Nut tyd-verdryv
(1686)–Mattheus Gargon– Auteursrechtvrij
[pagina 3]
| |
[pagina 4]
| |
Hy zal steeds zyn, gelyk de goede bomen,
Geschoren langs een klaren water-vloed;
Waar van veel goede vrugten komen,
Die afgenomen,
Heelzaam zyn, en zoet.
En waar van noit een blad of telg neêrstort,
Door 't Zonne-bräen gezengd, veel min verdord.
Maar 't zondaars rot werd als het kaf gedreven,
Daar sterk een wind al stuivend onder speelt:
God zal het noit een rust-plaats geven;
Van 't ewig leven,
Werd het noit bedeelt;
Noit zal het by de Gunst-genoten staan,
Maar in het ryk der duisternis vergaan.
De heil'ge God bemint der vromen wegen,
Hy zorgt voor haar, en kroont haar met geluk.
De zondaars derven daar-en-tegen
Syn hulp, en zegen:
Kommer, smart, en druk,
Is hem bereid, die op dat heilloos pad,
Zoekt aardsche vreugd, en mist den hemel-schat.
|
|