Frans Coenen

[p. 225]

Bibliografie

A.	In boekvorm verschenen werk.
B.	Ongebundelde bellettrie (een keuze).
C.	Opgenomen, genoemde of geraadpleegde literatuur.

A. In boekvorm verschenen werk

De Fransche wet tot bescherming van verwaarloosde en mishandelde kinderen. Amsterdam (H.C. Delsman) 1892. Proefschrift. Hiervan verscheen geen handelseditie.

Verveling. [novelle]. Amsterdam (Jan Leendertz & Zoon) [1892]. Er zijn ex, die het jaar van uitgave wel op de titelpagina hebben staan. Idem. Roman. Nawoord door I. Sitniakowsky. 2e dr. Amsterdam (Meulenhoff) 1974. Meulenhoff Editie 356. Voorpublikatie: Fragment (o.d.t. ‘Stroom-af’). In: Amsterdamsche Studenten-Almanak 1891, p. 300-369.

Studies. [4 novellen]. Utrecht (H. Honig) 1894. Voorpublikaties: ‘Een treurig sterfgeval’. In: Amsterdamsche Studenten-Almanak 1890, p. 400-430. ‘Een avond’. In: De Gids 58 (1894) I, jan., p. 147-159. ‘Angst’ (o.d.t. ‘Spookhistorie’). In: Propria Cures 3 (1891-1892), p. 128 e.v. ‘Kermis’ werd niet eerder gepubliceerd.

Een zwakke. [roman]. 's-Gravenhage (Loman & Funke) 1896. Idem. 2e dr. Haarlem (De Erven Loosjes) 1901. Voorpublikaties: Fragmenten. In: Nederland 1894, III, p. 233-262; De Kroniek 19.4.1896 en 25.10.1896.

[Frans Coenen Jr.]. Catalogus der bibliotheek van het museum Willet-Holthuysen. Amsterdam (z.u.) 1896. Met een voorwoord van D. Franken Dz.

Bleeke levens. [5 novellen en een reisbeschouwing]. 's-Gravenhage (Loman & Funke) 1899. Voorpublikaties: ‘Vervreemd’. (Fragment o.d.t. ‘Mathilde Ruysch’ en het pseudoniem

[p. 226]

Egmond) In: Amsterdamsche Studenten-Almanak 1892, p. 268-305; (volledig in:) Nederland 1896, III. p. 3-54 (aldaar gedateerd: 10 april '96). ‘Twijfelmoedig’. In: Woorden Beeld 1898 (aug.). p. 237-246 (met ills. van J.H. Jurres). ‘Kinderleven’. In: De Kroniek 15.1.1899 - 25.6.1899. ‘In België’. In: Nederland 1897, III, p. 307-330. ‘Bleeke levens’ en ‘Zomermiddag’ niet achterhaald.

[Frans Coenen Jr.]. Catalogus van kunstvoorwerpen der verzameling-Willet-Holthuysen. Amsterdam (Stads-Drukkerij) 1901. Met een voorwoord ‘De geschiedenis van het huis’.

Zondagsrust. [roman en novelle]. Amsterdam (L.J. Veen) [1902]. Idem. [2e dr.]. Amsterdam (Johannes Müller) z.j. Idem. [3e dr.]. Amsterdam (Em. Querido) 1935. De Salamander. Idem. [4e dr.]. In: Verzameld werk (1956), p. 9-125. Idem. Roman. [5e dr.]. Amsterdam (G.A. van Oorschot) 1965. De Witte Olifant. Eerste afzonderlijke uitgave van het titelverhaal. Idem. 6e dr. Amsterdam (Em. Querido) 1980. Salamander 498. Tweede afzonderlijke uitgave van het titelverhaal. Voorpublikaties: ‘Zondagsrust’. Fragment. In: Den Gulden Winckel 1 (1902) 2 (15 febr.), p. 11-13. ‘Bezwaarlijke liefde’. In: Tweemaandelijksch Tijdschrift 5 (1899) II, 5 (sept.), p. 173-208.

In duisternis. [roman]. Amsterdam (L.J. Veen) [1903]. Idem. 2e dr. Amsterdam (Em. Querido) 1981. Salamander. (Verschijnt binnenkort). Voorpublikatie: In: Tweemaandelijksch Tijdschrift 7 (1901) II, 5 (sept.), p. 191-239; 6 (nov.), p. 423-462.

