De groote tour
(1983)–Anna Frank-van Westrienen– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 325]
| |
Biografische notities van touristen wier journalen en brieven in deze studie verwerkt zijnGa naar voetnoot*cornelis van aerssen van sommelsdyck, heer van Spijk, markies van Châtillon (20-8-1637-Suriname 19-7-1688), zoon van Cornelis en Lucia van Waltha. Reisde samen met zijn broer François en Justinus van Nassau door Spanje en bleef naderhand een tijdlang in Parijs, tegelijkertijd met zijn neven De Villers. Tr. Margaretha de Puy de St André Montbrun. Ritmeester, kolonel (1680). Kocht in 1683 grote delen van Suriname van de W.I.C. Gouverneur van Suriname, waar hij in 1688 vermoord werd. Bron: De Brunel's ‘Voyage d'Espagne...’ (zie hieronder, François). z.v.: NNBW III, 10.
françois van aerssen van sommelsdyck, heer van de Plaat (29-10-1630-14-11-1658), zoon van Cornelis en Lucia van Waltha. Imm. Leiden 15-12-1642. Verblijf in Bourges 1646. Groote Tour tussen 1651 en 1655, door Frankrijk, Duitsland, Italië, Spanje en terug door Frankrijk, samen met Justinus van Nassau (?-1655 in Frankrijk, zoon van Willem Maurits van Nassau en Maria van Aerssen van Sommelsdyck), onder leiding van A. de Brunel; François verdronk op terugreis vanuit Engeland naar Nederland. Bronnen: Zijn journaal van de gyro; A. de Brunel, ‘Voyage d'Espagne, curieux, historique et politique, fait en l'année 1655’ (verschillende edities, o.a. Cologne 1667). z.v.: NNBW III, 9: Pélissier's inleiding op Van Aerssen's ‘Voyage d'Italie’; Hoogewerff, Van Aerssen. | |
[pagina 326]
| |
pieter teding van berkhout ('s-Gravenhage 15-11-1643-Delft 5-2-1713), zoon van Paulus en Jacomina van der Voorst. Studie te Leiden (?). Eerste reis naar Frankrijk van eind 1660 tot eind 1661. Terugkeer naar Holland voor verdere studie. In de zomer van 1664 opnieuw naar Frankrijk. Verblijf in Parijs, promotie te Bourges op 9 aug. 1664 tot D.U.J. Tour door Frankrijk en voorjaar 1665(?) terug naar de Nederlanden. Tr. 1668 Elisabeth Ruysch, zuster van Coenraad. Tr. 2o Maria van Bleyswyck. Herhaaldelijk burgemeester van Delft; gedeputeerde ter Staten van Holland en gecommitteerde ter Admiraliteit van Zeeland. Bronnen: Zijn brieven-verslag van de reis van 1664 en aantekeningen in het fam. archief. z.v.: NNBW IV, 135, 136; Schutte 26.
volkert teding van berkhout (Monnickendam? 1597-Neurenberg 5-9-1632), zoon van Adriaen en Geertruyt Volkertsdr. Gael. Imm. Leiden 19-3-1619, p. Of hij in 1620 inderdaad Thomas Erpenius naar Frankrijk vergezelde, is niet duidelijk. In 1621 reis naar Engeland, in de suite van het gezantschap van François van Aerssen e.a. (met Constantijn Huygens als secretaris). Vermoedelijk ging Berkhout eind 1623 naar Frankrijk, om daar als ‘ordinaris edelman’ in dienst te treden van Charles de Lorraine, duc de Guise (1571-1640). In 1627 (direct na een duel in Parijs) vertrek naar Italië met de hertog de Guise. Dec. 1628 duelleert hij in Rome, immatriculeert op 22 dec. 1628 in Siena, waar hij vervolgens fungeert als consul van de Natio Germanica. Najaar 1631 bezoekt hij Wenen, in gezelschap van twee Medici-prinsen. Als hij tijdens het beleg van Neurenberg sterft, is hij cornet bij de ruiterij onder commando van Ludovico Gonzaga. Bronnen: Berkhouts brieven aan zijn broer Paulus en aan zijn (tweede) moeder. Zijn testament van 1620. De stukken van het duel in Rome. Brom, Archivalia II, 370-372; Grotius, Briefw. III, 124, 126, 127; Molhuysen, Bronnen II, 178 e.v. (de reizen van Erpenius naar Frankrijk). z.v.: NNBW IV, 138, 139; Schutte 17; Heringa 136 en passim.
