Den hoonig-raat der psalm-dichten ofte Davids psalmen met d'andere lof-sangen
(1686)–Hendrik Ghijsen– Auteursrechtvrij
[Folio M6r]
| |
hulp voor my,
Wil uw verlossing niet vertraagen
Beschaam die mijne Ziele jaagen
En slaa met schaamrood mijn party.
Laats' achterwaards gedreeven werden;
Vervul hun hert met schand, en smaad,
Die hen verlusten in mijn quaad,
En daar in, met vermaak, volherden.
2 Laat hen tot hun beschaamings loon,
Met smaad, en schand te rugge keeren,
Die tot beschaaming my onteeren,
En seggen haa, tot mijner hoon.
Laat al die soeken naar uw eere,
In u zijn vroolik, recht verblijd,
Uw heils-lief-hebber seg altijd,
Groot zy gemaakt de Heer der Heeren.
3 Doch in elend ben ik bedroeft;
Haast u, o God, kom my bevrijden,
Gy zijt mijn nood-hulp in mijn lijden;
Ach Heer, mijn helper, niet vertoeft.
|
|