Leo van Breen.
Ina Boudier-Bakker.
Zij klopte, en de deur ging langzaam open,
een weinig aarzelend, alsof ze niet
wou wijken van het pralende gebied
dat tans in boekvorm oov'ral is te kopen.
Het leven van de Amsterdamse heren
en joffren is tans muurvast vastgelegd
in vele bladen druks - Het zij gezegd:
men leest er uit, hoe alles kan verkeren.
Blonde en bruine, magere en dikke
omes en nichten, Ahnengalerie.
Een smeuïge familie-potpourri
(vriend Tauber staat zijn mond al af te likken)
maar toch héél aardig. Boeiend ook. Vergeet er
toch niet het vele werk dat moest verricht
vóór dat een opoe/pa groeide' uit elk wicht.
Het is alleen: Couperus deed het beter.
Hoera, Hoera! De Nutsdepartementen
hebben nog nooit zo'n rijke dis gehad;
En vreten zich àl kwebbelende zat
aan deze reuze-pudding met véél krenten!
Uit: ‘Lyriese portretten’.
A.A.M. Stols, Maastricht.