Dichtwerken(1869)–P.A. de Génestet– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 282] [p. 282] Moeders Graf. Wel hem, wien God in 't vlugtig leven Een vrome moeder heeft gegeven, Want wie kan twijflen op haar graf? v.d. Hoeven Jr. naar Lamartine . Waar rijst, uit twijfel, zonde en smart, Altijd? met diep gelooven, Een ongeloovig menschenhart, Weer stille en rein, naar boven? 't Is bij het graf der vrome vrouw, Die 't eerst ons hart bewaarde! Begraaft gij uwer moeder trouw Toch met geen handvol aarde. Daar kan geen twijfel, die verleidt, Des harten drang verhinderen; Het kínderoog ziet de eeuwigheid En mannen worden kinderen. 1857. Vorige Volgende