Het imperialisme, de wereldoorlog en de sociaal-democratie
(1915)–Herman Gorter– Auteursrecht onbekendV. Het Voorbeeld van Duitschland. De Redenen voor het Nationalisme van het Proletariaat. Weerlegging dezer Redenen.Het voorbeeld van Duitschland. Deze oorlog is de oorlog van Duitschland. Niet in dien zin, dat een der andere groote Mogendheden minder ‘de schuld aan’, de oorzaak van dezen oorlog zou zijn. Maar in dezen, dat Duitschland hem het best heeft voorbereid, hem met de grootste kracht voert, door de grootste materieele en geestelijke krachten gestuwd wordt, het grootste doel voor oogen heeft, de aanvallende partij dus zijn moet, en, alleen kapitalistisch-technisch, kapitalistisch-ekonomisch gesproken, afgezien van alle andere factoren, - winnen moest. Duitschland heeft zich na 1870 tot tweeden Europeeschen | |
[pagina 23]
| |
kapitalistischen staat omhoog gewerkt. Maar Duitschland overtreft Engeland in organisatie van industrie, handel, verkeer en bank, - innerlijk is het daarin machtiger. Met de Vereenigde Staten is het het eenige modern georganiseerde kapitalistische land. - Zijn absolutisme, zijn jonkerdom, - en daardoor zijn leger en bureaukratie, - maken het, - naast de gecentraliseerde Bank, de geconcentreerde Handel, Industrie en Transport, - tot het model van den Imperialistischen staat, tot den eenigen volkomen Imperialistischen staat der Wereld. Het vereenigt de machtsmiddelen der Bourgeoisie met die der Absolute Monarchie. Zijn krachten, zijn expansiekracht, zijn, door dit alles, grooter dan die van Engeland zonder zijn kolonies. Maar Duitschland is afgesneden van volkomen expansie. Het kwam te laat tot de macht. De beste stukken der aarde waren al in bezit van anderen. En de Mogendheden hebben gezorgd, dat het niets of bijna niets kreeg. Alle pogingen van Duitschland, om iets van beteekenis te krijgen, zijn geheel of bijna geheel verijdeld. Marokko kwam aan Frankrijk, aan België de Congo, Engeland nam het grootste deel van het overig Afrika, den Bagdad-spoorweg kon Duitschland niet alleen houden, van alle zijden kwamen zijlijnen in andere handen. In Azië bekwam het zoo goed als niets. In Afrika zeer weinig. De enorme voordeelen die uit monopolistisch koloniaal bezit, monopolistische sfeeren van invloed, kunnen voortvloeien, bleven het Duitsche Kapitaal ontzegd. Duitschland's Kapitalisme werd als een stoomketel, waaruit de stoom niet ontsnappen kan, dien het niet kan laten werken als het wil. Frankrijk, Engeland, Rusland houden het opzettelijk sinds jaren in zijn volkomen expansie tegen, ter wille van hun eigen kapitaal. Dat wil Duitschland niet langer verdragen. En daarom heeft het zich sinds jaren op dezen oorlog voorbereid, om zich zelf den weg te banen, die het wordt ontzegd. Daarvoor diende de reusachtige openlijke en geheime bewapening. Daarvoor het reusachtige leger en vloot. Daarvoor diende de plotselinge aanvraag der 1000 millioen in 1913. Daarvoor de voorbereiding der Rijksbank, beter dan die van eenige andere nationale Bank. Duitschland wil een einde maken aan zijn kleinheid, het wil nu zijn banden breken. | |
[pagina 24]
| |
Duitschland wil nu Marokko, en een groot deel van het overig Fransch Afrika, het wil Fransch bezit in Oost-Azië, Siam, Cochin China. Het wil Klein-Azie, Mesopotamië. Het wil Belgisch Congo. Het wil stukken van het Engelsch bezit: Engelsch Zuid-Afrika misschien. Misschien stukken van Engelsch Indië. Het wil de Portugeesche bezittingen in Afrika. Het wil Nederlandsch Indië. Het wil de ekonomische en politieke beheersching van een groot stuk van China. Het wil, om dit alles te bereiken, België en Nederland onderwerpen of van zich afhankelijk maken. Dit alles wil het, en door dezen oorlog wil het zien wat het hiervan bereiken kan. En waarlijk, van kapitalistisch-ekonomisch standpunt: het komt het Duitsche Kapitalisme toe. De sterkste verdient het meest in de kapitalistische wereld. Uit het oogpunt van zuiver kapitalistischen vooruitgang alleen, en niet uit het onze: dat van de ontwikkeling van het proletariaat, en van zijn strijd, tot Macht en Eenheid,Ga naar voetnoot*) men kon wenschen dat het Duitsche Kapitalisme won. Hoe ontzaggelijk veel meer zou Duitschland met zijn organisatiekracht, met zijn geconcentreerde banken, zijn gecentraliseerde reederijen en handel en industrie kunnen halen uit deze gebieden, dan Engeland, België, Holland, Frankrijk, Portugal. Hoe veel sneller zou de Aarde kapitalistisch worden ontwikkeld! Het Duitsche Kapitalisme voelt ook, dat nu het uur gekomen is, dat nu gehandeld moet worden. Want als bij de verzwakking van het Turksche Rijk Rusland Armenië neemt, Frankrijk Syrië, en een deel van Klein Azië, Engeland een ander deel daarvan, Egypte en Arabië, en Rusland en Engeland deelen Perzië, dan is Duitschland's kans op groot Aziatisch gebied voorbij. En als Engeland dan nog meester wordt van den weg van Kaïro naar de Kaap, en China na een tijd zelfstandig en machtig, dan is, daar Zuid-Amerika wel niet meer in Europeesche handen komen zal, Engeland meester van een overgroot deel der wereld,Ga naar voetnoot**) Rusland, de Vereenigde Staten, later misschien China, zijn eenige gelijk- | |
[pagina 25]
| |
waardige mededingers, en Duitschland's kans op wereldgebied geheel voorbij. Duitschland is dus èn door de expansie-, de uitzettingsmachten die het van binnen drijven, èn door de vormen die zijn Imperialisme heeft, èn door de geweldige machten die zijn expansie aan alle kanten in den weg treden, èn door het groote doel, het grootste van alle Staten, dat het zich stelt, - de drijvende kracht van dezen eersten Imperialistischen Wereld-Oorlog.
Duitschland moet dus het voorbeeld zijn, waaraan wij de Imperialistische politiek en haar gevolgen, en de houding van het proletariaat tegenover haar, aantoonen. Maar, aan den anderen kant, Duitschland heeft ook de sterkste arbeidersklasse. Op Duitschland vooral, zei Marx reeds, houden de Communisten van alle landen het oog gericht. Het heeft de kapitalistische ontwikkeling doorgemaakt onder omstandigheden, onder voorwaarden, die veel verder gevorderd waren dan die waaronder de andere kapitalistische landen van Europa ze doormaakten. Daar is, tenvolge daarvan, het proletariaat georganiseerd en geschoold zooals nergens, en minder dan ergens anders door burgerlijke traditie bezwaard. Tengevolge daarvan staan daar tegenover de sterkst georganiseerde kapitalisten, de best georganiseerde arbeiders. Meer dan een millioen leden heeft de soc. dem. partij, vier millioen stemmen worden op haar uitgebracht, de vakvereenigingen tellen tusschen de twee en drie millioen leden. Een geweldig aantal arbeiders leest dagelijks de socialistische couranten. En evenals in Duitschland, veel meer dan in Engeland, het Kapitaal is georganiseerd in Syndikaten en Kartels en gecentraliseerde Banken, zoo zijn ook daar, veel meer dan in Engeland, de arbeidersvereenigingen, zoowel de politieke als de ekonomische, niet meer versplinterd maar op reusachtige wijze gecentraliseerd. De tegenstelling tusschen de kapitalisten- en de arbeidersklasse is, door dit alles, daar scherper dan in de andere staten van West-Europa. Het absolutisme, het jonkerdom, en de militaire lasten verscherpen die tegenstelling nog op het hoogst. De sterkste, meest imperialistisch gezinde bourgeoisie staat daar dus tegenover het meest socialistische proletariaat. | |
[pagina 26]
| |
Hier zal men dus, zoo ergens, de tegenstelling tusschen het imperialistisch kapitalisme dat alle bewoners der aarde wil onderwerpen en tot slaaf maken, en het proletarisch socialisme dat hen wil bevrijden, het duidelijkst moeten zien. En toch, de Duitsche arbeidersklasse gaf juist èn zelf èn in zijn vertegenwoordigers in den Rijksdag het voorbeeld van samengaan met het Imperialisme. Juist dáár stemde men het eerst vóór de oorlogsuitgaven. En de arbeiders trokken juist daar het eerst, niet alleen haast zonder verzet, maar met geestdrift vaak ten strijde. Hoe kwam dit?Ga naar voetnoot*) Welke redenen gaven zij zelve op?
