Werken. Deel 6(1908)–Julius de Geyter– Auteursrecht onbekendOnuitgegeven en verspreide gedichten; Mijne levenswarande; Bloemen op een graf II Vorige Volgende [pagina 153] [p. 153] Aan Peter Benoit nadat hij mij op 't kasteel van Zandvliet Mijn Moederspraak had voorgespeeld en voorgezongen. Wat schat van tonen draagt gij in uw borst! Zingt gij die uit, dan kunnen nachtegalen, Dan kan een zon, met al heur gouden stralen, Niet meer geluk in harten neer doen dalen. Hoe arm bij u is niet de rijkste vorst! Vorige Volgende