digt. Ieder individu is, onder een bepaalde hoek gezien, een overbodig mens. Het zijn speciaal intelligente enkelingen, twijfelaars aan de houdbaarheid van wat algemeen en klakkeloos wordt aangenomen, die als individualisten naar voren komen en voor hun 'anders-zijn' moeten boeten. De overbodige mens is een ontwortelde en het grote voorbeeld van alle ontwortelden in de literatuur is Shakespeare's Hamlet. (Men zou Odysseus al kunnen opvatten als zo'n soort individualist. Hij heeft ook inderdaad de superieure intelligentie, die bij het type hoort, maar hij komt zijn beproevingen te boven, terwijl de echte ontwortelde eraan ten onder gaat.)
De Russische literatuur nu is opgetrokken uit Hamlets. Poesjkin's Onegin, Lermontow's Petsjorin, Gontsjarow's Oblomow en talrijke anderen zijn verwanten van Hamlet. De Russische 19de-eeuwse maatschappij was bovendien een bijzonder vruchtbare grond voor ontwortelden (als deze vreemde beeldspraak toelaatbaar is), omdat de ontwikkelde edelman daar sterker geisoleerd was dan de renaissance-held of de romantische personages van Chateaubriand of Byron in het Westen. Hij voelde zich evenzeer apart staan van de ongeletterde lijfeigenen als van de corrupte bureaucratie. Het contrast tussen een feodale realiteit en moderne denkbeelden in Rusland betekende een veel scherpere breuk met de omgevende wereld dan zich in West-Europa zelfs in revolutionaire tijden had voorgedaan.
De Russische Hamlets werden dus inheemse figuren, maar niet alleen de schrijver, ook het leven zelf produceerde ze volgens het door Shakespeare ontworpen patroon. De literatuur streeft immers niet alleen naar een weergave van het leven, maar het leven zoekt ook naar de banen die de literatuur getrokken heeft: een regel die vooral van toepassing is op intellectuele drama's en op een door ideeën gevoerde rebellie, zoals het individualisme ze oplevert.
Naast de door de romantiek verhevigde belangstelling voor 'overbodige' mensen van het Hamlet-type, maakt het Russische realisme gebruik van andere Shakespeareaanse waarnemingspatronen. Verhalen van Toergenjew heten 'Een Hamlet van het district Sjtsjigry' en 'Een koning Lear van de Steppen'. Een andere auteur schreef de novelle De Lady Macbeth uit Mtsensk.