Maar voordat wij deze onderzoeken, moeten wij eerst nog iets over den Oorlog zeggen, dat onze weerlegging van die redenen, die de Sociaal-Demokraten in het algemeen en de Duitsche in het bijzonder voor hun meedoen aan den oorlog geven, versterken zal, en dat wij tot nu toe slechts even aanroerden. Als deze eerste Imperialistische Wereld-Oorlog lang duurt, - en het is door de reusachtige krachten en hulpbronnen van Engeland, Duitschland en Rusland waarschijnlijk dat hij lang duren zal, - dan is een inzinking der Europeesche maatschappij mogelijk. De honderden milliarden die deze oorlog dan aan Europa kosten zal voor wapens en onderhoud der legers, moeten vermeerderd worden met de vernielde waarden van stad en land en ter zee, met de waarde der millioenen arbeidskrachten die verminkt en vermoord te loor gaan, met de waarde der produkten die niet worden voortgebracht. Na den oorlog zal voor de honderden geleende milliarden milliarden rente moeten worden betaald. Maar de Europeesche landen kunnen dan door dit alles zóó verarmd zijn, dat zij zeer moeilijk de productie weer kunnen opnemen, zeer moeilijk de benoodigde grondstoffen uit andere werelddeelen kunnen koopen. Hierdoor wordt het proletariaat natuurlijk het meest getroffen. Een enorme en lange krisis -, misschien na een gedeeltelijken, korten en schijnbaren bloei, - en werkeloosheid staat dan voor de deur. Maar dit is niet alles. | |
[pagina 27]
| |
Dit ware misschien in langen tijd te overwinnen. Er dreigt nog erger. Om de gevolgen van dezen eersten Imperialistischen Wereld-Oorlog te begrijpen, moet men ook het oog slaan op de wijze waarop hij afloopen zal. Twee wijzen van einde van dezen oorlog zijn mogelijk. Of een van beide partijen overwint. Maar geen van beiden kan den tegenstander vernietigen. Als Duitschland overwint, verplettert het misschien Frankrijk en België, Engeland's macht kan het niet vernietigen. Evenmin kan Duitschland Rusland geheel overwinnen.Ga naar voetnoot*) Overwint dus Duitschland, dan wapenen Rusland en Engeland zich terstond weder, oneindig sterker dan te voren. En een nieuwe strijd dreigt weer. Overwinnen daarentegen Rusland, Engeland en Frankrijk, Duitschland kunnen zij toch niet verpletteren.Ga naar voetnoot**) Daartoe is Duitschland innerlijk veel te sterk. Overwinnen zij dus, dan begint Duitschland opnieuw met wapening reusachtiger dan te voren, en een nieuwe strijd staat voor de deur. Het kan ook gebeuren, dat geen van allen overwinnen, maar allen te verzwakt zijn om verder te vechten, en daarom vrede sluiten. Dan beginnen zij, zoodra zij maar kunnen, hun nieuwe bewapening, om, zoodra zij sterk genoeg zijn, weder te gaan vechten. Deze twee einden van den strijd zijn, zoover wij zien kunnen, de eenig mogelijke. Zij zijn evenwel de ondergang onder het Imperialisme van het proletariaat.
Als het proletariaat, door den langdurigen oorlog, en door zijn gevolgen, uitgeput en lange tijden werkloos, dan nog weer belast werd met nieuwe, nog reusachtiger bewapening en nieuwen oorlog, zou het dit, als georganiseerd strijdende klasse, niet kunnen dragen.Ga naar voetnoot***)
De groote materieele ellende, door den oorlog en de eko- | |
[pagina 28]
| |
nomische depressie veroorzaakt, zou het geestelijk hebben uitgeput, zijn weerstandsvermogen hebben verzwakt, - nieuw Imperialisme, nieuwe bewapening, nieuwe oorlog zou zijn ekonomische kracht vernietigen.Ga naar voetnoot*)
Bij dezen eersten wereldoorlog gaat het dus om het Bestaan der Arbeiders. Wel te verstaan: om het Bestaan der Arbeiders als strijdende klasse.
Het Proletariaat moest zich dus, om die mogelijkheid, tot het uiterste en met alle middelen, tegen het Imperialisme en den Wereldoorlog verzetten. Ook om zijn toekomst. Ook uit zelfbehoud.
En bovendien dreigt na dezen oorlog een reeks van Wereldoorlogen, zooals wij boven reeds zagen, om het Monopolistisch Bezit van groote deelen der wereld. Ook daarom dus moest het proletariaat zich tot het uiterste teweer stellen.
Zien wij nu de redenen die de Duitsche Sociaal-Demokraten, - en met hen die van Frankrijk, België, Engeland, etc. - voor hun deelnemen aan den wereldoorlog opgeven. Zij zeiden: vòòr het uitbreken van den oorlog hebben wij alles gedaan om hem te verhinderen. Dit is onwaar. Het machtigste middel tegen het Imperialisme en den oorlog, de actie der Massa zelve, is niet gebruikt. Noch in de jaren vóór den oorlog, - toen zij de Duitsche Heerschende Klassen had kunnen doen beven voor de macht van het Proletariaat, en hen voor een Oorlog had kunnen leeren vreezen, - noch toen de oorlog kwam.
De verdere redenen ter verdediging van het vrijwillig meedoen aan den oorlog als hij eenmaal uitgebroken is, kan men in drie soorten onderscheiden. De eerste is: de afweeroorlog. De tweede, het belang van het geheele proletariaat dat de eene partij wint. | |
[pagina 29]
| |
De derde, dat men den vijand uit het land moet houden, om het eigen bestaan, het eigen land, de eigen nationaliteit te redden. Wij zullen deze argumenten achter elkander beantwoorden.
De Duitsche sociaaldemokratie zegt: Rusland viel Duitschland aan en wij moesten ons dus verzetten. Wij hebben boven gezien dat dit maar schijn is. Het Duitsche Kapitalisme is, even goed als het Russische, door zijn Imperialisme, de aanvaller. Dat dus de Duitsche Sociaal-Demokratie een afweer-oorlog voerde, is onwaar.
Maar nu de belangen van het geheele, van het Wereld-Proletariaat.