I. Schetsen. Tilburg (De Tilburgsche Handelsdrukkerij) [1903]. Letterkundige Bibliotheek voor Katholieken, bezorgd door de Leeraren van 't R.K. Gymnasium te Tilburg. Nr. 3. Met een inleiding en annotaties. Idem. [2e dr.] Tilburg (De Tilburgsche Handelsdrukkerij) z.j. Identiek aan de eerste druk; op omslag: tweede druk. Voorpublikaties: ‘Een vergissing’. In: Woord en Beeld 1900, p. 166-169 (met ills. van C. Koppenol). ‘Het leven dat voorbijgaat’. In: Woord en Beeld 1900, p. 170-175 (met ills. van C. Koppenol). ‘Aan zee’ en ‘Huislijk leed’ niet achterhaald. De eerste drie schetsen tevens in Vluchtige verschijningen (1903).

[p. 227]

Vluchtige verschijningen. [Studies en vertellingen, natuurstemmingen en reisindrukken, losse beschouwingen]. Amsterdam (L.J. Veen) [1903]. Voorpublikaties: ‘Van een klein leven’. In: Arcadia 15.9.1900. ‘Wintermorgen’. In: Hollandia 25.2.1899. ‘Oud-worden’. In: Hollandia 21.1.1899. ‘Een vergissing’. In: Woord en Beeld 1900, p. 166-169 (met ills. van C. Koppenol). ‘Het leven dat voorbijgaat’. In: Woord en Beeld 1900, p. 170-175 (met ills. van C. Koppenol). ‘Op straat’. In: De Kroniek 7.4.1900. ‘Van zee en land’. In: De Kroniek 21.8.1898 - 30.10.1898. ‘Warme dag’. In: De Kroniek 16.7.1899. ‘In Parijs’. In: De Kroniek 22.10.1899 en 5.11.1899. ‘Reisstemmingen’. In: De Kroniek 9.5.1897 en 23.5.1897. ‘Zomer enz.’. In: De Kroniek 29.5.1898. ‘Zomerbui’. In: De Kroniek 26.5.1900. ‘Herfst’. In: De Kroniek 22.9.1900. ‘Circus-verschijningen’. In: De Kroniek 20.2.1898. ‘Honden en menschen’. In: De Kroniek 1.5.1898. ‘Van verkoopingen en kiesche erfgenamen’. In: De Kroniek 3.12.1899. ‘Carnaval’. In: De Kroniek 4.3.1900. ‘Aan zee’, ‘Een visite’ en ‘IJdel verlangen’ niet achterhaald.

Burgermenschen. [3 novellen]. Rotterdam (W.L. & J. Brusse) 1905. Voorpublikaties: ‘Burgermenschen’. In: De Kroniek 25.5.1901 - 9.11.1901. ‘De zomergenoegens van de familie Kramp’. In: De XXe Eeuw 10 (1904) IV, 12 (dec.), p. 312-350. ‘Op den weg tot geluk’ niet achterhaald.

Zomergenoegens van de familie Kramp. [novelle]. Rotterdam (W.L. & J. Brusse) [1906]. Een Boek 2. Uit: Burgermenschen (1905).

Het museum Willet-Holthuysen. Kleine studies in verband met de verzameling-Willet over glas, ceramiek, zilver, enz. Amsterdam (L.J. Veen) 1906. Voorpublikaties: In: Onze Kunst 1 (1902) I, p. 88-95 en p. 161-173; 1 (1902) II, p. 126-134; 2 (1903) I, p. 202-216; 4 (1905) II, p. 27-43.

The Willet-Holthuysen museum. Short essays, in connection with the Willet-collection, on glass, china, silver, etc. Amsterdam (L.J. Veen) 1907. Vertaling van Het museum Willet-Holthuysen (1906).

[Frans Coenen]. Catalogue d'objets d'art de la collection Willet-

[p. 228]

Holthuysen. Amsterdam (Typographie Municipale) 1907. Vertaling van Catalogus van kunstvoorwerpen der verzameling-Willet-Holthuysen (1901).

Kunst aan het volk. Pro: Frans Coenen Jr. Contra: Corn. Veth. Baarn (Hollandia-Drukkerij) 1909. ‘Pro en Contra’ betreffende vraagstukken van algemeen belang, serie V nr. 6.