arend van buchell (Utrecht 18-3-1565 - Utrecht 15-7-1641), natuurlijke zoon van Arend, kanunnik van de St Pieter in Utrecht en Brigitta Jans. Imm. Leiden 7-5-1583, artes. Rechtenstudie in Douai, maart 1584-juni 1585, naderhand voortgezet in Leiden en aldaar in 1593 L.U.J. Reis naar Frankrijk en verblijf in Parijs van zomer 1585 tot mei 1586. Voorjaar 1587 tot half juli 1588 reis door Duitsland naar Italië en terug. In 1591 en 1599 twee (dienst-)reizen naar Duitsland. Tr. 6-5-1591 Klaasje van Voorst. Secretaris van Walraven van Brederode en nadien van Johannes de Hornes. Advocaat in Utrecht. Vanaf 1619 bewindhebber der W.I.C. Ouderling van de gereformeerde kerk en regent van het tuchthuis in Utrecht. Geschiedschrijver en oudheidkundige. Bronnen: De journalen van zijn studiejaar te Douai, van het verblijf in Parijs en van de gyro. z.v.: NNBW VI, 229-231; de inleiding van L.A. van Langeraad op Van Buchell's Diarium. | |
[pagina 327]
| |
frederik coenders van helpen, heer van Fraem en Huisinge (Helpman 15-2-1541-Groningen? 5-2-1618), zoon van Derk en Josina Gaijckinga. Imm. Tübingen 29-5-1557, Bazel nov. 1557, samen met zijn broer Everhard en aansluitend verblijf in Zwitserland van zomer 1558 tot voorjaar 1560. In 1567 opnieuw samen op reis door Duitsland en verblijf in Genève van okt. 1567 tot juni 1568. Vandaar via Zürich en Frankfurt naar Wenen. In febr. 1569 thuisreis via Praag en Dresden. Van sept. 1571 tot half aug. 1572 (als begeleider van twee jonge neven), tocht door Duitsland, Zwitserland, Frankrijk en zuidoost Engeland. Tr. Hille Cater. Burgemeester van Groningen, afgevaardigde ter Staten-Generaal, lid gedeputeerde Staten van Stad en Land, curator van de hogeschool te Groningen. Bron: Zijn journaal. z.v.: NNBW X, 184, 185; Hommes.
pieter de la court (Leiden 1618-Amsterdam 1685), zoon van Pierre del Court en Jenne de Plancke Jonge. Imm. Leiden 1631, l. en nov. 1643, th. Reis door zuidoost Engeland, Frankrijk, Genève, Zwitserland, Duitsland en de zuidelijke Nederlanden, tussen sept. 1641 en nov. 1643. Tr. 1657 Elisabeth Tollenaer. Tr. 2o Catharina van der Voort. Reder en koopman, auteur van politieke en economische geschriften. Bron: Reisjournaal. z.v.: NNBW VII, 335-337; Van Tijn en de daar genoemde literatuur.
jacob en pieter van der dussen. Misschien zonen van Jan Adolph, heer van Bornival en van Kerstenrade, die in 1673 Ronilde Thérèse Spruyt huwde. Van de Van der Dussens die in Leiden de matrikel tekenden, is juist de gelijktijdige inschrijving van Jacob van der Dussen uit Gouda, 21 jaar, l. en van Petrus Constantinus uit Delft, 16 jaar, gedateerd 17 sept. 1699, wanneer de Jacob en Pieter van het reisjournaal al onderweg in Duitsland zijn. Groote Tour van 28 aug. 1699 door Duitsland, Oostenrijk, Italië en Genève, waar het journaal op 10 juli 1700 afbreekt. Imm. Siena, samen met hun gouverneur (?) W. von Goeritz, 25-3-1700. Bron: Reisjournaal, in duplo. z.v.: Van der Aa V, 411-413 (voor mogelijke andere identificaties van Jacob); het artikeltje van J.M. van Wijhe, Eigen Haard 1925, 332-334, waarin een klein fragment van het journaal is gepubliceerd.