Gij zegt: het is het belang van het Proletariaat der wereld dat Duitschland Rusland verslaat. Rusland is een despotisch land waar geen vrijheid voor de arbeiders bestaat. - Maar de Franschen en Belgen en Engelschen zeggen: het is goed voor het Proletariaat der Wereld, dat Frankrijk en Engeland winnen, want Duitschland is een absolutistische staat, waar de jonkers regeeren en waar de constitutie maar een schijn is. - Wie heeft gelijk? Wij antwoorden: Geen van beide heeft gelijk. De toestand in Europa is zoo geworden, dat in alle landen, behalve Rusland,Ga naar voetnoot*) de arbeidersklasse onder nagenoeg de zelfde voorwaarden van vrijheid en slavernij leeft. De nadeelen in het eene land worden door die in het andere opgewogen. - In Rusland zelf is de demokratie op weg, en alle oorlog kan daar de arbeidersbeweging, die zich zelve zal vrijmaken, slechts schade doen.Ga naar voetnoot**)Deze oorlog heeft reeds het Czarisme versterkt. De geheele bourgeoisie is vóór den Czaar. En dit proces van gelijkwording aller Europeesche arbeidersklassen is, door de industrialisatie aller staten, in voortdurenden groei. Wat wil dit dus zeggen? Dit: dat deze oorlog en elke volgende Imperialistische wereldoorlog der Europeesche (en wij kunnen er bij voegen Noord-Amerikaansche, en Australische) staten geen voor- | |
[pagina 30]
| |
deelen, geen grootere vrijheid meer brengen kan aan het proletariaat, doch alleen even groote nadeelen, hoe ook de uitslag zij, geen belang dus meer is voor het Wereld-Proletariaat. Het is met andere woorden voor het Proletariaat niet beter dat de eene of de andere partij wint.
Daar komt evenwel iets anders bij. Gij zegt: Wij moeten het Russische Imperialisme afweren. En om dat te doen helpt gij het Oostenrijksch-Hongaarsche op de beenen! Gij steunt het aan het Servisch proletariaat vijandig Oostenrijksche Imperialisme! En om Rusland af te weren moet gij het Fransche en Belgische proletariaat en het Engelsche trachten te verpletteren. Om u zelf te redden voor Rusland's absolutisme moet gij het Fransche, Engelsche en Belgische en misschien ook Nederlandsche en Deensche proletariaat blootstellen aan het Duitsche Imperialisme! Kan dit een juiste proletarische taktiek zijn? Is dat het belang van het proletariaat? Wij spreken hier nog niet eens van het proletariaat over zee, dat gij aanvalt, het Aziatische, het Afrikaansche. De steun aan het Oostenrijksch Imperialisme, de poging tot verplettering van het Fransche en Engelsche proletariaat, van een groot deel van het wereldproletariaat, het feit alleen al dat gij om den Russischen inval af te weren deze trachten te verpletteren moet, dit feit toont al dat uwe taktiek, de taktiek van wèl meedoen aan een afweer-oorlog, - zelfs al was zij in dit geval waar, - dat deze taktiek nu onjuist en onbruikbaar is.Ga naar voetnoot*)De Nationale Oorlogen der negentiende eeuw, die dienden om de nationale staten België, Italië, Duitschland te stichten of te bevestigen, waren noodzakelijk voor de Kapitalistische ontwikkeling en dus voor het proletariaat. Want dit kon zijn organisatie en zijn strijd tegen de nationale bourgeoisie alleen ontwikkelen op den grondslag van dien nationalen staat. Het was te verklaren als het proletariaat daarin toestemde. - Toch hebben Bebel en Liebknecht hun toestemming voor den oorlog van 1870 geweigerd. Zij drukten daarmee uit den wordenden strijd der proletariërs tegen de nieuwe orde in Duitschland. Zij begonnen dien strijd daarmede, tegen Bismarck en het nieuwe Duitsche Rijk. - Maar de Imperialistische oorlogen der twintigste eeuw zijn voor het proletariaat alleen nadeelig. En wat voor u geldt, geldt voor alle andere naties. Dat feit alleen al, dat de proletariaten der verschillende landen met het volgen van deze taktiek elkander te ver- | |
[pagina 31]
| |
pletteren trachten, toont de noodzakelijkheid om de geheele zaak, en den geheelen strijd tegen het Imperialisme, anders, van een hooger standpunt, - niet meer van het ouderwetsche nationale, niet meer van uit de vraag: aanvalsof afweeroorlog ie bezien, - namelijk als een strijd van het Internationale Onverdeelde Proletariaat tegen het Internationale Imperialisme.
Maar er is nog meer: Gij versterkt door het Russisch, het Fransch, het Engelsch Imperialisme te bestrijden uw eigen, uw Duitsch Imperialisme. Gij versterkt uw vijanden die u nog nader zijn dan de Russen: uw eigen heerschers. Als uw Regeering, met uw hulp, Rusland en Engeland en Frankrijk overwint, dan hebt gij ook uw eigen Imperialisme sterker gemaakt, uw eigen Vorsten en Jonkers en Kapitalisten. Dan zal ook uw eigen juk zwaarder worden. Gij hebt dan tegelijk uw eigen broeders in Engeland, Frankrijk en Rusland, - en in alle landen der wereld die gij bestrijdt, - ten onder gebracht, en u zelf. Zij zijn dan, bij zege van Duitschland, verzwakt, en hun regeeringen zullen met nieuwe wapeningen, nog sterker Imperialisme, hun leven ondragelijk maken. En uw regeering zal daarop eveneens antwoorden met nog sterker bewapening, en zij zal u des te beter en sterker verdrukken. Gij zijt dan nog meer slaven geworden.
Dit is de verandering die het Imperialisme heeft gebracht: Alle krachtige naties willen gebiedsvergrooting. Zij kunnen haar alleen bereiken door oorlog. Het proletariaat dat in den oorlog toestemt, bedreigt en verplettert daardoor het proletariaat van een andere nationaliteit. Het verzwakt daarmee zijn eigen broeders. Het versterkt daarmee het Imperialisme in het algemeen van alle volken, en dat zijner eigen heerschers in de eerste plaats. Het verzwakt dus zich zelve en het geheele proletariaat. Zoo is namelijk de toestand geworden: Het proletariaat kan niet meer met zijn bourgeoisie een andere natie afweren of aanvallen, of door die daad zelf bedreigt het de andere proletariaten en zich zelf met ondergang. Dat is de nieuwe toestand dien het Imperialisme brengt. Gij hebt dus te kiezen: òf mèt uw Regeering tegen het proletariaat van het andere land, van elk ander land, van | |
[pagina 32]
| |
alle andere landen, òf met het proletariaat van alle landen tegen uw Regeering. De tijd van het nationaal zijn en handelen en het internationaal spreken, van het internationale woord maar van de nationale daad, is voorbij. De Duitsche sociaal-demokratie zegt: Duitschland moge door zijn Imperialisme schuld hebben, - toen wij eenmaal alles beproefd hadden den oorlog tegen te houden, viel Rusland ons aan en wij moesten ons dus verweren. En daarbij wordt de bekende plaats van Marx aangehaald, waar hij zegt dat de wandelaar, als hij op straat overvallen wordt, niet alleen de slagen afweert, maar den aanvaller neerslaat. Het voorbeeld, in Marx' tijd misschien juist, is niet meer juist. Het paste toen op den buitenlandschen vijand, die de vijand was van de bourgeoisie èn van de arbeiders. Zoo ligt evenwel niet meer het geval. Het proletariaat, - de wandelaar, - wordt overvallen. En door de vreemde, vijandelijke en door zijn eigen bourgeoisie. Het moet, zeker, zich verweren tegen zijn vijand, en hem zelfs neerwerpen. Maar die vijand is niet meer de buitenlander alleen, het is, onder het Imperialisme, óók de eigen bourgeoisie.
Het Russisch Imperialisme valt het Duitsch Imperialisme aan. Het Duitsche Imperialisme het Russische. Maar het Russisch Imperialisme en het Duitsch Imperialisme te samen vallen het Duitsche proletariaat aan. En het Russische Imperialisme en het Duitsche Imperialisme vallen te samen aan het Russische proletariaat. En zoo is het met alle landen. De Imperialismen van alle landen vallen te samen de proletariaten van alle landen aan. De tijden hebben zich veranderd. Het kapitalisme heeft zich zoover ontwikkeld, dat het zich nog slechts verder ontwikkelen kan door slachting van het proletariaat aller landen. Er is een Wereldkapitalisme ontstaan dat zich keert tegen het Wereldproletariaat.
Het is dus ook onjuist, dat de belangen van het Proletariaat den oorlog, toen hij eenmaal uitgebroken was, billijkten.
