Ik geloof wel dat de heer De Rooy gelijk heeft, als hij betoogt dat Karl May, die een katholiserend protestant was, die strekking eerlijk heeft gemeend, maar ik maak mij sterk dat het de ware Karl May-liefhebbers toch niet in de eerste plaats daarom te doen is. De christelijke hartstocht van Karl May is een onderdeel van die heel eigen en heel wonderlijke sfeer van zijn verhalen. In zijn latere werk gaat hij dat overdrijven en wordt hij er vaak onleesbaar door, maar in de Indianen-romantiek is het christelijk bestanddeel een onmisbaar element. Wij danken er zulke onvergetelijke zinnetjes aan als de woorden van de stervende Winnetou: 'Sharlih, ik geloof aan de Heiland, Winnetou is een christen. Vaarwel!' Er is verder toch een flinke dosis sporen lezen, besluipen, bevrijden van de martelpaal, humoristische dialogen, en vooral de droom van een vrij, zelfstandig leven, verlost van de gemechaniseerde beschaving, die dat element zijn pikante plaats geeft tussen de tomahawks.
Men moet, geloof ik, Karl May niet meer lezen als men de zestien gepasseerd is. Misschien nog even de Llano Estacado doorvliegen, als men zeventien is. Maar dan niet meer. Dan moet het een herinnering blijven. Van de 65 boeken die Karl May geschreven heeft, zijn er maar 7 voor de jeugd bedoeld, maar hij behoort nu eenmaal tot het soort auteurs dat tegen wil en dank in de kinderkamer terecht komt, waar Defoe, Swift, Dickens, en Van Lennep hem zijn voorgegaan.
In de levensbeschrijving die men bij De Rooy aantreft, kan men een tragiek vinden, die herinnert aan de levens van Dickens en Andersen. Met hen had Karl May zijn afkomst uit de armste lagen van de 19de-eeuwse maatschappij gemeen. Hij was de zoon van een Saksische wever en terwijl Dickens zijn hele leven te vechten had tegen zijn jeugdherinneringen aan een in de gevangenis gegijzelde vader, raakt Karl May op het toppunt van zijn roem slaags met zijn eigen verleden van 'tuchthuisboef'.
Op zijn sombere jeugd volgde namelijk een periode tussen zijn 20ste en 32ste jaar van diefstallen en oplichterijen die hem verschillende gevangenisstraffen bezorgden. Zijn in de ik-vorm geschreven boeken, waarin edele figuren als Old Shatterhand en Kara ben Nemsi de hoofdrol spelen, dateren van na die tijd. Als hij zich later steeds meer met die figuren gaat vereenzelvigen,