Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 357] [p. 357] II Schrikkelmaand [pagina 359] [p. 359] Irrequietum ... Als één verdriet is uitgezucht, en ruimte is, zult ge zeggen, en reden daar, om ééns, toch ééns, het rouwkleed af te leggen! 't En doet! Daar zitten zuchten al volveerdig, neêrgedwongen, en beidende, in de bange borst, die geren henensprongen! Ze kwellen en ze pramen u, en baren zult ge, baren, ach! de altijdonvolborentheid des weedoms! De oude jaren en letten 't herontvangen, noch het grootgaan, immer: sterven van droefheid, zult ge, in barensnood, en 't eeuwig - leven - erven! 11-11-1895 Vorige Volgende