tjepcke van eminga, op Wiarda State (± 1657-17-9-1733) [niet Frans van Eminga, een toeschrijving die was gebaseerd op een notitie, bijgeschreven op het schutblad van het journaal], zoon van Sicke en Frouck Tjepcke Eesckesd. Poppema Gerbranda van Aylva. Imm. Groningen als Tiberius Pepinus van Eminga, 7-12-1674, j. Groote Tour van half april 1678 tot febr. 1682 door Duitsland, Oostenrijk, Italië en Frankrijk. Tr. Amsterdam 1682 Lucia Emerentia Gerbrantsd. van Ornia. Tr. 2o juli 1705 Christina Genoveva van der Goes. Tr. 3o nov. 1719 His(?) Mary Ruurtsd. van Burmania. Bron: Reisjournaal. z.v.: De Haan Hettema I, 109; dossier Van Eminga, C.B.G. | |
[pagina 328]
| |
gerard hinlo(o)pen (Hoorn 30-9-1644-?), zoon van Reynier en Trijntje Thijsd. van Noy. Imm. Leiden 14-9-1662, p. Imm. Orléans 28-7-1667 en D.U.J. op diezelfde datum. Reis door Frankrijk en bezoek aan Londen van eind juni 1667 tot eind maart 1668. Tr. 20-4-1681 Margaretha Hoogtwoud. Raad (1717) en schepen van Hoorn (1677, 1679), rentmeester (1721). Bron: Reisjournaal. z.v.: Van der Aa IX, 825.
aernout hellemans hooft, ridder (gedoopt Amsterdam 23-12-1629 - Amsterdam 25-2-1680), zoon van Pieter Cornelisz en Leonora Hellemans. Studie te Leiden en L.U.J. 21-1-1649. Imm. Siena 30-5-1650. Groote Tour van 1-9-1649 tot 10-11-1651 door Duitsland, Italië, Genève en Frankrijk. Tr. 25-5-1655 Maria van der Houven. Tr. 2o 15-3-1665 Anna van Hoorn. Koopman, commissaris van kleine zaken, schepen (1662) en bezorger van zijn vaders literaire nalatenschap, samen met G. Brandt. Bronnen: Reisjournaal en de voor hem geschreven ‘Breve Instruttion’ door A. Marganetti (ms). z.v.: De Hoop Scheffer; Elias I, 148; II, 1086; Van Tricht; P.C. Hooft, Briefw. III.
pieter cornelisz. hooft, ridder (Amsterdam 16-3-1581-'s-Gravenhage 21-5-1647), zoon van Cornelis Pietersz. en Anna Jacobsd. Blaeu. Imm. Leiden 30-11-1606, j. en 21-3-1607. Groote Tour van 4-2-1599 (in aansluiting op een stage bij het handelshuis van zijn neef P.J. Hooft in La Rochelle) tot 8-5-1601, door Frankrijk en Italië, terug door Duitsland. Bezoek aan Parijs eerste helft 1608. Tr. 23-5-1610 Christina van Erp. Tr. 2o 30-11-1627 Leonora Hellemans. Baljuw van Gooiland en drost van Muiden. Dichter en geschiedschrijver. Bron: Reisjournaal (een geannoteerde uitgave door J. de Lange in voorbereiding). z.v.: NNBW IV, 771-777; Elias I, 147, 148; Van Tricht; Hoogewerff, Dichters.
