Nederlandsche gezangen
(1785)–Leendert Grendel– Auteursrechtvrij
[pagina 16]
| |
[pagina 17]
| |
Leert hier in deezen Heldenkring
Het heil der Burgerwapening,
Bepeilt het spreekende oog - ziet vrije traanen vloeijen.
Gij aarzelt: voelt ge U aangedaan?
Ontrolt uw oog een dierbre traan?
ô Neen: gij blijft verstokt; - sterft dan in helsche boeijen!
Maar waarom U dus aangespoord;
Gij die Natuur en plicht versmoord,
Het aardsche zalig vloekt! - en als een dier wilt leeven!
Voor U, hoe schor mijn zang ook zij,
Voor U klinkt hier mijn toon te vrij!
Voor U, ontaarde drom! heb ik niet aangeheven.
| |
[pagina 18]
| |
Komt nadert gij, die Vrijheid zoekt,
Die Dwang, Geweld en Heerschzugt vloekt;
Die stil als 't Burgren past het waerdigst heil wilt smaaken;
Die niet verhit op Muiterij,
Alleen bedoelt het Burgervrij,
En goed en leven zet, om band en juk te staaken.
Komt nadert in dit zalig oord!
Daar gij de leer der Vrijheid hoort, -
Waar gij 's Volks Majesteit haar zagte wet ziet geeven.
Gevoelt hier, wat de Vrijheid is!
Bezeft haar grievend heilgemis!
En kiest het leven dan, wanneer gij slaafsch moet leeven!
| |
[pagina 19]
| |
Verneedrend denkbeeld! een Bataaf
Zou kruipen - knielen als een Slaaf,
En zich al lachend zien in ijzren beugels klinken!
Neen! zoo dit oord zijn vrijheid mist;
Zoo Neêrlands glorie wordt gekist,
Zal hij met Vaderland en Vrijheid, - eer verzinken!
De list vertolk' de lust tot Vrij
In moedwil, - muitzugt, dwinglandij;
Zij moog' een Samenkomst als hoogst gevaarlijk doemen.
Ja! heet dit staan naar de Oppermagt,
Waar door men 't hoog gezag ontkragt,
Of agt hen Dwingers; die zig Vrijheidszoonen noemen,
| |
[pagina 20]
| |
Geen nood! dit's taal die wanhoop uit.
De Heerschzugt vind haar' loop gestuit;
En poogt zig nu door list ten zetel in te dringen.
Zij zal het uiterste bestaan;
Maar gij! gij kunt haar trots verslaan!
Wijl ze uw Musketten vreescht, en ziddert voor uw klingen.
Zie daar dan 't heil der Wapening.
Wie doemt nu nog een' Burgerkring
Zoo als men onlangs een' in Utrecht zag gesloten?
Waar door de Vrijheid wordt geschraagd!
De Heerschzugt van haar Troôn gevaagd!
En 't eeuwig heil beraamd van Stad- en Landgenooten.
|
|