Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 293] [p. 293] CXIV Michiel Schoeman 4 Januarij 1888 Voor niet en droeg hij 't zweerd van Gods geweld in d'handen, noch was de zware plicht van 't straffen hem betrouwd; hij wist aleventwel ook in de knevelbanden met eerbied aan te zien het beeld na God gebouwd. Ei, wapenknecht, hij wierd, de dieven eens betrapend, hij, van den grooten dief die al wat leeft bespringt, besprongen, vastgepakt, geknevelband, ontwapend, en eeuwig pal gezet waar Vrede en Vrijheid blinkt. Vorige Volgende