gerard horenken, heer van Dijksterhuis (gedoopt Groningen 25-2-1663-Groningen 6-9-1712), zoon van Egbert en Sibilla Horenken. Imm. Groningen 3-2-1679, Leiden 6-6-1680, Utrecht 1680. Groote Tour (voorafgegaan door een reis door de Nederlanden) van 14-5-1681 tot 22-9-1683, door Frankrijk, Genève, Italië, Genève, Zwitserland, Duitsland en Engeland. Tr. Zuidhorn 29-11-1685 Baudewina Clant. Tr. 2o Pieterburen 11-1-1691 Petronella Maria Lewe. Tr. 3o Groningen, Bouwina Coenders. Hoofdeling te Pieterburen, lid van de Hoge Justitiekamer in Groningen, curator van de hogeschool te Groningen, bewindhebber der W.I.C. Bron: Reisjournaal. z.v.: Formsma 335, 336 en de aldaar vermelde literatuur.
jo(h)an huydecoper, ridder, heer van Maarseveen en Neerdijk (Amsterdam 21-2-1625-Amsterdam 1-12-1704), zoon van Joan en Maria Coymans. Imm. Leiden 19-9-1645, j.; disputatie onder Jacobus Maestertius, maart 1646 (vriende- | |
[pagina 329]
| |
lijke mededeling van Prof. R. Feenstra); L.U.J. Leiden 3-5-1647. Groote Tour van voorjaar 1647 tot onbepaalde tijd in 1650 of 1651 (laatste gegeven over zijn reis: 23 jan. 1650 ontmoeting in Napels met A. Hooft, zie diens journaal f 97r), door Frankrijk, Genève, Frankrijk en Italië. Tr. 12-3-1656 Sophia Coymans. Vanaf 1673 dertien keer burgemeester van Amsterdam, raad ter Admiraliteit te Amsterdam (1681), bewindhebber der V.O.C. (1666). Bronnen: Reisbrieven, kasgegevens en zijn exemplaar van de Almanach journalier voor 1648. z.v.: Elias I, 518, 519; Steur.
christiaan huygens, heer van Zuylichem ('s-Gravenhage 14-4-1629-'s-Gravenhage 8-6-1695), zoon van Constantijn en Susanna van Baerle. Imm. Leiden 12-5-1645, j.; studie Illustere School Breda 1647-1649; L.U.J. Angers 1-9-1655. Reis naar Denemarken als adviseur van graaf Hendrik van Nassau-Siegen, herfst 1649. Reis naar Frankrijk, samen met zijn broer Lodewijk, zomer en herfst 1655. Wiskundige, natuurkundige en astronoom. Lid van de Académie Royale des Sciences in Parijs, lid van de Royal Society in Londen. Leefde en werkte afwisselend in Parijs en Den Haag. Bronnen: Journaal van de reis naar Frankrijk (door Lodewijk bijgehouden); journaal van zijn reis naar Parijs en Londen in 1660/61 (opgenomen in Oeuvres Compl. XXII). z.v.: NNBW I, 1180-1186; Christiaans biografie door J.A. Vollgraff.
constantijn huygens, ridder, heer van Zuylichem ('s-Gravenhage 4-9-1596-'s-Gravenhage 28-3-1687), zoon van Christiaan en Susanna Hoefnagel. Imm. Leiden, samen met zijn broer Maurits, 20-5-1616. j. Disputatie zomer 1617. Eerste reis naar Engeland van 7 juli tot 2 nov. 1617. Reis naar Venetië, als secretaris van de ambassade van François van Aerssen, van 25 april tot 7 aug. 1620. Tr. 6-4-1627 Susanna van Baerle. Secretaris en raad van Frederik Hendrik, Willem II en Willem III. Dichter, componist en veelzijdig ‘dilettant’. Bronnen: Brieven van de reis naar Engeland; journaal en brieven van de reis naar Venetië. z.v.: NNBW I, 1186-1190; Bachrach; Bots; Colie; Heringa; J. Smit, ‘De grootmeester van woord- en snarenspel. Het leven van Constantijn Huygens’, 's-Gravenhage 1980.
