlijk ook, omdat er sinds het verschijnen
van Jacques' bundel al weer zooveel nieuws gekomen is: Slauerhoff,Ga naar eind7
CampertGa naar eind8 en Jany.Ga naar eind9
Heerlijk, dat jullie 1 Juli in je huis kunt trekken. Ik hoop, dat ik volgend jaar daar jullie
gast mag zijn. Wij weten dan ook iets meer van de anti-immigratie plannen van Malan!Ga naar eind10
Ik hoop, dat bij ontvangst van dezen brief je gezondheid weer wat opgeknapt is. De heer en
mevrouwGa naar eind11
Flaes hebben ons laatst een bezoek gebracht. 't Was erg gezellig en hij heeft toen ook uit zijn
stuk over Slauerhoff voorgelezen. Maar de kopij is nog lang niet persklaar en ik heb dan ook
niets van hem ontvangen.Ga naar eind12 Ik sprak Balkema even bij Jany's receptie-tentoonstelling bij
Broese te Utrecht. Hij liet mij een exemplaar zien van Jany's werkje
voor Zuid-Afrika bestemd.Ga naar eind13 Hij bleek weigerachtig te zijn mij exemplaren
te verkoopen. Mag ik er dus vast op rekenen, dat jij in Afrika 3 exemplaren
voor mij koopt en dat deze naar den Haag worden gezonden, zoodra zij in Kaapstad zijn
aangekomen. 't Is 1 ex voor Bornkamp,Ga naar eind14 1 voor 's-Gravesande en 1 voor mij.
Wij maakten op de receptie van Jany te Amsterdam nog kennis met de
Nienabers. Elisabeth Eybers was Jany's tafeldame bij het diner. Greet en ik zijn zeer verrukt
van de Wesselsen. Zij zitten nu in België en zij corrigeert er de proef van de
Afrikaansch-Engelsche bundel, die ik voor Gerrit Bakker gereed maak.Ga naar eind15 Deze komt voor mijn vertrek nog in orde.
Sterkte met de verhuizing! en hartelijke groeten van ons allen, ook voor Aty,
je
Sander
|
-
eind1
- Geschreven op briefpapier van A.A.M. Stols, Publisher, The Hague (Netherlands).
Head-Office: Bildersstraat 8.
-
eind2
- Het Portret van de dichter A. Roland Holst
(1948) van A.C. Willink is door het ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen in
bruikleen gegeven aan het Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum te Den Haag.
(Zie H.L.C. Jaffé, Willink, Amsterdam 19832, cat.nr.218;
en ill. p. 170.)
-
eind3
- De Constantijn Huygens-prijs was in 1948 door een
jury bestaande uit F. Bordewijk, Martinus Nijhoff en J. Hulsker toegekend aan A. Roland Holst
voor zijn gehele oeuvre. De prijs bedroeg fl 2000,-.
-
eind4
- Antoinetta Maria (Nek) Exalto-de Bloeme (1889-1984).
-
eind5
- Ter viering van Greshoffs
zestigste verjaardag op 15 december was een uitvoerend comité gevormd bestaande uit G.H.
's-Gravesande, F. Mayer (secretaris), M.R. Radermacher Schorer (penningmeester), A. Roland
Holst (voorzitter) en Stols.
Dit comité werd bijgestaan door een comité van aanbeveling,
bestaande uit A.P.A.A. Besnard, D.A.M. Binnendijk, J.C. Bloem, L.J.C. Boucher, A.J.J. Delen,
Maurits Esser, A. von Eugen-van Nahuys, P.N. van Eyck, S.L. Hartz, F. van Hecke, K.
Jonckheere, B. van Kampen, J.W. van Kampen, C.J. Kelk, H.W.J.M. Keuls, R. Marsman-Barendregt,
Henri Mayer, R. Minne, P.H. van Moerkerken, M.B.B. Nijkerk (op de verspreide circulaire
abusievelijk als N.B.B. Nieuwkerk venneld), M. Nijhoff, G.W. Ovink, G. Polak Daniëls, H.J.
Reinink (voorzitter), P.H. Ritter Jr., Maurice Roelants, H. Roland Holst-van der Schalk, S.H.
de Roos, A. van Schendel-Boers, Jan Schepens, G. Stuiveling, Adriaan van der Veen, S.
Vestdijk, Victor E. van Vriesland en J.W.F. Werumeus Buning. Er werd door beide comité's
een circulaire verspreid met de volgende tekst: ‘Op 15 december a.s. hoopt de dichter en
essayist Jan Greshoff zijn zestigste verjaardag te vieren. Hij is de jongste van zijn
tijdgenoten Albert Besnard, J.C. Bloem, Dirk Coster, P.N. van Eyck en A. Roland Holst. Het is
bijna onnodig om op de betekenis van de figuur van Greshoff voor onze letterkunde te wijzen.