Maar nu het Behoud der Arbeiders, der Natie, der Nationaliteit.
De Duitsche Sociaal-Demokratie zegt, dat het proletariaat, als de oorlog eenmaal is uitgebroken, den vijand afweren | |
[pagina 33]
| |
moet, om de verschrikkingen van den inval, het moorden, plunderen en branden te ontgaan, - dat de arbeiders ter wille van hun land, hun klasse, hun natie zich verweren moeten. En dit is hun sterkste argument. Wij antwoorden, in het algemeen, dat het Imperialisme, als geheel, oneindig erger is voor het Proletariaat dan de oorlog of de inval. Want het is een duurzaam verschijnsel, dat het Europeesche proletariaat bedreigt. Daarom moet, zelfs ten koste van een inval, het Proletariaat zich tegen het Imperialisme, tegen den oorlog van het Imperialisme verzetten.
Wij zullen ook dit nog in bijzonderheden bewijzen.
Gij zegt: het is ons instinct van zelfbehoud, dat ons drijft het vaderland te verdedigen. Wij antwoorden: Gij wordt door het Imperialisme meer als Proletariër dan als Duitscher bedreigd. Een reeks van Imperialistische oorlogen om het bezit der wereld, steeds sterker Imperialisme, staat u, uw klasse, te wachten. Uw bestaan als proletariër is dus bedreigd. Gij gebruikt uw instinkt van zelfbehoud, - hier uw ‘vaderlandsliefde’ - dus verkeerd, blindelings, onbewust. Gij moet het anders, bewust, doelmatig gebruiken, en in plaats van met de Duitschers voor het Duitsche Imperialisme, met de Proletariërs der wereld tegen het Imperialisme der wereld strijden. Gij zegt: als wij ons tegen het Duitsche Imperialisme verzetten, vallen er, daar de Regeering dan op ons aanvalt, duizenden, tienduizenden van ons. Wij antwoorden: door den oorlog vallen er honderdduizenden, misschien millioenen van u.
Gij zegt: door den revolutionairen strijd tegen het Duitsche Imperialisme worden onze organisaties vernietigd, de eenige kracht die wij hebben. Wij antwoorden: het Duitsche Imperialisme maakt door dezen oorlog uw organisaties machteloos, en zal dit blijven doen na den oorlog, door nieuwe reusachtige bewapening en nieuwen oorlog. Gij zegt: maar onze landen en steden zullen door den vijand worden verwoest, als wij hem niet afweren. Wij antwoorden, dat het voor het Internationale proletariaat, nu, onder het Imperialisme der 20-ste eeuw, even erg is | |
[pagina 34]
| |
of een stad of streek van Duitschland, België, Frankrijk of Rusland wordt verwoest. Wij antwoorden, dat gij hebt te kiezen tusschen aan den oorlog uw toestemming geven en verwoesting van uw of ander nationaal land, - of verzet met alle andere proletariaten tegen den oorlog. Wij antwoorden, dat het Imperialisme niet alleen nu, maar in een reeks van jaren, Europa, uw eigen land en de Wereld met verwoesting bedreigt. Wij antwoorden, dat gij hebt te kiezen tusschen medegaan, voor langen tijd, met verwoesten van landen, of te beginnen met, voor goed, aan alle verwoesting een einde te maken. Wij antwoorden, dat gij u met het internationale proletariaat tegen de verwoesting der wereld vereenigen moet. Wij antwoorden, dat de Internationaliteit, nu onder het Imperialisme, van nu af aan, gaat boven de Nationaliteit.
Maar gij zegt: De Russen zullen, als wij ons niet verdedigen, ons zelf verwoesten, ons, arbeiders, onze klasse. Dat kunnen wij toch niet gedoogen. Wij antwoorden: Het is niet alleen het Russische Imperialisme, dat dit doet. Het is ook het Duitsche. Uw Duitsche Imperialisme vermoordt honderdduizenden van uw volk. En het Duitsche Imperialisme zal, als gij u niet ertegen teweer stelt, als gij als knechten den oorlog voor hem voert, vóórtgaan, ook na den vrede dat te doen. Het zal met nieuwe bewapeningen komen en nieuwen oorlog. Gij zijt slechts aan het begin. De ondergang van de strijdvaardigheid van uw klasse, van uw Duitsche Arbeiderspartij, bedreigt u door het Imperialisme, door dat der wereld èn door het Duitsche. Wij antwoorden: het Imperialisme der Wereld bedreigt de geheele arbeidersklasse der wereld. Wij antwoorden, dat gij u niet met de Duitsche Bourgeoisie tegen de verwoesting der Duitsche Arbeidersklasse, maar met het Proletariaat der Wereld tegen de verwoesting der Arbeidersklasse der Wereld tot het uiterste te weer stellen moet.
Gij zegt: Maar onze nationaliteit zal te gronde gaan als Rusland niet wordt afgeweerd. Want Rusland is een barbaarsch-despotisch land, en zijn overwinning beteekent een verovering, een terugdringen van ons vaderland in de barbaarschheid. | |
[pagina 35]
| |
Wij antwoorden, zooals wij reeds zeiden: deze reden gold toen Rusland wàs een Aziatisch land. Zij geldt nu niet meer. Dank zij den heldenmoed der Russische Proletariërs is Rusland geen Aziatisch land meer, maar op den weg der Westersche Ontwikkeling. Het heeft een Parlement. Zijn landbouw komt op, dank zij de Revolutie. De binnenlandsche markt ontstaat zeer snel, de industrie moet gaan bloeien, en dan wordt Rusland - aan Pruisen gelijk. Bovenal: het heeft een Proletariaat, dat zijn gebrek aan getalsterkte in politiek opzicht meer dan goed maakt door zijn geest en wil. Het Russische Proletariaat zal, spoedig, de Russische toestanden Westersch maken. Gij kunt, gij moogt niet meer dat proletariaat beoorlogen.
Wij antwoorden: Voor de groote Naties als Duitschland, Rusland, Engeland, Frankrijk, bestaat geen gevaar dat de Natie, het Vaderland zal vergaan. Rusland, noch Frankrijk, noch Engeland zullen Duitschland annexeeren, evenmin als Duitschland hen.Ga naar voetnoot*) Het was Rusland niet te doen om Königsbergen, doch om Erzeroem. Duitschland niet om Calais of Boulogne, zoomin als om Kent of Ierland, doch om Mesopotamië en Congo, Frankrijk niet om gebied in Europa, zelfs niet om den Elzas, zoozeer als om Syrië en Afrikaansch en ander Aziatisch bezit. Etc. etc.
Wij antwoorden: maar al was dit zoo, al werd uwe Natie, uw Nationaliteit, een deel van uw land bedreigd, honderd en duizendmaal erger is de voortdurende bedreiging van uwe, van alle naties, door het Imperialisme met zijn reeks van oorlogen, zijn mogelijken ondergang van het Proletariaat. Daardoor wordt eerst recht het geluk, de welvaart, ja misschien zelfs het bestaan der Nationaliteiten in gevaar gebracht. | |
[pagina 36]
| |
Wij antwoorden: Het is uw bourgeoisie die u dit voorspiegelt, dat deze, dat elke Imperialistische oorlog een oorlog is ter bescherming van, ter verdediging van uw Vaderland, uw Nationaliteit. Zij bedriegen U. Om U als Soldaten, voor hùn Doel, hun ware doel, dat zij u niet zeggen, mee te krijgen. Om u over te halen, dat gij u voor hen, hun doel, slachten laat. Daarom zeggen zij, dat de Oorlog, zooals vroeger vaak, gaat om het Vaderland, om de Nationaliteit. Maar hun Doel is uitbreiding van hun bezit, in de Koloniën vooral. Onderdrukking van zwakke volkeren daarginds, van proletariërs daar en hier. Gij strijdt voor hùn Wereldmacht, hùn winst. Wij antwoorden u, dat, als gij die voor hen grooter gemaakt hebt, zij u, en al uw broeders buitenslands, daarmee des te zwaarder zullen verdrukken.
