Op de muys.
DE Muys is wel de grootste Vyand van den Oliphant, om dat hy in der zelver snuyt insluypen en hem Dooden kan, daarom hy hem ook (volgens het getuygenis der Natuurschryvers) zorgvuldig voor dezelve wagt. Ja zelfs, wanneer een Muys haar voeder maar heeft aangeroerd, zoude hy daar niet van willen eeten: dit verstrekt een voorbeeld tot Leeringe zig voor gevaar te wagten. Want naar 't Ouder spreekwoord.
Zo zie yder wel toe, dat hy zyn Vyand niet te klein agt, want daar by wylen geen Magt is, daar is zomtyds List, en de Laagen zyn gevaarlijker dan Openbaar geweld: ook mag men wel agt geeven, om zyn Naasten in Jok of boert niet te na te komen, alschoon het een geringe zaak schynd, want uyt schamper Jok komt veeltyds wel Ernst voort, en door een kleen Vonk onstaat zomtyds een groot Vuur; een kleene beleediging heeft meermalen g[roo]te Vyandschap veroorzaakt, of slaat over tot geveinsde Vriendschap: 't geen erger dan openbaare vyandschap is, gelyk David klaagd want het is geen Vyand die my Hoond: anders zoude ik hem hebben gedragen; 't is mijn Haater niet die zig teegen my groot maakt, anders zoude ik my voor hem verborgen hebben; maar gy zijt het, o Mensch! als van mijn Waardigheid, mijn Leidsman ende mijn Bekende. Psalm.55.v.13. dies yder dog voorzigtig Wandel in Opregtigheid en Liefde met zyn Naaste, om het zoet van deeze Spreuk te smaaken, als imands weegen den Heere behagen, zo zal hy ook zyne Vyanden met hem bevreedigen. Prov.16.v.7.
Men steun niet op zyn Goed of Kragt,
Nog al te ligt Gevaar veragt:
Die zig, met Goliat verheft,
Voeld, Vaak, hoe Davids slinger treft.