Nagelaten brieven
(1976)–P.A. de Génestet– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 185]
| |
Brief no. 226 Aan C.P. TieleDatum: 18 augustus 1860 ubl
Mijn lieve vriend, Uw brief heeft mij niet bijzonder verrast. Kruseman vraagt al om kopij en ik heb nog niets in handen. Zeg eens zoudt gij die preêk van U over Doorn in 't vleesch - niet geschikt achten of geschikt kunnen maken voor ons boekske? Zoudt Gij ook nog eens bij HoekstraGa naar eind1. aankloppen? Ik ken hèm niet - Laat ook de Auteur van het stukje ‘Werken’Ga naar eind2. in den vorigen jaargang zijn beste been eens vooruit zetten! Het vaers van I.S. is niet geschikt. Dat hadt Gij den man wel aanstonds kunnen zeggen, zonder míj te raadplegen! Ik verzoek U het stukje dien heer terug te zenden, met bijgaanden brief. Lees 'm en zeg of gij die form niet goed en beleefd vindt. Ik heb mijne redenen om het ding zóo terug te zenden. Wat ik zeg van het Delftsch Beroep?Ga naar eind3. Dat men wel niet anders kon! Ik hoop dat er zegen op rusten zal! - Gij moet den bewusten vriend toch nog maar eens pressen om een kerkhistorisch stukjen voor ons te schrijven - 't is misschien goed dat het genre weer eens vertegenwoordigd wordt. Beloofd honorarium. Nu ten slotte nog iets mijn beste Steun voor den Christelijken, in 's hemels naam, niet te veel op mij - want ik ben bezig een boekjenGa naar eind4. saam te stellen, dat in Oct. of Nov. uit moet komen en mij veel tijd kost. Ik kan waarlijk zooveel vaerzen niet geven als verl. jaar en de boêl loopt in de war zoo wij niet saam werken. Voor die weêrgasche plaatjens zit ik ook al! Sterkte man! Ik woû dat ze Ú met ƒ 2800 traktement dominé van Delft hadden gemaakt. Dat zou beter voor U zijn geweest dan die Rotterdamsche drukte, waarin men onder gaat! Groet de Uwe en weet mij steeds in liefde
De Uwe P.A. de G. Bloemendaal
Adres:
|
|