Het Imperialisme brengt hùn winst, maar u ontzaggelijke nadeelen. Het overstelpt u met lasten, het doet allen vooruitgang ophouden, het verscheurt de eenheid van het Internationale Proletariaat, het vermoordt u, het dreigt u met ondergang. En het blijft dit doen. Hoe sterker gij het Imperialisme maakt, des te meer zal het dit alles doen. En het zal dit nog reeksen van jaren doen.
Gij zegt: Maar het eene proletariaat is sterker dan het andere. En zoolang dat zoo is, is gelijktijdige actie tegen den wereldoorlog onmogelijk. Want het sterkere proletariaat zal zich krachtiger tegen zijn Regeering verzetten dan het zwakke, het zal het leger en de actie der eigen natie meer verzwakken dan het andere het het zijne kan doen, en dan zal de vijand overwinnen. Wij antwoorden, in verband met het boven over de Nationaliteit gezegde, dat, onder het Imperialisme, het voor het proletariaat als geheel, niet de hoofdzaak is wie wint.Ga naar voetnoot*) | |
[pagina 37]
| |
Wij antwoorden, dat het Imperialisme de verwoesting van alle naties brengt, voor jaren, Wij antwoorden, dat voor het Proletariaat als geheel het de hoofdzaak is, dat het als geheel het Imperialisme bestrijdt, en als geheel sterk wordt en zijn ondergang door het Imperialisme afweert. Wij antwoorden, dat, nu, op dit oogenblik, nu het Wereldkapitaal de Aarde gaat veroveren, en daarvoor zijn eersten wereldoorlog begint, nu deze nieuwe fase van den strijd tusschen Kapitaal en Arbeid gaat aanvangen, waarin het Wereldkapitaal zich richt tegen het Wereldproletariaat met onderdrukking en belasting zooals nog nimmer, met oorlog en ondergang en dood, - dat nu het Proletariaat zich moet verzetten, - op straffe van stoffelijken en geestelijken en zedelijken ondergang als voor haar Vrijheid strijdende klasse, - dat het Proletariaat nu sterk moet worden, en zijn ondergang door het Imperialisme afweren.
Wij antwoorden nogmaals: Het Nationale Imperialisme is voor het proletariaat even gevaarlijk als dat van andere naties. En het is voor het Proletariaat als geheel daarom noodzakelijk alle Imperialismen, het nationale zoowel als het vreemde, gelijkelijk, d.w.z. even sterk te bestrijden. Het Duitsche Imperialisme is voor het Duitsche proletariaat even gevaarlijk als het Fransche, Engelsche, Russische, het Engelsche is voor het Engelsche proletariaat even gevaarlijk als het Russische, Fransche, Duitsche, het Fransche voor het Fransche proletariaat even gevaarlijk als het Engelsche, Duitsche, Russische enz. enz.
Wij antwoorden: het Internationale Imperialisme is even gevaarlijk voor elk nationaal, dus even gevaarlijk voor het geheele Internationale proletariaat.
Wij antwoorden: Voor het Imperialisme der bourgeoisie, dat het Proletariaat van alle kanten, van binnen- en buitenland uit, evenzeer bedreigt, valt dus het Nationalisme van het proletariaat weg. Wij antwoorden: Het nationaal-zijn, - in den zin van het andere naties willen bestrijden, - altijd nog, sterk of zwak, in het Proletariaat levend, wordt door het Imperialisme, zoodra de Arbeider het begrijpend erkent, geheel uitgedelgd. | |
[pagina 38]
| |
Wij antwoorden: Het internationaal, het vaderlandloos zijn, - in den zin van geen andere natie willen bestrijden, - altijd nog maar in zwakke mate aanwezig in het proletariaat, wordt door het Imperialisme een conditio sine qua non, een bestaansvoorwaarde van het revolutionaire internationale proletariaat. De gezamenlijke internationale strijd tegen het Imperialisme van alle naties, wordt de bestaansvoorwaarde van alle nationale proletariaten, van het geheele Wereldproletariaat.
Wij antwoorden: De Oorlog dreigt u met een inval. Uw instinct zegt u den inval af te weren. Als gij dat vrijwillig doet, versterkt gij het Imperialisme. Maar het Imperialisme dreigt u met gevaar voor voortdurende bewapening, onderdrukking, ondergang. Uw instinct moet u, als gij dit weet, dus ook zeggen den inval niet af te weren maar het Imperialisme.
Gij hebt dus te kiezen tusschen nu den inval vrijwillig te helpen afweren en daarmee het Imperialisme te versterken, of u met het Proletariaat aller landen tot het uiterste te verzetten, en alleen gedwongen deel te nemen aan een Imperialistischen Oorlog.
De keus staat voor u tusschen uw nationale Bourgeoisie te helpen aan haar Imperialisme, óf haar te bestrijden. De keus staat voor u tusschen: de Internationale Bourgeoisie helpen aan haar Imperialisme, of haar bestrijden. De keuze is voor het Wereldproletariaat, nu het Imperialisme het Wereldproletariaat bedreigt voor lange lange jaren, tusschen: mee te helpen aan het Wereld-Imperialisme, en dus aan het ten onder brengen van het Wereld-Proletariaat, of het Wereld-Imperialisme te bestrijden, dus ten onder te brengen de Wereld-Bourgeoisie, dus te doen zegevieren het Wereld-Proletariaat. Wij antwoorden: Gij hebt nu te kiezen tusschen: voor of tegen de Nationale Bourgeoisiën, voor of tegen het Nationalisme. Gij hebt nu te kiezen tusschen: voor of tegen de Imperialistische Wereld-Bourgeoisie, voor of tegen het Internationale Imperialisme. Gij hebt, met één woord, te kiezen tusschen Imperialisme en Socialisme. | |
[pagina 39]
| |
Het spreekt vanzelf, dat het voor een klasse zeer moeielijk is, moeielijker nog dan voor het individu, het instinct van zelfbehoud, dat onbewust werkt, te veranderen in bewustheid, en het kleinere gevaar, dat dichtbij is, te trotseeren om een ander gevaar, dat grooter is, maar verder af. Maar het is immers juist de taak der sociaaldemokratie het onbewust instinct der arbeiders te veranderen in verstand?
Hiermede hebben wij, naar onze meening, ook het derde argument: het gevaar van een inval, en daarmee alle argumenten weerlegd.
Het Imperialisme dus, deze hoogste ontwikkeling van het Kapitalisme tot nu toe, smelt de Proletariaten der wereld aanéén, voor het eerst, tot een Internationale Actie. Het Imperialisme is de vuurgloed, waarin het Proletariaal aller landen tot één handelen zich aanéén smeedt. Deze Wereldoorlog, de Imperialistische Oorlog, is de smeltkroes, waarin het Proletariaat der Wereld, voor het eerst, tot Eenheid komt. Het Imperialisme loutert het Proletariaat, terwijl het hen voor het eerst, maar voor eeuwig, brengt tot Internationaliteit.
