Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie(1948)–Herman Gorter– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 453] [p. 453] Bijlage III [pagina 454] [p. 454] Onuitgegeven gedichten uit de jaren 1886-1892. [pagina 455*] [p. 455*] [Ik wilde wij woonden alleen te samen] Ik wilde wij woonden alleen te samen 'k zou woorden je fluisteren in het oor - De wereld heeft er geen woorden voor als stervelingen nooit vernamen. Want velen die op aarde kwamen Ruischte het even door 't gehoor, Ze stonden stil, zwegen er door, En schrikten even, en krompen samen. Stil nu, slaap te middernacht, Dan wil ik komen, bleek en stil En met je droomend, fluisteren zacht Wat ik je wakend niet zeggen wil. Woordjes, zoo zacht mijn lieveling als golfjes, die breken, een voor een, ver op zee, ver, dichtbij, dichtbij, overal, hièr aan het strand, en waar wolken slapen op zee. Woordjes zoo zacht mijn lieveling als ruischende regen over je heen ruischende regen in de Mei een Lentemei van een liefdejaar, of regen ruischend in zee. Luister dan mijn lieveling, of uw oor die geluiden ving, woorden, die ik zachtkens zing, hoor ze stil, mijn lieveling. Vorige Volgende