Nagelaten brieven
(1976)–P.A. de Génestet– Auteursrechtelijk beschermdBrief no. 267 Aan A.C. KrusemanDatum: 16 mei 1861 ubl
Amst. 16 Mey. 61. Waarde Vriend,
Ik voel mij gedrongen mijn hart eens aan U uit te storten - ten opzichte van den Christelijken. Hoe langer hoe minder zie ik kans om dat boekske van 't jaar behoorlijk te redigeeren. Ik had de maanden April en Mei bestemd om ‘het mijne’ gereed te maken - om dan vrij te zijn, doch het is mij letterlijk onmogelijk geweest. Gedurig was ik ongesteld, elendig en naar - dank zij al die Noordewinden! Van de week had ik weêr de koorts. Nu ga ik Zaturdag naar VelpGa naar eind1. bij mijn schoonmoeder en den gantschen zomer zal ik verre zijn van mijn vriend Kruseman - verre van mijn mederedacteur. Bovendien - ik stel zoo geheel vertrouwen in Uw vriendschap en bescheidenheid, dat ik niet schroom U dat geheim in t'oor te fluisteren - er zijn veranderingen in mijn leven aanstaande, die mij ook al dringen U te waarschuwen dat Gij niet veel op mij rekenen moet! Eigenlijk woû ik dolgraag van de Redactie af - en Tiele heeft mij onlangs gezegd: Ik woû dat Gij 't maar alleen deedt. ‘Dank je wel’. t'Is een verdrietig werk, 't loont de moeite niet, en men kan toch niet gedaan krijgen wat men wil. Ieder, die om een bijdrage gevraagd wordt, vindt 't even vervelend. Hoe onze conferentie tot stand zal komen weet ik ook niet, want ik kan toch moeilijk heel van Roosendaal komen als het Tiele convenieert, en Tiele is niet vrij om te komen als het mij schikt. Waarachtig het gaat niet, op zulk een afstand van elkaer, samen een boekske | |
[pagina 219]
| |
redigeeren! Nu wilde ik aan Tiele schrijven: ‘Vriend ik sta U geheel het honorarium af; ik zal U zooveel vaersjens geven - als de Hemel mij geeft - doch beredder gij van 't jaar den boêl alleen, want anders loopt alles in de war. Het boekske kan dan toch onder ons beider naam uitkomen’. Vindt Ge dat goed? Ik moet mij vrij voelen om iets te kunnen doen. En anders, willen wij de zaak op zijn beloop laten, zien wat er koomt, en lukt het niet den bundel vol te krijgen - dan het boekske dit jaar maar eens niet uitgeven? En 't volgend jaar - met een nieuwen naam? Ik vond mij verplicht U al deze dingen te zeggen, omdat ik U later niet in den pekel wil laten zitten. Zoo gij een andere redactie voor het jaarboekjen wist, het zou Tiele zeker het aangenaamst zijn. Want Tiele heeft het veel te druk om er werk van te kunnen maken - en ik krijg meer en meer afkeer van dergelijk werk. Zaturdag ga ik naar buiten en mijn adres wordt: Mevr. Bienfait, Villa Nova te Roosendaal bij Velp. Schrijf mij eens hoe gij over de zaak denkt. Zegt ge: doe wat ge kunt en laten wij zien wat er van koomt, ik zal 't u niet wijten, als 't van 't jaar niet lukt - dan schrijf ik niet aan Tiele en zal doen wat ik kan. Maar nog eens ik moet vrij zijn - anders gaat het niet. Uw oprecht liefh. P.A. de G.
P.S. Aan Tiele hebben Vosmaer en KellerGa naar eind2. een bijdrage toegezegd, elk à raison van ƒ 25.!.
Adres:
|