andere spelregels suggereert dan realistisch vertoonde feiten op het toneel. Zij worden objectief en vallen door de mand als tamelijk stompzinnige bedenksels.
Als toneelstuk lijkt Het Landgoed Stepantsjikowo bovendien een kopie van Molière's Tartuffe dat een veel helderder drama is, ook met tamelijk simplistische personages, maar zonder de troebele pretenties van het tegendeel, die deze dramatisering kenmerken. Er bestaan van deze roman verschillende toneelbewerkingen. Begrijpelijk, want het boek ‘vraagt’ er min of meer om, maar geen enkele bewerking kan bevredigend uitvallen, dus ook niet de dramatisering van Nemirowitsj Dantsjenko die de Nederlandse Comedie bezigde.
Het was een opvoering die zeer verzorgd, doordacht en gedetailleerd was, zoals men van de werkstukken van regisseur Peter Scharoff gewend is. Ko van Dijk had van de schijnheilige parasiet Foma Fomitsj Opiskin een meer dan levensgrote griezel gemaakt. Hij had zich eng gegrimeerd, hij bewoog zich eng, praatte eng en werd daardoor vooral ridicuul op een Boris-Karloff-achtige manier. Het beklagenswaardige kantje dat de man ook moet hebben - hij is zo'n pestkop geworden omdat hij zo getrapt was - raakte daardoor een beetje in de verdrukking.
Zijn dupe en domme bewonderaar, de grenzeloos goedhartige kolonel Rostanjew, werd met een innemende animo uitgebeeld door Johan Fiolet. Het koor van devote aanbidsters van Foma Fomitsj werd aangevoerd door de ietwat kindse mama van de kolonel, aan wie Mien Duymaer van Twist de allure van koningin Victoria had gegeven. Zij werd op lugubere wijze gesecondeerd door Mimi Boesnach als haar slangachtige gezelschapsdame en door een pittoresk trosje van tafelschuimende oude vrijsters, breisters en nonnen waarmee Scharoffhet toneel zo knap weet te stofferen.
Nienke Sikkema maakte een aandoenlijk figuurtje van de gouvernante Natasja; Rita Maréchal gaf temperamentvol reliëf aan de jeugdige Sasja en Elisabeth Hoytink trof met haar vertolking van de hysterische Tatjana.
In bruikbare, ouderwetse decors van Lucas Wensing en in