Het Imperialisme is dus niet, zooals Kautsky en de Radicalen, de z.g. Marxisten, en de Revisionisten in Duitschland en elders, denken, een bijzaak, een voorbijgaand verschijnsel, het is het groote punt waarom de sociale ontwikkeling, de opkomst en de strijd der Arbeidersklasse, de Revolutie zelf zich wentelt. Het is het groote vraagstuk van de opvatting waarvan en den strijd waartegen, voor langen tijd, voor goed, alles voor het proletariaat afhangt. Het is het vraagstuk, waarvan de geheele ontwikkeling van den strijd der arbeiders afhangt. De Internationale Sociale Revolutie - zij kan niet anders dan Internationaal zijn, - hangt van den strijd tegen het Imperialisme af. Niet in dien zin, dat hij het Socialisme in eens brengt. Maar in dezen, dat hij ons een geweldig stuk verder, langs revolutionairen weg, tot het Socialisme brengen kan. Als die strijd maar revolutionair wordt gevoerd. De Duitsche Arbeidersklasse heeft dien strijd zelfs niet gestreden. Zij is met het Imperialisme meegegaan. Daarmee heeft zij zich zelve, haar eigen zaak, en die der Internationale verraden. | |
[pagina 40]
| |
Er blijft ons nog over een argument te weerleggen, dat een deel der Duitsche Sociaal-Demokratie voor haar vrijwillig meegaan met den oorlog, heeft gegeven. Een deel der Duitsche arbeiderspartij zegt: ons doel met den strijd tegen Rusland, is Polen te bevrijden en Finland en de Russische arbeiders. Eigenaardig: de zelfde strijd die de Engelsche en Fransche arbeiders wil verpletteren, wil de Russische en de Poolsche en Finsche opheffen. Maar gij kunt de Polen en Finnen en Russen niet bevrijden, want dat hangt niet van u af. Dat hangt van uw meester, den Keizer, en de jonkers, en uw kapitalisten af. Die willen de Russen en Finnen en Polen niet bevrijden. Hebt gij de leiding van den oorlog of zij? Zij hebben veel te groot voordeel van de Russische autokratie achter hen - tegen u. Zij zullen nooit zoo ver gaan, dat zij Rusland verpletteren of vernederen.
Zij voeren, - en gij met hen, - den oorlog vooral, in de eerste plaats, tegen Frankrijk en Engeland. Dit is een imperialistische oorlog. Zij willen Fransche, Belgische en Engelsche koloniën, in de eerste plaats. Gij voert den naam van Marx aan, en zegt dat die, in zijn tijd, Rusland ten onder wilde brengen om de arbeiders te bevrijden. Dit, dat gij dit zegt, toont de ellendige zwakheid van Uw politiek. Marx wilde nooit een land, waar de arbeiders zoo machtig reeds waren, bestrijden. Marx wilde nooit een oorlog, die het Czarisme misschien krachtiger maakt. Marx wilde nooit Rusland bestrijden door de Fransche en Engelsche arbeiders zwakker te maken! Maar dit toont ook de valschheid van uw politiek! Want gij Duitsche Sociaaldemocraten, een groot deel van u, kendet zeer goed uw eigen Imperialisme. Gij wist, een groot deel van u wist, dat het er op uit was, en moest zijn, om Frankrijk en Engeland (en België en Portugal) aan te vallen ter wille van koloniën. Honderdmaal stond dat in uw bladen. Gij wist, dat de strijd niet tegen Rusland ging. De Duitsche Regeering heeft den strijd met Rusland gebruikt om u mede te krijgen, maar een deel van u is maar al te gaarne meegegaan. | |
[pagina 41]
| |
De ware reden, waarom dat deel aan den oorlog heeft deelgenomen, is niet de strijd tegen Rusland, maar het willen meedoen aan koloniale politiek, aan Imperialisme,Ga naar voetnoot*) mèt de bourgeoisie, en, bij een ander deel, gebrek aan moed om zich daartegen te verzetten.
En datzelfde was het geval ook bij andere partijen der Internationale.
Hierop kom ik nader nog terug.
Wat gij zegt niet te willen: Frankrijk en Engeland vernederen en verzwakken, dat doet ge. En wat ge zegt te willen, - Rusland vernederen, - dat kunt ge niet. Dit toont genoeg de jammerlijke zwakheid van uw politiek. Gij deedt beter het bloed van dezen oorlog alleen en geheel over te laten aan het Kapitaal. Gij deedt beter de Russische arbeiders niet op deze wijze te willen bevrijden!
De Russische arbeiders kunnen alleen zichzelf bevrijden.
Maar de Cultuur!
Gij wilt de Duitsche cultuur redden! - voor de Russische barbaren! Welke cultuur bedoelt ge? Die van het verleden? Maar dan valt gij de Engelsche en de Fransche cultuur aan, die zeker toch niet minder zijn dan de uwe. In het algemeen is de Fransche en de Engelsche burgerlijke cultuur hooger dan de uwe, want zij hadden en kenden de Burgerlijke Vrijheid, gij niet,Ga naar voetnoot**) en in hun kunst, wetenschap en filosofie plukten zij daar de heerlijke vruchten van.
Maar de arbeiders hebben aan deze cultuur geen deel.
Of bedoelt gij misschien de cultuur van de 19e eeuw? | |
[pagina 42]
| |
In de 19e eeuw hadden de Engelschen de hoogste poëzie, de Franschen de hoogste schilderkunst en het hoogste proza, gij de hoogste muziek. Dat was dus nog al eerlijk verdeeld! Maar deze alle zijn veilig, zij leven overal op de wereld. Voor deze behoeft gij niet bezorgd te zijn.
Maar de arbeiders hebben aan deze cultuur geen deel.
Of bedoelt gij de cultuur van nu, van het Imperialistisch tijdvak, van het begin der twintigste eeuw? De groote Kunst is nu dood. De groote Poëzie in alle landen is nu dood. Het groote Proza is dood, het Impressionisme, het Naturalisme, het groote burgerlijk Realisme is gestorven. De groote Bouwkunst is dood. Wat van bouwkunst bestaat, is zonder hart, zonder liefde. De Muziek is een schaduw van wat zij was. De groote Schilderkunst is dood. De Filosofie is dood, de opkomst van het proletariaat zelf heeft haar gedood; de Godsdienst sterft. De Kunst slingert tusschen wreede en harde groot-kapitalistische, en weeke en slappe klein-burgerlijke gevoelens, en een laf Mysticisme heen en weer. Zij heeft geen enkele hooge algemeene gedachte meer. Zij raakt in haar wanhoop en in haar uiterst individualisme dikwijls reeds tot krankzinnigheid. De Filosofie is tot Mach en Ostwald, die de maatschappij niet kennen, of tot den reactionair Bergson gedaald. Als spoken gaan Kant en Hegel nog om. De Godsdienst leeft nog slechts stuiptrekkend. Bij de Bourgeoisie. Niet bij het strijdend Proletariaat. Of bedoelt gij misschien met Cultuur de algemeene zachtheid en schoonheid der zeden? Maar het Imperialisme brengt, door zijn bloeddorstig wreede onderdrukking van zwakke volken en door den stilstand van sociale wetgeving dien het brengt, juist algemeen verruwing, verdierlijking en verlaging. Een hooger stadium van geestesbeschaving, ziels- en karakter- licht en- schoonheid wordt eerder door het Imperialisme verlaagd. Deze wereldoorlog is een bewijs daarvan. Er is geen Hooge Cultuur meer. Nergens in de kapitalistische wereld. | |
[pagina 43]
| |
