Op den raave.
De Raaven zyn (als Natuurschryvers melden) zo onagtzaam dat zy veeltijds haar Nest vergeeten; zo dat haar Jongen van Honger zouden vergaan, by aldienze, uyt een aangebooren voorzigtigheid, daar teegens niet eenige Goed in haar Nesten hadden daar Wormtjes in groeyen, welke de Jongen als dan eeten: hier op speeld, mogelijk de text, wie bereid de Raaven haaren kost? als haar Jongen tot God schreeuwen, als zy dwalen om dat 'er geen Eeten is. Job.39.v.3. ook werd haar groep Cras Cras (in het Latyn) Morgen Morgen, aardig tot een spreekwoord gebruykt, om de onagtzaamheid der Menschen te berispen, dewelke den boozen Dag verre stellende, denken het is nog tyds genoeg, teegens het voorbeeld Pauli, daar hy zegt, vergeetende het geene dat agter is, ende strekkende my tot het geene dat vooren is, Jaage ik na het wit, tot den Prys der Roepinge Gods die van booven is in Christo Jezu. Phil.3.v.14. veel Menschen Leeven met zoo weinig agterdogt, als of zy nimmer sterven zouden; haar vervrolykende wylze afneemen, gelyk de Slekken, die op het vier gelegt zynde piepen, en zoet geluyd geeven, inmiddels dat haar huysjes brandende vergaan. Maar o Mensch! gedenkt dat de, heilige Geest zegt Heeden als gy zijne Stemme hoord, zo verhard uwe Herten niet. Heb.3.v.7. Ziet dan hoe gy V[o]orzigtelijk wandeld: niet als onwijze maar als wyze, den tijdt uytkoopende wyl de Daagen boos zijn. Eph.5.v.15. Zyt niet traag in het beneerstigen, zijt vierig van Geeste, diend den Heere. Rom.12.v.11. ende Gedenkt aan uwen Schepper in de Daagen uwer Jongelingschap, eer dat de kwaade Daagen komen ende de Jaaren naderen, van dewelke gy zeggen zult, ik hebbe geen Lust in dezelve. Ecles.12.v.1.
Onagtzaamheid, waar in 't ook zy,
Brengd niet dan Schaade en Moeite by:
Zoo Amaza hadde opgepast,
Had Joabs swaard hem niet verrast.