Middelnederlandsche historieliederen

[p. 163]

1527 (21 Mei).
XXIX. Vreugdelied op de Geboorte van Filippus II.

Wel een eigenaardigen indruk maakt nu op ons het vreugdeliedje over de geboorte van dezen vorst, die later zoo door zijn volk gehaat zou worden. Den 21sten Mei 1527 werd Filips als oudste zoon van Karel V en Isabella van Portugal te Madrid geboren. Geen wonder, dat men door 't gansche land deze gebeurtenis met blijdschap vierde, maar plotseling verstomde de vreugde door de tijding van de plundering van Rome: de Keizer toonde zich over het ergerlijk optreden zijner landsknechten en hun oneerbiedige behandeling van den Paus zoo bedroefd, dat hij aanstonds bevel gaf alle feesten te staken.

Het liedje is gedicht door Matthijs de Casteleyn en in zijn Diversche Liedekins¹ opgenomen als n^o. XIX; voor Fl. van Duyse's nieuwe schrijfwijze der aldaar opgegeven melodie zie men P. Fredericq, Onze hist. Volksl., blz. 70.

Bron: Mignet, Rivalité II, blz. 352.

Op den voys, Ick vrijdde een vroukin.²

Springht alle zeer wijfs ende mans,
Knechtkins en Meyskins tsamen,²
Laet ons verheughen desen dans,³
Twerdt t'onser alder vramen:⁴
De mare is hier
Int Vlaemsch vergier,⁶
't Bescheyt mach elck wel horen,⁷
Lof hooghst Princier⁸
Van dit bestier,⁹
Een Prince is ons gheboren!

1 Zie blz. 142.

2 Dit is de aanhef van n^o. XI van de Diversche Liedekins.

2 knechtkin, jongen.

3 laten wij ons verheugen bij dezen dans.

4 vrame, voordeel.

6 vergier, beemd, land.

7 bescheyt, bericht.

8 Princier, vorst, hier God.

9 over deze besturing.

[p. 164]

2

Den Vlamingh is vreese ende ducht¹

 

Gheweerdt met veel calaignen:²

 

Gheboren was dees edel vrucht

 

Nu cortelinghe in Spaignen.

 

Dien Godt bemindt

 

Dwaelt niet een twindt,⁶

 

Laet ons hem niet verstoren:

 

Deur dit bewindt⁸

 

Weest vro ghesindt,

 

Een Prince is ons gheboren!

 

 

3

Danst alle zeer deur dit bedrijf,¹

 

Ons blijft nu paeys en minne:²

 

God wil vertroosten 't reyne wijf,

 

Ons edel Keyserinne:

 

Noyt zulck een pant⁵

 

Veur onderstant⁶

 

Quam ons van haer te voren.⁷

 

Schoon Vlaender-lant

 

Weest nu playsant,⁹

 

Een Prince is ons gheboren!

 

 

4

Prince, hooghste Godt t'ons liberael,¹

 

Lof u deur dit ghevaren:²

 

Wy bidden ghy desen Vassael³

 

Ons langhe wilt bewaren,

 

En sparen doet

 

Veur teghenspoet

 

Wy hebben wtvercoren:

 

Lof hooghste goet

 

Met sin en moet,⁹

 

Een Prince is ons gheboren!

1 vreese, gevaar; ducht, vrees.

2 calaigne, overlast, onaangenaamheid.

6 niet een twindt, geenszins.

8 wegens deze besturing.

1 deur dit bedrijf, om deze gebeurtenis.

2 minne, vrede.

5 pant, schat, kostbare bezitting.

6 tot bijstand.

7 quam te voren, viel ten deel.

9 playsant, vroolijk.

1 liberael, mild.

2 deur dit ghevaren, wegens deze gebeurtenis.

3 vassael (ofra. vassal), dapper man.

9 met hoofd en hart, geheel en al.

Lezing van den tekst. 3, 6: onderstrant.