Dichtwerken (deel 1 en 2)
(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend
[pagina 294]
| |
God spare u nu! Ik ben verlost,
terwijl 'k uw broerken baarde,
van 't leven dat maar lijen en was
voor mij, en wee op de aarde!
God spare u, spare u, Man, die mij
beminnen hielpt en dragen
den lieven last, nu meer als ooit:
God spare u, lange dagen!
Hebt hope en troost, en... Wilt, o God,
aan vrienden 't hert verleenen
te helpen hem, ook zonder mij,
nog zorgen voor die kleenen!
|
|