Cultuur? Waarin bestaat de cultuur van het imperialistisch tijdvak? In een razenden storm en jacht naar geld en macht worden individuën en staten in een maalstroom meegesleept. De brute macht van het geld en het geweld loopt alle zwakken onder den voet. Alle volkeren der wereld. Alle individuën. - Alle stammen, alle rassen, zwarte en gele en bruine, beschaafden en wilden worden onderworpen. En de groote massa van hen wordt.... proletariër. Wat wil dat zeggen? - Hun zelfstandigheid verdwijnt, het geluk der menschen. Hun vrijheid, hun betrekkelijke vrijheid verdwijnt, - zij worden dingen. Geen menschen meer, maar dingen, onderworpen aan het kapitaal. Gestuwd en meegesleept door de razende overmacht van het kapitaal. Aanhangsels der machines. In de wereld der blanke kapitalisten zelf neemt de teugellooze begeerte naar geld, macht en genot toe. De overmatige weelde neemt toe en het bederf. De krankzinnigheid neemt toe en de zenuwziekten. De geboorten nemen af. De kunstmatige beperking wordt algemeen. In de kringen der arbeiders: De intensiteit van den arbeid neemt toe. De vrouwenen kinderarbeid neemt toe. Het proletariaat neemt toe. De uitbuiting neemt toe. De felheid van den strijd neemt toe. De Macht der Patroons, der Regeeringen, der Trusts, der Monopolies neemt toe. De macht der Arbeiders wordt zwakker in vergelijking met die van hen. Hun lasten worden zwaarder, hun leven moeilijker. Steeds moeìlijker wordt de vakstrijd, steeds onvruchtbaarder de parlementaire strijd. De sociale wetgeving staat stil. In één dollen wervelwind vliegen Kapitalisten en Arbeiders, gedreven door de Macht van het Kapitaal, voort: De Kapitalisten zoeken geld, macht, de overweldiging der menschen. Zij zijn zelf arme slaven, want, - deze oorlog bewijst het opnieuw, - zij zijn zelf geen meester van hun lot. Zij moeten doen wat zij eigenlijk niet wilden, wat zij vreesden. De overmacht, het noodlot van het kapitaal drijft hen voort. Het Kapitaal stort hen in blinde woede op elkander. Als beesten die niet weten wat zij doen, trachten zij elkaar af te maken. Tegen hun wil, tegen hun hoop, tegen hun diepste levensverlangen. Maar zij moeten. Het | |
[pagina 44]
| |
Kapitaal, in zijn laatste fase, het Kapitaal in zijn laatste expansie wil het. Noemt gij dien toestand, dien geestestoestand Cultuur? Zij is overal in alle landen dezelfde. Er bestaat geen verschil meer tusschen Russische, Duitsche, Fransche, Engelsche cultuur. Het verschil dat er nog was, wordt door het kapitaal vereffend. En het is alles en overal deze zelfde wancultuur. De Arbeiders gaan mee in dezen dollen stroom. Vergeefs trachten zij er zich tegen te verzetten. Vergeefs ballen zij zich samen, en trachten er uit, omhoog te komen. Verwilderd drijven zij mee. Zij zijn zwak, zonder helder inzicht, zonder moed, de overgroote massa van hen. Het Kapitaal is overmachtig. Deze oorlog bewijst dat de arbeiders nog zoo goed als niets vermogen of beteekenen. Is dat Cultuur? Kapitalisten en arbeiders zijn beide de speelbal van stoffelijke krachten, oneindig grooter dan zij zelve. Het productieproces, in deze laatste fase van het kapitalisme vreeselijker, machtiger dan ooit, overheerscht hen geheel. De stille rust, het heerlijk genieten van het leven, de vrije tijd, de klare open ziel die alles rustig ziet en betracht, en, alles betrachtend, schoon maakt, doordat zij het geziene beheerscht, die den geheelen tijd, de geheele maatschappij weerspiegelt in de Ziele-Schoonheid, het hoogste Weten, de des Geestes diepe Bespiegeling, zij kunnen niet bestaan. Noch bij de Heerschers, noch bij de Beheerschten. Zij zijn vreemd aan dezen tijd. Noemt gij dat Cultuur? De wilde, de barbaar, de handwerksman, de vrije boer, de burger, - zij waren vrijer, zelfstandiger dan de mensch onder het Imperialisme. Zij hadden, als vrijheid cultuur is, meer Cultuur. Bedoelt gij misschien met de Cultuur, de Vakvereeniging en de Politieke Partijen der arbeiders? Is dat uw cultuur die gij redden wilt? Voorzoover de Vakvereenigingen en de Politieke Partijen der Arbeiders verbeteringen willen, zijn zij vereenigingen van Knechten, - die verbetering zoeken in hun knechtschap. Er moge in de vereeniging, in den onderlingen steun iets van een begin van hooge cultuur zijn, het feit dat het knechten, slaven zijn die zich vereenigen en elkaar steunen, de knechtschap zelf dus, drukt het geheele verschijnsel tot een laag peil omlaag. Er is geen schoonheid in onvrijen, geen hooge Cultuur. | |
[pagina 45]
| |
Alleen de Maatschappelijke Vrijheid geeft de Schoonheid. Vereeniging van knechten is alleen dàn cultuur, als zij bestemd is, en voortdurend bewust handelt, om de knechtschap op te heffen. Hoeveel daarvan is in de Arbeiders-Vereenigingen? Deze oorlog bewijst het weder. Hoevele arbeiders strijden waarlijk voor hun algemeene Vrijmaking? Deze oorlog bewijst het weder. Enkelen. Zeer enkelen. Wat er is aan Cultuur in de Arbeiders, voorzoover Cultuur bestaat in den strijd voor hun Vrijheid, - en andere cultuur is er nu niet, - wat er is aan die Cultuur, is zeer weinig, zeer klein, zeer schaarsch.
Bedoelt gij misschien met Cultuur de Wetenschap? Het is waar, de Wetenschap bloeit, en overal, internationaal, maar alleen om déze Imperialistische Kapitalistische cultuur mogelijk te maken, om al deze afschuwelijke verschijnselen tot stand te brengen. Want voorzoover zij dat niet doet, staat zij buiten de maatschappij en is als een buiten aarde en water levende plant.
Maar ook aan de Cultuur der Wetenschap hebben de arbeiders geen deel.
Maar deze Wancultuur, het woeste meeslepen van alle menschen in een dollen storm en maalstroom, gedreven door wilde en woeste maatschappelijke krachten, vindt haar onmetelijk toppunt nu in dezen Oorlog. Als hoogste uiting van het Kapitalisme, als middel waarmee het alleen zich zelf verjongen, vermeerderen, voortplanten, verder brengen kan, komt zijn Cultuur nu tot den massamoord. Tot den moord van millioenen. En wel tot den groot-industrieelen, machinalen massamoord. Tot den volkenmoord als groot-bedrijf. Als logisch gevolg, als uit de reeks van zijn daden volgend slot van zijn machinaal bestaan, dat immers bestond uit uitbuiting, uitmergeling der massa's proletariërs, uit het verminken en uitmoorden van hen in den arbeid, komt het nu tot den moord op millioenen der geheele wereld op het slagveld. Dat is zijn hoogste bloei, zijn hoogste uiting.
En daarmee alleen weet het Kapitalisme nog Geestdrift en Broederschap en Gemeenschapszin onder de menschen van een natie te brengen. Gemeenschapszin in het moorden! | |
[pagina 46]
| |
Noemt ge dit Cultuur?
Een vreeselijk schouwspel: De kapitalisten meegesleept in een oorlog, in een massalen moord, waarvan zij het einde niet zien. Huichelend dat hij is ter wille der Cultuur, der Menschheid. En de arbeiders hun gehoor gevend en met hen meegaand, door hen gebruikt en belogen, door hen elkaar vermoordend, en zelf zeggend dat dit alles is terwille der Cultuur. Eener wancultuur die hen tot slaven maakt. Eener cultuur die niet bestaat! Meesters en Arbeiders, allen Slaven. Knechten als van eeuwen her.
Er is slechts één Cultuur. De proletarische. Die het bezit communistisch en den arbeid socialistisch wil maken, en daarmee aan allen strijd en moord een einde. En alle daden die daartoe bewust bijdragen. Dat is de eenige Cultuur die onder het Imperialisme nog bestaat.
De Duitsche arbeidersklasse, de Duitsche Sociaaldemokratie en hare vertegenwoordiging, had deze Cultuur kunnen redden en uitbreiden en verruimen en vergrooten, door zich tot het uiterste tegen den Oorlog te verzetten, en zijn credieten niet aan te nemen. En juist deze cultuur heeft zij door het zich niet tijdig, en met alle kracht, en tot het uiterste verzetten tegen den oorlog, en door het aannemen der oorlogscredieten, vertrapt en gehoond. Zij heeft de Kapitalistisch-Imperialistische Wancultuur versterkt. Zij is medeplichtig geworden aan al hare gevolgen. Zij heeft haar eigen Cultuur verlaten.
