Nut tyd-verdryv(1686)–Mattheus Gargon– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 4] [p. 4] Het Twede Kapittel. 1.[regelnummer] Lievd-waarde Zoon, zo gy myn raad aanvaard, En myn gebod bewaart, 2.[regelnummer] Zo gy my leent uw' lerens-gierig' oren. Om wetenschap te horen; Zo 't yverig hart na ware wysheid haakt, 3.[regelnummer] En zig daar in vermaakt: Ja zo gy roept, dat u 't verstand verzelle, En kennis wetten stelle, 4.[regelnummer] Indien gy daar oit meerder lust in had, Als in verholen schat, 5.[regelnummer] Zo zult gy haast de vreze-konst des Heren, En syne wysheid leren. 6.[regelnummer] Gods wille-kragt, en ziel-verlichtend woord, Zet alle kennis voort. 7.[regelnummer] God heeft syn volk vergunt een schrander oordeel; En een bestendig voordeel. God is een schild die dekt en hulpe geevt; 8.[regelnummer] Als men vroomhartig leevt. Op dat men zoud met onvermoeide schreden, 'T geboden-pad intreden. God staat met vlyt zyn gunst-genoten voor; En baant haar 't deugden-spoor. 9.[regelnummer] Dan zal myn Zoon de kinder-pligt ontdekken; En noit het recht verrekken. Dan zal myn Zoon de billikheid verstaan, En 't regte pad inslaan. 10.[regelnummer] Als eens uw hart de wysheid heeft bekomen, En daar in lust genomen. 11.[regelnummer] Het ryp beraad; en wel-beleid verstand, Zal bieden u den hand. 12.[regelnummer] Om u van 't pad der bozen af te keren; En van dien man te weren, Wiens stoute tong de waarheid tegenkrait: En valschelijk verdrait. [pagina 5] [p. 5] 13.[regelnummer] Die van het pad der zuivre deugdzaamheden, In 't zonden-spoor wil treden. 14.[regelnummer] Die zig verheugt in 's schenders heilloos kwaad, En 's boos-wigts gruwel-daad. 15.[regelnummer] Die zorglijk op den dwaal-weg blyvt gevangen; En in syn slimme gangen. 16.[regelnummer] Het ryp beraad, en wel-beleid verstand, Zal bieden u den hand. Op dat uw' lust u nimmermeer vervoere. Door 't oog-gelonk der hoere: Die door haar stem, en hart-verlokkend woord, Ontugtelijk bekoort. 17.[regelnummer] Die 't wettig hoofd haars jonkheids is ontweken, En durvt den echt-band breken. 18.[regelnummer] Haar dartel huis helt na den jammer-dood: Haar pad na ramp, en nood. 19.[regelnummer] All' die met haar haar geile lusten boeten, Die wenden noit de voeten, Van 't zonden-spoor, dat sy zyn ingegaan, Om 't heil-pad in te slaan. 20.[regelnummer] Ja ryp beraad, en wel-beleid verstand, Zal bieden u den hand. Op dat gy 't pad der vromen meugt bewand'len, 21.[regelnummer] Die onopspraaklijk hand'len. Want voor de schaar der vromen is de aard, Volstandiglijk bewaard. 22.[regelnummer] Maar 't god loos rot, dat alles durvt verdrukken, Zal God daar uit wegrukken. Vorige Volgende