niet nodig. Dat betekent niet dat de sheriff de mededeling ook tegenover Warton achterwege kan laten. Want die moet weer op die mededeling reageren.
Er zijn dus twee dingen: enerzijds de noodzakelijkheid dat Warton te horen krijgt wat er gebeurd is. Aan de andere kant de lezer die dat al weet. Om de lezer niet lastig te vallen met uitweidingen over hoe alles zo gekomen is, die dubbelop zijn, moet de schrijver zijn relaas via de dialoog aan Warton zo kort mogelijk houden. Dat doet de schrijver van Arendsoog dan ook. Maar als hij een goede schrijver geweest was, had hij meer kunnen doen. Dan had hij via die dialoog de emotie van de spreker overgebracht. Want die Warton in dat boek is geen prettige jongen. En het feit dat hij bij de veiling te laat komt is voor zijn tegenstanders, de ‘goeden’, de helden, een overwinning. Het gevoel van overwinning had via de dialoog naar voren kunnen komen. Bij voorbeeld door wat ik hierboven als mogelijke uitspraak van de sheriff weergaf: ‘De zaak is verkocht Warton!’ Recht voor z'n raap, keihard, een definitieve afrekening met de schurk. Je kunt daar tegenin brengen dat de sheriff misschien een uiterst zakelijke, koele figuur is die zijn emoties nooit laat blijken. Aha, denkt een goede schrijver dan: wanneer de emoties hoog oplopen en iemand blijft altijd maar volkomen rustig en koel, kan dat opnieuw voor een spanningsveld zorgen. Dan kan uit de rust van de een en de opwinding van de ander een conflict ontstaan, of, op een gegeven moment een gevoelsontlading bij de (schijnbaar) altijd zo beheerste persoon.
Schrijven over mensen is spanningen opwekken en die tot ontwikkeling laten komen. Zo gaat het in het werkelijke leven ook. Maar de sheriff in Arendsoog praat altijd in dezelfde trant, op dezelfde toon. De ontwikkeling in zo'n boek vindt alleen plaats door middel van de gebeurtenissen, waarop de mensen reageren, zonder dat ze als figuren andere dan banale ontwikkelingen doormaken.
De goeden zijn goed en de slechten slecht. Een slechte kan hoogstens bekeerd worden. Maar omdat hij toch al niet op een echte mens leek, zal dat niet baten.