Charles Dickens en de romantiek. Amsterdam (De Maatschappij voor goede en goedkoope lectuur) [1911]. Nederlandsche Bibliotheek 160.

Franc. de Pressensé. De verschrikkingen der Russische gevangenissen. Vertaald door Carry van Bruggen. Met voorwoord van Frans Coenen. Amsterdam (De Maatschappij voor goede en goedkoope lectuur) [1913]. Volksbibliotheek [I, 8].

‘Kunst en maatschappij’. In: Het huiselijk en maatschappelijk leven onzer voorouders. Uitgegeven onder leiding van H. Brugmans. Door deskundigen op het gebied der cultuurgeschiedenis van Nederland. Deel 2. Amsterdam (Elsevier) 1915, p. 1-54. In 1917 verscheen een titeluitgave o.d.t. Nederland door de eeuwen heen. Idem. 2e dr. 1931.

‘Inleiding tot Goethe's “Werther”’. In: Uren met Goethe. Een keur van stukken uit zijne werken, vertaald en van inleidingen en aantekeningen voorzien. I. De ‘Werther’. Vertaald door Sal. Person en ingeleid door Frans Coenen. Baarn (Hollandia-Drukkerij) 1916. Boeken van wijsheid en schoonheid [nr. 6], p. 1-42.

Wally Moes. Nagelaten vertellingen. Met een voorwoord van Frans Coenen. Amsterdam (Scheltema & Holkema's Boekhandel) [1920].

August Strindberg. De zoon der dienstmaagd. Roman. Uit het Zweedsch door J.C. de Cock. Met een inleiding van Frans Coenen. Amsterdam (J.M. Meulenhoff) 1923. Idem. 2e dr. 1927.

Studiën van de Tachtiger Beweging. Middelburg (G.W. den Boer) 1924. Idem. 2e dr. Utrecht (Reflex) 1979. Voorpublikatie: In: Groot-Nederland 1918, 1920, 1921 en 1923 (Het eerste hoofdstuk ‘Inleiding. - De literatuur vóór Tachtig’ is in de boekuitgave vervangen door een korte inleiding).

‘De groei der Nederlandsche Letteren in de 19e eeuw’. In: Honderd jaar. Eeuwboek 1828-1928 bij het eeuw-feest der firma C.J. van Houten en Zoon, in hare opdracht samengesteld door Gerh. van Dijk. 's-Gravenhage (W.P. van Stockum en Zoon) 1928, p. 49-63. Idem. 2e dr. 1928.

Reizen. Een uitweiding en inwijding. Amsterdam (Em. Querido) 1929. Idem. 2e dr. In: Verzameld werk (1956), p. 477-507.

[p. 229]

De brand in den Rijksdag. Het officieele rapport van de internationale juristen-commissie. Inleidend woord van Frans Coenen. Amsterdam (De Gulden Ster) [1933].

‘Carry van Bruggens Heleen’. In: Carry van Bruggen. Heleen. “Een vroege winter”. 2e dr. Amsterdam (Wereldbibliotheek) 1934. p. VII-XVII. Idem. 3e dr. z.j.

Onpersoonlijke herinneringen. Utrecht (A.W. Bruna & Zoon) [1936]. Idem. [2e dr.]. Utrecht (A.W. Bruna & Zoon) [1946]. Perpetua 1. Met ills. van Jan Roede. Idem. 3e dr. Utrecht (A.W. Bruna & Zoon) 1952. Kleine Bruna Bibliotheek. Met ills. van Jan Roede. Idem. [4e dr.]. In: Verzameld werk (1956), p. 129-208. Idem. [5e dr.]. Utrecht/Antwerpen (A.W. Bruna & Zoon) 1974. Voorpublikatie: In: Groot-Nederland 34 (1936) I, 1 (jan.), p. 7-23; 2 (febr.), p. 116-129; 3 (maart), p. 210-226 en 5 (mei), p. 408-424.

Veertig jaar commentaar. Een keuze uit de kleine geschriften. Bijeengebracht en ingeleid door Barend de Goede. Utrecht/Antwerpen (A.W. Bruna & Zoon) [1947]. Overdruk van Ad Interim 4 (1947) [6/]7 (juli), p. 193-320.