constantijn huygens jr, heer van Zuylichem ('s-Gravenhage 10-3-1628-'s-Gravenhage 2-11-1697), oudste zoon van Constantijn en Susanna van Baerle. Imm. Leiden, samen met zijn broer Christiaan, 12-5-1645. L.U.J. Angers 23-7-1649. Reis naar Engeland in de suite van het gezantschap van Adriaan Pauw, febr. en maart 1649. Groote Tour door Frankrijk, Genève en Italië van eind mei 1649 tot in het najaar van 1650(?). Het journaal eindigt begin april 1650 in Genève, maar de route van zijn gyro is in grote trekken bekend. Via Milaan reist hij naar Rome, waar hij in de loop van mei arriveert, 23 juni ontmoet Huygens in Florence | |
[pagina 330]
| |
Aernout Hooft (diens journaal f 115r), in juli is hij in Venetië en begin aug. opnieuw in Genève, vanwaar hij eind aug. doorreist naar Frankrijk. (Zie ook Heijbroek 27, 28.) Tr. 28-8-1668 Suzanna Rijckaert. Vanaf 1672 secretaris van de stadhouder-koning Willem III. ‘Assistent’ van zijn broer Christiaan, dichter, tekenaar en kunstkenner. [Ook Van Zeelhem genoemd.] Bron: Reisjournaal van 1649 en 1650. z.v.: NNBW I, 1190; Briefw. C. Huygens V; Oeuvres Compl. Chr. Huygens, I, 127, 128 en passim; Heijbroek e.a., ‘Met Huygens op reis’.
lodewijk huygens, heer van Monnikeland ('s-Gravenhage 13-3-1631-Rotterdam 30-6-1699), zoon van Constantijn en Susanna van Baerle. Studie aan de Illustere School te Breda 1647-1649, samen met zijn broer Christiaan. L.U.J. te Orléans, begin aug. 1655. Reis door Duitsland in 1650, reis naar Engeland van dec. 1651 tot half juli 1652, in de suite van de ambassade van Jacob Cats e.a. Reis naar Frankrijk, samen met Christiaan, in de zomer en herfst van 1655. (Reis naar Spanje, als ambassade-secretaris in 1660/61.) Tr. 25-3-1674 Jacomina Teding van Berkhout, zuster van Pieter. Drossaard van Gorkum en dijkgraaf van het land van Arkel, raad van Gorkum. Gecommitteerde van Holland en Westfriesland ter Admiraliteit van de Maze (1686). Bronnen: Journalen van de reis naar Engeland, van de reis naar Frankrijk en van de reis naar Spanje; C. Huygens' ‘Instruction’; Briefw. C. Huygens; Oeuvres Compl. van Christiaan, z.v.: NNBW I, 1190, 1191; Bachrach, Ludovicq; Roorda, Partij, 216-220; Heringa, passim; Bots, passim.
jan martensz. merens (Hoorn 14-1-1574-Baarn 22-11-1642), zoon van Jan Martsz. en Maria Verduyn. Franse school in Haarlem en opleiding voor de lakenhandel in Amsterdam en Lissabon (tussen 1594 en 1597). Groote Tour van (Calais) 15 maart 1600 tot half okt. 1600 door Frankrijk, Genève, Italië en Duitsland. Tr. Hoorn 20-7-1603 Aeltje Beverwijck. Tr. 2o Hoorn 3-3-1613 Maria van Segwaert. Koopman en reder. Verschillende keren burgemeester van Hoorn en heemraad van de Beemster. Bewindhebber der W.I.C. en afgevaardigde der V.O.C. te Londen (1629-1634). Bron: Reisjournaal. z.v.: A. Merens; Hoogewerff, Tourist.
reinier van oldenbarnevelt, ridder, heer van den Tempel, van Groenevelt enz. (Rotterdam 1588-'s-Gravenhage 29-3-1623), zoon van Johan en Maria van Utrecht. Vergezelde zijn vader op diens missie naar Frankrijk en Engeland in 1598 en misschien (met Willem) naar Engeland in 1603. Imm. Heidelberg 29-8-1606; Genève 24-11-1607. Reis van 1606 tot voorjaar 1608 naar Praag, door Duitsland, Genève en Frankrijk, samen met zijn broer Willem. Tr. 20-7-1608 Anna Weytzen. Opperhoutvester van Holland, hoogheemraad van Delfland. Na dood van Oldenbarnevelt uit zijn ambten ontzet en na het attentaat op Prins Maurits onthoofd. | |
[pagina 331]
| |
Bron: Brieven van François van Aerssen aan Oldenbarnevelt. z.v.: NNBW V, 393, 394; Oldenbarnevelt, Besch. I, II; Den Tex, Oldenbarnevelt.
