Dichtwerken (deel 1 en 2)
(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend
[pagina 286]
| |
Breekt banden die de helle smeedde,
verzoent, door uwe offrande en bede,
den mensch en God; zijt middelaar;
vereend in God en 's priesters handen,
zij man en vrouw, door 's huwlijks banden,
aan God getrouwe en aan elkaar.
Zalft zieken, en die sterven moeten
belooft hun, vrij van zonde en boeten,
den loon die hun is voorbereid;
zijt vader, koning, vriend en strijder,
zijt voorbeeld, zoenoffrande en lijder,
zijt priester, in der eeuwigheid!
10-12-1886
|
|