Den hoonig-raat der psalm-dichten ofte Davids psalmen met d'andere lof-sangen(1686)–Hendrik Ghijsen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Folio Ee1r] [fol. Ee1r] Uitbreidinge des Gebeds, onzes Heeren Iesu Christi Matt. Cap. 6. vers 9. &c. O God, die onse Vaader zijt, Gy sorgt voor ons, tot aller tijd Meer dan een aardsche vaader doet: Geef ons een kinderlijk gemoed, Voor u, die in den heemel woont, Daar gy uw heerlikheid betoont. 2 Geheiligt werd uw groote naam; Maak ons tot uwen lof bequaam; Uw goedheid, wijsheid, trouw en magt, Zy heiliglijk van ons betracht, Op dat daar door uw prijs, en eer, By ons, en ieder een, vermeer. 3 Uw kooningrijke koom' ons by: Neem binnen ons uw heerschappy, Bestier ons door uw geest, en woord Het rijk der duisternis verstoort; Vol-bouw uw kerk, en slaase gaa, Tot dat uw rijk volmaakt bestaa. 4 Uw wil altoos geschieden moet; Ons' wil daar onder buigen doet, Dat wy in lijden swijgen stil, En zijn gehoorsaam uwen wil: Doe elk uw dienst zo gaade slaan, Als in den heemel werd gedaan. 5 Geef heeden ons ons daaggliks brood, En al den eisch van 's lighaams nood: Op dat 't ons alles wel gedy, Zo geeft'er staag uw seegen by; Want selfs uw gaaven baaten niet, Als gy den seegen [Folio Ee1v] [fol. Ee1v] niet gebied. 6 Vergeef ons onser sonden schuld. Zo gy uw recht wilt sien vervult, Geen mensch voor u rechtvaardig leeft; Maar ons om Christi wil vergeeft, Gelijk wy, met ontfermenis, Vergeeven, die ons schuldig is 7 En leid ons in versoeking niet: Maar als ons dit ter proev' geschied, In voorspoed, of in teegenspoed, Zo sterk ons hert, door goeden moed; Uw kracht in onse swakheid toont, En ons met ooverwinning kroont. 8 Verlos ons' lijf, en ziel altijd, Van alle quaad, dat haar bestrijd; Dat wy den duivel weederstaan, Dat wy des weerelds list ontgaan, Dat ons het vleesch niet zy te sterk; Volbreng in ons het goede werk. 9 Want u, die hoog, en laag regeert, En alles schikt, zo gy begeert, Behoort alleen het Kooning-rijk: In kracht is niemand u gelijk: U is de hoogste majesteit, En heerlikheid, in eeuwigheid. 10 Wy seggen Amen tot besluit, En drukken ons vertrouwen uit, Als wy wat bidden, naa uw woord, Dat gy ons seekerlijk verhoort, Door Christum onsen middelaar: Het zy alzoo, het [Folio Ee2r] [fol. Ee2r] werde waar. Vorige Volgende