willem van oldenbarnevelt, ridder, heer van Cralingerpolder, Stoutenburg enz. ('s-Gravenhage 1590-Brussel 1634), broer van Reinier. (Misschien) reis naar Engeland in 1603. Imm. Heidelberg en Genève samen met Reinier (zie hierboven). Imm. Padua 12-11-1609; Siena 16-2-1610. Groote Tour van 1606 tot voorjaar 1609, naar Praag, door Duitsland, Genève en Frankrijk. Vervolgens van okt. 1609 tot zomer (?) 1610 reis door Italië en terug door Frankrijk. In 1613 reis naar Engeland. Tr. 1616 Walburg van Marnix, dochter van Philips. Enige jaren gentilhomme ordinaire in hofdienst van Hendrik IV van Frankrijk. Ritmeester in dienst van de Staten van Overijssel. In 1617 benoemd tot gouverneur van Bergen op Zoom. Na het attentaat op Prins Maurits in 1623 vlucht naar het buitenland. Vestigt zich naderhand in Brussel. Bron: Brieven van Van Aerssen aan Oldenbarnevelt. z.v.: NNBW V, 394, 395; H.C. Rogge; Den Tex, Oldenbarnevelt; Van der Vecht; Oldenbarnevelt, Besch. I, II.
wicher pott (Akerk, gedoopt 9-10-1661-Groningen 13-12-1716), zoon van Pieter en Margaretha Froon. Imm. Leiden 24-9-1683, j. Imm. Padua 19-6-1686, artes. Groote Tour: zomer 1684 bezoek aan zuidoost Engeland; voorjaar 1685 tot okt. 1686 reis door Frankrijk, Italië, Zwitserland en Duitsland. Tr. Groningen 26-2-1699 Gerhardina Lohman. Herhaaldelijk ambtman van het Goorecht, raadsheer in Groningen, lid Staten-Generaal (1706, 1709), lid gedeputeerde Staten (1712, 1715). Bron: Zijn reisbrieven. z.v.: P.C. Bloys van Treslong Prins, ‘Genealogie van het geslacht Lohman’, C.B.G. 's-Gravenhage 1917, p. 8; Groningse Volksalmanak 1921, p. 23.
coenraad ruysch (Dordrecht 22-10-1650-Leiden 23-3-1731), zoon van Nicolaas en Maria Paets. (Vermoedelijk) Imm. Leiden 5-10-1666, hist. Baccalaureus en D.U.J. Poitiers, 25-4-1677. Groote Tour van 3 mei 1674 tot najaar 1677 (journaal breekt af okt. 1677 in Parijs), samen met zijn neef Dirk van Hoogeveen, door Duitsland, Zwitserland, Italië, Genève en Frankrijk. Tr. 1680 Maria Cunaeus. Tussen 1684 en 1731 zestien keer burgemeester van Leiden, tussen 1687 en 1720 herhaaldelijk zitting in het college van gecommitteerde Raden van Holland en Westfriesland, lid der Staten-Generaal (1696, 1697), rentmeester van de universiteit van Leiden. Bron: Zijn reisjournaal. z.v.: Hora Siccama 603; Schutte; Leids Jaarboekje 1915 ‘Leidse studentenvrijwilligerscorpsen in 1672, 1815 en 1830-1831’; K. Langedijk (in dit artikel is sprake van de serie vedute van Rome die Lieven Cruyl tekende in opdracht van Ruysch en van verwijzing naar J.G. Graevius' ‘Thesau- | |
[pagina 332]
| |
rus antiquitatum Romanarum IV’ waarin Cruyls tekeningen zijn gereproduceerd).