Hij immers behoort tot de dichters met een heel eigen toon, dadelijk van anderen te
onderkennen; de hekelaar van alles wat niet echt is. Bewonderaar van de Franse cultuur, heeft
hij van zijn jeugd af daarvan getuigd. Als leider van tijdschriften heeft hij steeds een
stimulerende invloed gehad op de ont-wikkeling van de Nederlandse Boekkunst en na het
aarzelend begin van anderen, zeer veel baanbrekend werk op dat gebied verricht. Aangezien het
bekend is, dat zeer vele personen op deze dag van hun bewondering en vriendschap voor Greshoff
blijk willen geven, hebben zich twee Comité's gevormd, om gezamenlijk met zijn vrienden en
belangstellenden zijn zestigste verjaardag op waardige wijze te vieren. Daar Greshoff zich in
Kaapstad gevestigd heeft, zal er helaas van een persoonlijke huldiging geen sprake kunnen
zijn. Wij stellen ons echter voor op tweeerlei wijze deze bijzondere figuur onze waardering te
tonen. Tijdens het laatste bezoek van Greshoff aan Nederland heeft de beeldhouwster Gra Rueb
een penning van hem ontworpen, waarvan wij de zestigjarige een afslag willen aanbieden. Tevens
wordt in samenwerking met de Nederlandsche Vereeniging voor Druk- en Boekkunst een boekje van
Greshoff uitgegeven, dat als titel draagt: “Mijn vriend Coster”. De graveur S.L. Hartz zal
voor deze uitgave twee kleine gravures maken, namelijk van Laurens Janszoon en van de auteur.
Om het bovenstaande te verwezenlijken nodigen wij U hierbij uit enige gelden beschikbaar te
stellen. Daar wij aannemen dat velen onder U niet alleen gaarne medewerken om ons doel te
bereiken, maar tevens zelf een herinnering aan deze huldiging willen bezitten, heeft het
Uitvoerend Comité gemeend de volgende regeling te moeten maken: degene die tenminste f 7.50
beschikbaar stelt ontvangt een exemplaar van “Mijn vriend Coster”; voor een bedrag van f 10.-
ontvangt men een afslag van de penning, terwijl aan ieder die tenminste f 15.- stort, de
penning en het boekje te zijner tijd zullen worden toegezonden.’
-
eind6
- Op 1 juli zou J.C. Bloem volgens afspraak recht hebben op
een voorschot van fl 500,- op zijn honorarium voor de derde druk van Verzamelde
gedichten. (Zie br.746 n.3.)
-
eind7
-
Verzamelde gedichten.
-
eind8
-
Verzamelde gedichten
1922-1943.
-
eind9
-
Verzamelde gedichten i.
-
eind10
- Op 26 mei waren in Zuid-Afrika verkiezingen voor het Huis van
Afgevaardigden gehouden. Deze verkiezingen hadden geresulteerd in een stembusoverwinning voor
de Nasionale Party van D.F. Malan. Malan ging een samenwerkingsverband aan met de Afrikaner
Party en vormde een nieuw kabinet, dat, buiten hemzelf als premier en minister van
buitenlandse zaken, uit de volgende ministers bestond: T.E. Dönges (binnenlandse zaken, post
en telegrafie), N.C. Havenga (financiën), E.G. Jansen (kleurlingen), J.S. Strydom (grondbezit
en irrigatie), C.R. Swart (justitie), P.O. Sauer (transport), S.P. Le Roux (landbouw en
boswezen), A.J. Stals (gezondheid, sociale zaken en onderwijs), F.C. Erasmus (defensie), R.J.
Schoeman (arbeid en openbare werken), E.H. Louw (economische ontwikkeling en mijnbouw).
Het kabinet-Malan zette de politiek voort dat alleen Nederlanders voor wie een officieel
erkende instelling of organisatie in Zuid-Afrika garant stond, danwel immigranten die hetzij
een baan toegezegd hadden gekregen, hetzij over voldoende financiële middelen beschikten,
werden toegelaten.
-
eind11
- R. Flaes en diens echtgenote Augusta Jenny Stever.
-
eind12
- Stols zou in mei 1949 de kopij van Slauerhoff. Herinneringen en brieven van F.C. Terborgh (ps. van R. Flaes)
ontvangen. (Zie br.793.)
-
eind13
- A. Roland Holst, De twee
planeten bevat de uitgewerkte tekst van een lezing, gehouden in 1946 tijdens zijn
rondreis door Zuid-Afrika. Het was in 1947 verschenen bij A.A. Balkema te Kaapstad &
Amsterdam. Het boekje was gedrukt bij drukkerij ‘De Hoop’ te Amsterdam in een oplage van 275
exemplaren, waarvan 25 op oud-Hollands.
-
eind14
- Stols' assistent A. Bornkamp had
in 1942 in eigen beheer een Bibliografie van de werken van A. Roland Holst
gepubliceerd.
|