Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende CLXXXII Eerw. heer Aud. Lootvoet 19 Januarij 1897 Hij hief zijn' handen hemelwaard, van in zijn' eerste jaren; nu is hij, los van stof en aard, ten hemel opgevaren. Hij stond en bood het heilig Lam, en boette 's werelds kwalen, tot dat God zelve omleege kwam, den boetedoener halen. Hij zat en zuchtte, om arebeid te doen, in 's wijngaards hoven; den loon had hem al toegezeid de Wijnman van hierboven. Zijn herte wist van blijdschap, in 't gezelschap der beminden; wat zal hij vast, in 't huisgezin des Heeren, blijdschap vinden! ‘Laat gaan!’ zoo riepen de engels, van den berg van Oliveten: gij volgen zult, en, vrienden, dan hetgeen hij was eens weten. Vorige Volgende