Op visite.
‘Uw verhaal klinkt mij als een sprookje in de ooren,’ zeide de veldmuis, die met alle aandacht luisterde, terwijl de heer stadmuis nog meer wonderen vertelde van zijn gelukkige levensomstandigheden.
‘Klinkt het als een sprookje, 't is alles waarheid. Kom en zie! en als 't u bij ons bevalt, wel, waarom zoudt ge dan hier buiten blijven?’ vroeg de stadmuis. ‘Ja, waarom?’ herhaalde de veldmuis en nam een uitnoodiging aan voor den volgenden dag.
‘Zorg vooral voor een goede ontvangst,’ zeide de stadmuis tegen zijn vrouw en toen de veldmuis kwam vond hij alles in de puntjes. Hij werd haast verlegen door al het moois dat hij zag. Mevrouw stadmuis en al hare kleintjes, 't was alles zoo prachtig, zoo fijntjes, zoo netjes dat men wel kon zien dat ze niets hadden te doen.
‘Welkom hier,’ zeide mevrouw en hoopte dat het den heer veldmuis hier goed zou bevallen.