Maar ten slotte heeft de Duitsche Sociaaldemokratie door voor den Oorlog te stemmen, nog één (en dit is misschien wel het allergrootste) nadeel aan onze zaak toegebracht. De Duitsche Sociaaldemokratie heeft, door haar stemmen voor den oorlog, de kans op een revolutie na den oorlog, zoover als haar dit mogelijk was, doen verdwijnen. Hoe vaak hebben Marx, Engels, Kautsky en zoovele anderen een oorlog de meest mogelijke oorzaak van een proletarische revolutie genoemd! Hoe dikwijls is hij dit geweest! Nu komt de Duitsche Sociaaldemokratie en hecht aan den | |
[pagina 47]
| |
meest verwoestenden, en meest in zijn afloop onzekeren, en het economische leven misschien van lange jaren vernietigenden, en oneindige nieuwe lasten en bewapeningen en andere oorlogen in zich bergenden, en slavernij aan groote gedeelten van het proletariaat brengenden en dit verdeelenden en verzwakkenden en verscheurenden, ja misschien vernietigenden oorlog haar stem. Was het niet mogelijk, dat Duitschland of Frankrijk of Rusland of Engeland, meerdere van deze landen of een enkel, zoo geslagen wordt, dat het arbeidende volk in opstand komt? Als de legers naar huis komen, zal er zulk een werkeloosheid, zulk een nood en gebrek zijn misschien, dat zij met de wapenen in de hand de regeeringen verjagen, en een nieuwen, vrijeren regeeringsvorm stichten kunnen. Misschien, ja misschien zullen, daar de Machten zoo groot zijn dat ze elkaar niet vernietigen kunnen, alle Machten als leeggebloed daar neer liggen, en vrede moeten sluiten omdat niemand overwinnen kan. Dan zou het internationale proletariaat niet in één, maar in vele landen kunnen optreden, en hen die de schuld dragen van dezen oorlog, kunnen verjagen. Zij zouden de socialistische eischen kunnen stellen, en kunnen trachten een socialistische gemeenschap te stichten. Het is waar, die kans bestaat nòg. Nog niet is de hoop op een dergelijk einde van den oorlog geheel verdwenen. Maar de Duitsche sociaal-democratie heeft door zonder verzet aan dezen oorlog mee te doen, de kans zeer verkleind, bijna doen verdwijnen. Want hoe kan zij, die de gelden voor den oorlog heeft bewilligd, hem dus mee heeft besloten en gevoerd, hem omzetten in een Revolutie tegen de bourgeoisie, haar bondgenoot? Hoe kan zij de leidster zijn? Als er een revolutie komt, dan komt zij buiten haar om, tegen haar wil, langs een anderen weg, voor een ander doel misschien, dan zij wilde. Dit is het allerergste. Het is een vergrijp tegen den geest zelf der Sociaal-Democratie, der Internationale. Het is een te niet doen van haar eigen wezen.Ga naar voetnoot*) | |
[pagina 48]
| |
Wij hebben op al deze punten, waarmede de Duitsche Sociaal-Demokratie zich verdedigt, zoo uitvoerig geantwoord, omdat de zaak die wij voorstellen, nieuw is, omdat zij niet met een enkele frase als Solidariteit van het Proletariaat of de Tegenstelling tusschen Kapitaal en Arbeid kan worden beslist, omdat de weerlegging, ook van elk onderdeel hunner redeneering, om het belang der zaak en het groote gewicht der argumenten noodzakelijk is.
Maar ten slotte zeggen wij ook nog dit: Er zijn oogenblikken in den klassestrijd, waarin alleen de tegenstelling Kapitaal en Arbeid moet gelden, en waarin hij, die deze niet alleen laat gelden, maar, alle mogelijkheden en moeilijkheden overwegend, tot niets-doen komt, tot nietstrijden, de zaak van het strijdende proletariaat verraadt. Er zijn oogenblikken, dat de nederlaag beter is dan het ontloopen van het gevaar. Er zijn oogenblikken, dat het wijken voor het onmiddellijk gevaar het verlies in de toekomst beteekent, - waarin men alles moet opofferen om de toekomst te waarborgen. Er zijn oogenblikken waarop men, trots alle moeilijkheden strijden moet. Op straffe van erger. Dit was een van die oogenblikken. Het Kapitalisme kwam voor het eerst met zijn hoogste, met zijn geheele kracht, om de wereld te veroveren, maar ook om het proletariaat voor een groot deel te dooden, en het in zijn geheel, door zijn expansie over de geheele aarde, voor lange, lange jaren opnieuw zwaarder te knechten, om het, misschien, voor langen tijd, zijn ekonomischen ondergang tegemoet te voeren. Het deed dat voor het eerst met een wereldoorlog. Hier gold het: Principiis obsta.Ga naar voetnoot*) Hier was het oogenblik voor het proletariaat om te toonen, dat het dit begreep. Hier was het oogenblik om den strijd aan te binden, te aanvaarden, omdat, als men eenmaal gebogen heeft, de strijd oneindig moeilijker wordt.
Het proletariaat begreep dit niet. Het boog, uit onverstand, uit lage zucht naar kleine, niet te bereiken voordeelen, uit lafheid. | |
[pagina 49]
| |
Het proletariaat boog als de knecht die het is. Het deed geen poging tot strijd voor de vrijheid. Het verzwakte zich zelf daardoor, voor zeer lang.
Het zal nu ook als knecht behandeld worden, als een knecht die de vrijheid niet wil, en een veel zwaarder juk zal na den oorlog op zijn schouders gelegd worden.
Resumeeren wij in het kort: De Duitsche sociaal-democratie heeft, toen het Proletariaat van Europa door dezen wereldoorlog met ondergang werd bedreigd, niets gedaan om hem tegen te houden.Ga naar voetnoot*) Integendeel, zij heeft, in haar vertegenwoordigers, het Imperialisme geholpen om den moord op, de verzwakking van, en, misschien, den ondergang van dat Proletariaat voor te bereiden. De Duitsche Sociaal-democratie heeft door zich voor den oorlog te verklaren het Internationale Proletariaat verzwakt, maar het Internationale Imperialistische Kapitaal tot een alles beheerschende macht gemaakt, - ook voor de Toekomst. Het Proletariaat, het Duitsche vooraan, was de eenige vijand van het Imperialisme, dien het vreezen moest. Het Proletariaat heeft gebogen, - nu is het Imperialisme absoluut meester der wereld. De Duitsche sociaal-democratie heeft de eenige hooge Cultuur die bestaat, verloochend, en heeft mede de verantwoordelijkheid op zich genomen van het moorden in massa's, van het plunderen en branden, van het vernietigen van Staten, en van het vernietigen van oude Cultuur, waartoe als hoogste uiting, als hoogste vorm van zijn wezen, het nieuwste kapitalisme, het Imperialisme komt. De Duitsche Sociaal-democratie heeft zelve de Revolutie vermoord. Maar wat wij hier hebben gezegd van de Duitsche Sociaaldemokratie, geldt, om dezelfde redenen, evenzeer voor de Fransche, de Belgische, de Engelsche, - en voor de Sociaal-Demokratie van al die landen waar de arbeiderspartijen de gelden voor de bewapening, de mobilisatie voor dezen oorlog hebben toegestaan. De arbeiderspartijen van Duitschland, Frankrijk, Engeland, België, Zwitserland, Holland, Denemarken, Noorwegen, | |
[pagina 50]
| |
Zweden hebben, toen het Imperialisme het Proletariaat van Europa met ondergang dreigde, door dezen oorlog, die nieuwe imperialistische oorlogen in zich draagt, niet alleen niets gedaan, maar zij hebben het Imperialisme gesteund.Ga naar voetnoot*) Het Internationale proletariaat als geheel heeft, door geen weerstand te bieden aan dezen oorlog, als geheel zich zelve verscheurd, het Internationaal Kapitalisme en Imperialisme tot zijn volle kracht gebracht, ook voor de toekomst, en de Revolutie vermoord. |
|