Tpalays der gheleerder ingienen, oft der constiger geesten(1556)–Frans Fraet– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Folio Dvv] [fol. Dvv] lij. Den Arent die maect groote lamentatie Tot elcker spatie // van sijn quade fortuyne onplaysant Groot verdriet hi heeft, en desconfortatie Als hi hem seluen is vindende inden brant Den pijl inde borst, die daer was triumphant Met pluymen verchiert, schoon van coluere Dwelck hi wel soude hebben ghekeert, want Hi hadt moghen ontulien, duer sijn natuere Sghelijcx menich mensch groot van valuere Is selue cause van sijn turbatie Hy behoort wel te hebbene discretie puere Te vluchtene dat hem deert telcker spatie Vorige Volgende