reputaties van liefde en heldendom. Het zijn niet ‘de zachte krachten’ die in dit stuk de overwinning behalen, maar bruutheid, stompzinnigheid en kwade trouw. De lusten en de verlangens leiden daartoe omdat zij niet gecontroleerd zijn door de rede, maar losgeslagen van ‘degree’, van maat en rang.
Op allerlei manieren en met talrijke facetten is dit ene thema door het stuk gevlochten. Het wordt zichtbaar gemaakt en filosofisch beredeneerd. Ulysses levert een commentaar erbij in diplomatieke termen, de soldaat Thersites in de rauwste, door rancune gevormde bewoordingen. Troilus en Paris bespreken het onder het aspect van de eer, maar zij hebben er een kinderachtige opinie over volgens Hector die zich daarbij met een voor Shakespeare typerend anachronisme op Aristoteles beroept.
Men kan gerust zeggen dat Troilus en Cressida een gecompliceerd, rijk en stoutmoedig stuk is, maar de weerzin van de mensen en hun pretenties die eraan ten grondslag ligt, heeft de personages opmerkelijk ongecompliceerd gemaakt. Zij zijn niet onwaar, maar zij missen de volheid die de karakters bij Shakespeare in mildere stemmingen kenmerkt. Ook in zijn constructie vertoont dit drama de gebreken die voortkomen uit het maniakaal voorthameren op één thema dat te beperkt is voor een bredere ontplooiing.
Het ten tonele brengen van Troilus en Cressida is al lang een hartewens van Johan de Meester geweest. Hij ziet er blijkens zijn toelichting in het programma een waarschuwing tegen de oorlog in die Shakespeare zou zijn ingegeven door eigentijdse toestanden. Engeland zou in het begin van de 17de eeuw mede door het verraad van Essex, die hij als de ‘Achilles-figuur’ in het stuk betitelt, dreigen onder te gaan in revolutie en burgertwist. Ik geloof veel eerder dat men de achtergrond moet zoeken in die persoonlijke ervaringen van de schrijver waarop ook in zijn Sonnetten gedoeld word. Troilus en Cressida is m.i. geen waarschuwing, maar de weerslag van een ontgoocheling. De Meesters minder juiste opvatting heeft overigens deze voorstelling geen kwaad gedaan.
Hij heeft de fouten vermeden die hij in 1956 bij zijn regie van