Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [De Vlaamsche Zonen zingen vrij] De Vlaamsche Zonen zingen vrij en blij, zoo mannen plegen, hun eigen lied, noch vreezen zij al die hun zingen tegen! Kloek aan dan, vrome heldendiet, het vlaamsche lied! Het klonk, als in de wiege ik lag, en leerde, uit moeders blijden lach, de liefde die mij herte en bloed nog trillen doet, voor Vlaanderen, 't schoone land, vol eere en lof geplant en vol aanminlijkheden! De vlaamsche zonen ... Het klonk als, goedendag in d'hand, de vaderen vochten voor hun land; tot dat zij, bloedend, onversaafd, en onverslaafd, des vijands erfgespuis uit onze grenzen sloegen, en, zingend, weêr naar huis hun' blijde vanen droegen! De vlaamsche zonen ... [pagina 181] [p. 181] Het klonk bij dicht- en bruiloftfeest en volkvergâringe, aldermeest en alderliefst, het vlaamsche lied: waarom toch niet als wij, al vriend te zaam, zoo blij zijn dat wij mogen ons geven nog den naam van Vlaming, ongelogen! De vlaamsche zonen ... Het klonk, zoo menig jaar geleên, het klonk bij oud en jong, voorheên, op reize, aan 't werk, bij vrouwe en kind, van al bemind, van al die, vrij en vrank, uit vlaamsche bloed geboren, de dood eer als den dwang van slavernij verkoren! De vlaamsche zonen ... 21-10-1882 Vorige Volgende