Dichtwerken (deel 1 en 2)
(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend
[pagina 306]
| |
Hij wist wat lijden was,
en heeft, herhaalde malen,
wanneer de dood hem kwam
zijn liefste panden halen,
als christen mensch tot God
‘Uw wil geschie’ gezeid.
Hij steunde, vast en vrij,
op God al zijn betrouwen,
't zij vroeg, 't zij laat bereid
om ook de dood te aanschouwen,
en 't kruis te aanveerden dat
hem ook was opgeleid.
Dat kruis, met kloeken moed
zoo langen tijd gedregen,
het zij een kroone nu
voor hem, voor ons een zegen,
't zij een vermaan ter deugd
en ter standvastigheid!
|
|