verdwijnen ze soms, willen niet meer naar voren komen wanneer je ze probeert op te roepen. ‘Hoe was het ook weer?’ Het antwoord luidt: ‘Ik ben het vergeten.’ Hoe spijtig is dat vergeten soms, en hoe pijnlijk.
In die gevallen kan het dagboek uitkomst brengen. Natuurlijk is de weergave van gebeurtenissen daar vaak erg vers. De koele en kritische afstand ontbreekt. Later kan men, lezend in zijn dagboek, zeggen: zo is het inderdaad gebeurd, maar ik hechtte een te groot belang aan het gebeuren.
Ik denk dat die dagboeken het langst bestand zullen zijn tegen de sloophamer van het ouder worden die zo koel en helder mogelijk een verslag geven van iemands leven. Dus niet de dagboeken vol emotionele uitbarstingen:
‘1 augustus. Vandaag hield ik meer van haar dan ooit. O, kon ik haar kussen van haar voorhoofd tot haar tenen. Ik ben in de wolken! Mijn gevoelens bereiken een kookpunt. Zij is het mooiste, liefste, aanhankelijkste wezen op de gehele aarde, nee, in het hele uitspansel!’
Dergelijke gevoelsuitbarstingen doen later vaak komisch aan, wanneer er verderop staat geschreven: ‘3 augustus. Ik heb het uitgemaakt. Ik verveelde mij gisteren de hele dag met haar.’ Ik denk dat vooral een paar jaar later een ander soort beschrijving veel meer had verduidelijkt. In plaats van de evocatie van gevoelens een zo zorgvuldig mogelijke poging te beschrijven wát nu precies de emoties waren die de liefde tot zo'n hoogtepunt deden ontbranden: hoe zag zij eruit, wat voor dingen zei ze, wat voor ontroerende gebaren maakte zij. En in plaats van ‘Mijn gevoelens bereikten een hoogtepunt’ een beschrijving van de dingen die de schrijver wilde, hoopte dat ze zouden gebeuren.
Ja, en dan die volgende dag. Alles is kennelijk misgelopen. Een korte aanduiding van wat er die dag heeft plaatsgevonden, van de aard van de teleurstelling, zou ook nog vele jaren later een verhelderend beeld hebben kunnen opleveren.
Dagboeken zijn veelal niet voor anderen dan de schrijver bedoeld. Wanneer je voor anderen schrijft, zal je dat zodanig moeten doen dat de gedachten die je neerschrijft niet acadabra blijven. Dat heet publieksgericht schrijven, hoe moeilijk het ook is die term door middel van voorschriften in te vullen. Maar ook wanneer je uitsluitend zelfde lezer bent en zult zijn