avontuur. Of was dat bij haar anders? Zocht zij juist de beslotenheid?
‘Ronnie,’ zei ze. ‘Kijk nou eens naar me. Ik ben geen type voor het grote avontuur. En ik weet niet wat ik me erbij moet voorstellen. Ik kan me alleen een flatje voorstellen en als we hard werken over tien jaar een middenhuis met een tuintje. En daar wonen wij dan, de potten van de buurt Tenzij we in een stad gaan wonen en een goede verstandhouding opzetten met onze mannen, zodat de kinderen kunnen komen. Of moeten we met vier kinderen gaan wonen? Dat is misschien het fijnste: als we alles kunnen blijven vasthouden dat ons leven heeft bepaald.’
‘Behalve dan die mannen,’ zei Ronnie.
‘Daar ben ik niet zo zeker van,’ antwoordde Nila. ‘Want ik zou Frits missen. Dat weet ik zeker.’
‘Ik Henk niet.’
‘Jij Henk ook.’
Ronnie schudde haar hoofd. Zij legde een hand op Nila's heup en liet hem langzaam naar haar buik glijden. Maar Nila wist dat de opwinding niet terugkwam, dat de gedachten die door haar hoofd speelden iedere opwinding in de weg stonden.
‘Doe het maar niet meer,’ zei ze.
‘Wil je het bij mij doen?’
‘Jij bent onverzadigbaar!’
‘Dat zei Henk ook toen hij laatst met me naar bed wilde. “Weet je waarom jij van wijven houdt? Omdat je een geile hoer bent.”’
Nila boog zich over Ronnie heen en begon haar te beroeren. Zij bracht haar mond naar Ronnie's onderbuik en likte haar. Zij ging ermee door zonder te weten of Ronnie genoeg had. Zoveel wist zij nog niet van haar vriendin, dat zij wachtte op een teken - als de wissel bij een estafette.
De bel ging.
‘Ga maar,’ zei Ronnie. ‘Ik voel me tevreden.’
Ze bedoelde het aardig, maar het was alsof ze een gemakzuchtig complimentje gaf aan een ondergeschikte.
‘Houd van me,’ zei Ronnie. ‘Alsjebheft lieve Nila, houd zoveel mogelijk van me.’
‘Stel je voor,’ zei Ronnie toen ze in de kamer zaten. ‘We gaan samen op reis. Ik heb zoveel dromen over reizen. Ik zou steden met je wil-