Verzameld werk. [Bloemlezing]. Amsterdam (G.A. van Oorschot) 1956.

‘The house on the canal’. In: Frans Coenen. The house on the canal. J. van Oudshoorn. Alienation. Leyden/London/New York (Sythoff/Heinemann/London House & Maxwell) 1965. Bibliotheca Neerlandica 7, p. 9-99. Vertaling van Onpersoonlijke herinneringen door James Brockway, gevolgd door een vertaling van Van Oudshoorns Willem Mertens' levensspiegel door N.C. Clegg.

Provo avant la lettre. Inleiding van B. de Goede. Den Haag (Bert Bakker/Daamen) 1968. Top-punten. Bloemlezing uit Veertig jaar commentaar (1947).

De muzikale beddenmaker. Utrecht (Reflex) 1981. Novellen-reeks 5. (Verschijnt binnenkort). Voorpublikatie: In: Groot-Nederland 39 (1941) II, 12 (dec.), p. 401-438 (met een inleiding ‘Nagelaten werk van Frans Coenen’ door Gerard van Eckeren).

B. Ongebundelde bellettrie (een keuze)

Reisverslagen en andere half-literaire beschouwingen zijn niet opgenomen, evenals de korte impressionistische schetsen die Coenen vooral voor De Kroniek schreef (zie hiervoor het register in Thys, 1956).

[p. 230]

‘[2] Sonnetten’. In: Nederland 1890, I, p. 139-140.

‘Schouwburgbrand. (Een herinnering).’ door F.C. [Frans Coenen Jr?]. In: Nederland 1890, II, p. 57-61. ‘Stille liefde’. [novelle]. In: Propria Cures 11.11.1890, 18.11.1890 en 2.12.1890.

‘Herinnering’. [gedicht]. In: Nederland 1891, I, p. 497-498.

‘Noodlottige gelijkenis’. [novelle]. In: Europa 1896, I, p. 269-286.

‘Een familiefeest’. [novelle] door H. ten Amstel [Frans Coenen Jr.]. In: Tweemaandelijksch Tijdschrift 3 (1896-1897) I, 2 (nov. '96), p. 163-205.

‘Het onverwachte’. [schets] door J.C. Jr. [Frans Coenen Jr.]. In: Hollandia 10.12.1898.

‘Badgasten I, II, III’. [schetsen]. In: Hollandia 7.10.1899 en 18.11.1899.

‘Laatste morgen’. [novelle]. In: De XXe Eeuw 8 (1902) II, 9 (sept.), p. 330-352.

‘Buurtschetsjes (Eenhoog, tweehoog, driehoog; De kip)’. In: De Nieuwe Gids 18 (1902-1903), p. 85-93.

‘Kleine ervaringen’. [novelle]. In: De Kroniek 18.6.1904 - 23.7.1904.

‘Een uitweg’. [novelle]. In: Groot-Nederland 5 (1907) I, p. 369-395.

C. Opgenomen, genoemde of geraadpleegde literatuur

Annelèn. ‘Hoe de verzameling groeide en groeide...’. In: Algemeen Handelsblad 3 augustus 1935.

Bergvelt-Breedt Bruyn, Martje. ‘Twee inleidingen van Frans Coenen bij zijn Studiën van de Tachtiger Beweging’. In: P.K. King and P.F. Vincent (ed.). European Context. Studies in the history and literature of the Netherlands, presented to Theodoor Weevers. Cambridge 1971, p. 347-361.

Borrie, G.W.B. Pieter Lodewijk Tak (1848-1907). Journalist en politicus. Assen 1973.

Bruggen, Carry van. Prometheus. Een bijdrage tot het begrip der ontwikkeling van het individualisme in de literatuur. 2 delen. Rotterdam 1919.

Bruggen, Carry van. Vijf brieven aan Frans Coenen. Uitgegeven, ingeleid en van aantekeningen voorzien door J.M.J. Sicking. 's-Gravenhage 1970. Achter het boek 6 (1967) 3.

Bruggen, Carry van. ‘Wie van zich doen spreken. Frans Coenen’. In: De Amsterdamsche Dameskroniek 12 mei 1917.

C[oenen] Jr., F[rans]. ‘Het museum Willet-Holthuysen’. In: Woord en Beeld 1896, p. 295-298.