johan thijs (thysius) (Amsterdam aug. 1621-Leiden 8-10-1653), zoon van Anthony en Elisabeth de Bacher. Imm. Leiden 13-8-1635, l. L.U.J. Angers 23-8-1647. Imm. Leiden 27-8-1648, D.U.J. aug. 1652. Tour door Frankrijk en zuidoost Engeland van eind okt. 1646 tot mei 1648. Advocaat in Leiden, stichter van de Bibliotheca Thysiana in Leiden. Bron: Zijn ‘Reysboeck’ in ms en in ed. van C. de Jonge. z.v.: NNBW V, 925, 926.
françois z(s)oete de la(e)ke(n) de villers, heer van Potshoek (24-4-1637-'s-Gravenhage 14-10-1720), zoon van Alexander en Adriana van Aerssen (dochter van François, gezant te Parijs). Imm. Leiden 17-6-1647, l. Reis naar Frankrijk en verblijf te Parijs, onder leiding van A. de Brunel, van dec. 1656 tot april 1658, samen met zijn broer Philippe. Het reisverslag eindigt met de mededeling dat zij op punt van vertrek staan voor een ‘voyage de Bourbon’. Tr. najaar 1678 Henriëtte van Aerssen, kleindochter van François. Bron: Reisverslag. z.v.: ‘Dossier de Zoete’ C.B.G.; Van der Aa, 822, 823.
philippe z(s)oete de la(e)ke(n) de villers, heer van Zevender (29-1-1636-21-3-1689), broer van François. Studie te Leiden en reis naar Frankrijk samen met François. Tr. 1666 Anna van der Does. Afgevaardigde der edelen in de Raad van State. Bron en verdere gegevens: zie hierboven, François.
willem van den vondel (Amsterdam 1603-Amsterdam jan. 1628), zoon van Joost en Sara Pietersd. Cranen. Imm. Leiden 10-5-1623, j. Imm. Orléans eerste halfjaar van 1626, tweede helft van dat jaar assessor Natio Germanica, belast met beheer der bibliotheek van de Natio. Waarschijnlijk ook promotie tot D.U.J. (vriendelijke mededeling Mw. C. Ridderikhoff). Groote Tour van 1624 tot 1626, door Italië en Frankrijk. Advocaat in Amsterdam, dichter. Bron: Enkele brieven uit Rome, maart 1625, zie Sterck. z.v.: NNBW IX, 1228-1230; Hoogewerff, Dichters.
gijsbert de with (Dordrecht 19-7-1611-?), zoon van Cornelis en Elisabeth van Haarlem. Imm. Leiden 22-4-1630, l. enj. Imm. Orléans 18-9-1634; D.U.J. Orléans 18-9-1634. Reis naar Frankrijk in 1634 en 1635. Tr. Brazilië 14-5-1645 Donna Anna Pais d'Altro. In dienst W.I.C. Lid Hoge Raad en president van de Raad van Justitie in Brazilië. In 1657 en 1661 afgezant der Republiek naar Portugal. Bron: Reisjournaal. z.v.: NNBW III, 1454; Bots, Voyages. | |
[pagina 333]
| |
cornelis de witt (Dordrecht 25-6-1623-vermoord 's-Gravenhage 20-8-1672), zoon van Jacob en Anna van den Corput. Studie te Leiden, L.U.J. te Angers en reis naar Frankrijk en Engeland samen met zijn broer Johan. Tr. 21-9-1650 Maria van Berckel. Advocaat in Dordrecht, schepen, ruwaard van Putten, burgemeester van Dordrecht (1666, 1667), gedeputeerde der Staten Generaal op de vloot in 1667 en 1672, curator van de Leidse universiteit. Bron: Reisjournaal. z.v.: NNBW III, 1450-1453.
johan de witt (Dordrecht 24-9-1625-vermoord 's-Gravenhage 20-8-1672), zoon van Jacob en Anna van den Corput. Imm. Leiden 24-10-1641. L.U.J. Angers 22-12-1645. Tour door Frankrijk en zuidoost Engeland in 1645, 1646, samen met zijn broer Cornelis. Tr. 16-2-1655 Wendela Bicker. Advocaat in Den Haag, pensionaris van Dordrecht, raadpensionaris vanaf 1653. Wiskundige. Bron: Reisjournaal. z.v.: NNBW III, 1459-1468; Rowen. |
|