Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende CXXX Sophie Amelie Leplae 12 Februari 1889 Zij was van jongs aan God, als Moeder en als Vrouw, spijts alles, zediglijk en stediglijk getrouw; de tijd en mochte nooit, noch met den tijd het keeren en 't wenden des gebruiks, haar andere zeden leeren; zij stond tot tenden toe, heur kinderen voorgegaan, en bleef navolgensweerd, schier onnavolgbaar staan! God kent die vastigheid in 't goed, en zal ze loonen met iets dat langer duurt als 's werelds ijdle kroonen: met onveranderlijk en stervensvrij genot in Hem die zelve en loon en loonder is, in God! Daar, moeder, mochte ik, U indachtig al mijn leven, mij dankbaar, U en God, voor altijd wedergeven, dien gij bemindet en bewaardet, en voortaan dien gij alleen liet op den weg des levens gaan! Vorige Volgende