Geestelyck lietboeck genaemt de Basuyn
(1626)–Simon Jansz Fortuyn– AuteursrechtvrijOp de wyse: Doet u ooghjens open.
GEen vergaren vreughdigh
Heeft hier vast bestandt,Ga naar voetnoot1
Al vergaert men jeughdig,Ga naar voetnoot2
T scheyden is voor handt,
Dus so te vergaeren
Dat u 't scheyden onversien
Niet en komt beswaren,
Recht of het niet con gheschien.
In dit tijdtlijck leven
Men niet sekers vint,
'T can gheen vreughde gheven
| |
[pagina 28]
| |
Die den druck verslindt,
Ga naar voetnoot3Want 's Wereldts gheneughde
Is, als men het wel door-siet,
Ga naar voetnoot4Niet dan ydel vreughde
Die als een roock snel door vliet.
Eer men can bedencken
Eenigh vreughdigh spel,
Ga naar voetnoot5Comt den tijdt dick schencken
Grooten druck seer snel,
Want niet is bestendigh
Of ment al in waerden heeft,
'T wort strack weer af-wendigh
So lang men op Aerden leeft.
Reuckeloos veel bouwen
Ga naar voetnoot6Op Werelts voorspoet,
Ga naar voetnoot7En seer vast betrouwen
Met een hooghen moet,
Op tgheen is voor ooghen,
Dat elck abondant begheert,
Maer zy zijn bedrooghen
Alst haer onder hant verteert.
Ga naar voetnoot8T is best te begheeren
| |
[pagina 29]
| |
Dat nimmer verdwijnt,
Dats de vrees des Heeren,Ga naar voetnoot9
Saligh die hem vijnt:
T is een vreughden-croone,
Wilt u daer toe porren al,
Datse wert u loone,
Want hy niet verdorren sal.
In 's Heeren ghebodenGa naar voetnoot10
Schept doch al u lust,
Laet u daer toe nooden
Met een hart gherust,
Ghy sult plaets verwerven
Daer men nimmer treurigh is,
In des Hemels ErvenGa naar voetnoot11
Daer die vreught ghedurigh is.
Een vermaeklijck scheyen
Wt dees Werelt boos,Ga naar voetnoot12
Sullen zy verbeyen
Die met lust altoos
Na dees vreughden trachten,
'T zy in verdriet, pijn, of druck,
Want dat zy verwachten
| |
[pagina 30]
| |
Ga naar voetnoot13Sal eeuwighlijck zijn gheluck.
Nae dit waer versamen
Ga naar voetnoot14Is gheen scheyden meer,
Dus leeft na 't betamen,
Dat ghy niet scheydt weer,
Ga naar voetnoot15Want Gheestlijck beginnen
Daer ghy toe ghecomen zijt,
Maer om te verwinnen
Vroomlijc sonder schromen strijt.
Zijn moet ghy volhaerdigh
Ga naar voetnoot16Met al u ghemoet,
Om te treden vaerdigh
Ga naar voetnoot17Na die stadt vol goet,
Sult ghy 't Rijck verwerven
Daer men nimmer scheyden sal
Och wilt u vleys sterven
Te recht hy u leyden sal.
'T mist wel meer. |
|