Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie(1948)–Herman Gorter– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 102] [p. 102] ['k Heb mijn oor tegen zooveel stemklokken geleend] 'k Heb mijn oor tegen zooveel stemklokken geleend, mijn mond is door zooveel winden gegaan, ik heb toch zooveel lachen meegemeend, bij toch zoo heel veel dingen heb ik stilgestaan - tot ik bij u kwam, o mijn schitterlief, mijn edelsteenhand, u mijn oogelief, mijn vonkend rad, mijn vogel vliegend vuur, mijn schitterlief van altijddoore duur - en tot de wereld die zoo in mij was verzameld vroeger als in spiegelglas, werd gij - ik heb het alles opgehoopt tot u, het is in u gedoopt als brandend hout in vuur, o mijn licht schitterlief van altijdduur - zijt gij daardoor misschien zoo opgeblonken, liefdesherinnering tesaam gezonken? - ik sta rondom u als een vaste muur, en samen spele' uw licht en mijn getuur. Vorige Volgende