Het veerhuis(1946)–Ida Gerhardt– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 66] [p. 66] Het violenperk Voor Titia en Martien. Het ronde perk met donkere violen, gevat in groen van zomergeurend gras, - verzonken wereld waar ik kind in was, in een verwonderd spelen weggescholen. Het ronde perk met donkere violen, purper, onpeilbaar zwart en smeulend bruin - hier was het hart der paden in den tuin, het middelpunt van droom en heerlijk dolen. Het ronde perk met donkere violen, - hoe boog ik dieper op hun zwaren gloed naar het geheim, dat schemerend vermoed, in hun fluweelen staren bleef verholen. Het ronde perk met donkere violen, - daar, turend in een ernstig bloemenhart, wist ik voor 't eerst, in helle schrik verward, de gave, slapende in mij verscholen. Vorige Volgende