Verzamelde werken. Deel 8. Laatste gedichten(1952)–Herman Gorter– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 226] [p. 226] [De verte gaat open. - En ik zie den Staat] De verte gaat open. - En ik zie den Staat, Door den tijd heen, van de goudene Vrijheid, En van de blauwe en de blanke Blijheid, Gemaakt door 't zege vierend Proletariaat. En daar verrijst eerst een gouden gelaat, En dan een gestalte in wit gewaad, Lachend om de om haar glinstrende vrijheid, Van uit de neevlen der lachende blijheid, Boven den verren en zaligen staat, Gemaakt door 't gelukzalig proletariaat. En ik voel een oneind'ge nieuwe liefde Voor die gedaante. Zij is mijn Geliefde! Zij is der nieuwe Menschheid goud Genie, Zij is de nieuwe Geest der Poëzie. Vorige Volgende