Dichtwerken(1869)–P.A. de Génestet– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 281] [p. 281] Vasthi en Esther. De trotsche schoonheid meent te staan, Te heerschen door haar macht. Doch zal haar troon en kroon vergaan, Zij staat en - valt veracht. De teere schoonheid buigt en beeft, En spreekt ootmoedig, zacht. Doch 't woord, dat van haar lippen zweeft, Voert koninklijke macht. Kort bloeit de kroon der hoovaardij, En valt in éénen nacht. Der teedren ís de heerschappij, Der zwakken is de kracht. 1856. Vorige Volgende