De poësy van de geest en deugtryke juffrouw G. Gordon de Graeuw
(1710)–Geertruijd Gordon de Graeuw– AuteursrechtvrijZegenende Vloek.KOmt hier gy menschen die van Herten en van Ooren
(Hoe wys gy u ook waant) nog onbesneden zyt;
Weerstanders van den Geest des Heeren t'aller tyd,
Voorstanders van de Wet en dus van vloek en tooren!
Die 't soeken niet gedoogt der Schaapkens nog verlooren,
(Met datmen hun door 't Woord der zaaligheid verblyd)
Die Gods Regtvaardiging en Zegening bestryd:
God riep u overlang, om doem en vloek te hooren.
| |
[pagina 224]
| |
Ga naar voetnoot*Vraagt gy wanneer? ik seg, doen Jesus is gewekt,
Sulks heeft aan 't mensdom 't vast bewys van God verstrekt,
Dat hy, die aan het hout als last'raar was gehangen,
Gods Soon en Dienaar was: doen is vervloekt verklaart
Uw Oordeel en het myn: dog Vloek die Zegen baart
Voor die sig schuldig kent, om 't Eeuwig Heyl t'ontfangen.
|
|