Kaarten
I |
DE VOLKSVERHUIZING |
14 |
|
II |
DE OUDE BISDOMMEN |
24 |
|
III |
DE VERDELING VAN VERDUN (843) |
34 |
|
IV |
DE FEODALE VERSNIPPERING |
40/41 |
|
V |
DE MACHTSUITBREIDING VAN KAREL DE STOUTE |
120/1 |
|
VI |
DE MACHTSUITBREIDING VAN KAREL VAN GELRE |
164 |
|
VII |
DE BISDOMMEN VAN PHILIPS II |
193 |
|
VIII |
HOLLAND EN ZEELAND IN 1572 |
227 |
|
IX |
DE VEROVERINGEN VAN PARMA |
283 |
|
X |
DE VEROVERINGEN VAN MAURITS |
299 |
|
XI |
DE PLANNEN TOT VERDELING VAN DE SPAANSE NEDERLANDEN |
422 |
|
XII |
DE AFKNABBELING DER SPAANSE NEDERLANDEN, I: VREDES VAN MUNSTER (1648) EN DE PYRENAEËN (1659) |
447 |
|
XIII |
DE OOST-INDISCHE COMPAGNIE |
464/5 |
|
XIV |
DE WEST-INDISCHE COMPAGNIE |
480/1 |
De eerste 10 kaarten zijn op mijn aanwijzingen getekend door de heer M.J. de Moor; de volgende door mijn zoon W.F. Geyl. Hem bracht ik in 1934 voor zijn geduld en nauwkeurigheid reeds mijn hartelijke dank.
Ik heb veel te danken aan de voortreffelijke Historische Schoolatlas van de heer H. Hettema Jr., wiens aanschouwelijke en zinrijke kaarten mij de conceptie van verscheidene der mijne hebben ingegeven. Voorts heb ik de Geschiedkundige Atlas van Nederland gebruikt, die evenwel zelfs voor het tijdvak vóór de scheuring zijn beschouwing tot de gebieden die later de Noord-Nederlandse staat zouden samenstellen bepaalt.
Hoe verkeerd dat beginsel is, blijkt b.v. in de kaarten van de bisschoppelijke indelingen, die ik, voorzoveel mijn kaart II betreft, naar Mees' Historische Atlas van Noord-Nederland (1860), en, voor kaart VII, naar F. Willocx, L'introduction des décrets du Concile de Trente (1929), aangevuld heb. Voor kaart I is uit G. des Marez, La colonisation franque (1926), voor kaart IV uit Pirenne, Histoire de la Belgique, vl. II, en voor kaart XII uit L. van der Essen, Atlas de géographie historique de la Belgique (1927), het een en ander geput.
P.G.