Coenen, Frans. ‘Het museum Willet-Holthuysen’. In: De Amsterdamsche Dameskroniek 7 april 1907.

[p. 231]

Coenen, Frans. ‘Het museum Willet-Holthuysen’. In: Boon's Geïllustreerd Magazijn 9 (1907) 12 (dec.), p. 478-489.

Constandse, A.L. ‘Journalistiek en literatuur’. In: De Gids 141 (1978), p. 502-507.

Dam. C.F. van. ‘Herinneringen aan Frans Coenen’. In: Nieuwe Rotterdamsche Courant 25 juni 1936.

Diepenbrock, Alphons. Verzamelde geschriften. Bijeengebracht en toegelicht door Eduard Reeser, in samenwerking met Thea Diepenbrock. Utrecht/Brussel 1950.

Diepenbrock, Alphons. Brieven en documenten. Bijeengebracht en toegelicht door Eduard Reeser. Deel 3. 's-Gravenhage 1970.

Eeghen, I.H. van. ‘Het museum Willet-Holthuysen’. In: Amstelodamum 39 (1952) 6 (juni), p. 81-86.

Fens, Kees. ‘Van vermoeden naar zekerheid’. In: Kees Fens. De gevestigde chaos. Opstellen en kritieken. 2e dr. Amsterdam 1972, p. 32-42.

Fontijn, Jan. ‘Een zelfmoord in de negentiende eeuw’. In: De tweede ronde 1 (1980) 2 (herfst), p. 46-60. (Over ‘Vervreemd’ van Coenen, een gedicht van Gorter en het leven van Anna Witsen).

Greshoff, J. ‘Frans Coenen (1866-1936)’. In: Het Salamanderboek. Amsterdam 1938, p. 16-19.

Hollander, Leo den. ‘Heksensabbath III. Frans Coenen.’ [Gedicht]. In: De Kemphaan 1 (1928), juni, p. 75.

Huizinga, J. Leven en werk van Jan Veth. Haarlem 1927.

Jolles, André. ‘Aan Frans Coenen Jr.’ [Gedicht]. In: Tweemaandelijksch Tijdschrift 7 (1901) II, 5 (sept.), p. 308-310.

Jolles, André. ‘Interview’. In: De Kroniek 20 maart 1898.

Klaver. Eveline H. Claartje, mijn zusje. (Over het leven en werk van Clare Lennart). 's-Gravenhage/Rotterdam 1979.

Kuhn, Reinhard. The demon of noontide. Ennui in western literature. Princeton 1976.

Meester, J, de. Iets over de literatuur dezer dagen. Een Nutslezing. Bussum 1907.

Moor, Wam de. ‘Heren alleen of een heer met zijn meid. Enige trekken van overeenkomst tussen Frans Coenen en J. van Oudshoorn. In: Voor H.A. Gomperts. Bij zijn 65ste verjaardag. Amsterdam 1980, p. 118-126.

Oliveira, E d'. De mannen van '80 aan het woord. Gesprekken met Nederlandsche letterkundigen. Amsterdam [1909]. Nederlandsche Bibliotheek 70-71.

Proost, K.F. Frans Coenen. Een beeld van zijn leven en werk. Arnhem 1958. Proefschrift.

Proost, K.F. ‘Iets over de betrekkingen tussen Frans Coenen en Lodewijk

[p. 232]

van Deyssel’. In: De nieuwe taalgids 53 (1960), p. 95-104.

Proost, K.F. ‘W.G. Hondius van den Broek’. In: Tijdschrift voor Nederlandsche taal- en letterkunde 77 (1959-1960), p. 216-233; p. 284-298.

Quérido, Is. ‘Moderne Werkers. Kritische Essays. Frans Coenen Jr.’. In: Nederland 1902, II, p. 361-390, III, p. 3-27, p. 193-216, p. 273-300.

Robbers, Herman. ‘In memoriam Frans Coenen’. (Herdrukt) In: Wim J. Simons. De tijd van Herman Robbers. Bloemlezing uit Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift 1905-1937. Amsterdam/Brussel 1968, p. 241-243.

Roland Holst-Van der Schalk, Henriëtte. Kinderjaren en jeugd van R.N. Roland Holst. Zeist 1940.

S. ‘Het museum Willet-Holthuysen’. In: Woord en Beeld 1896, p. 298-302.

Salomons, Annie. ‘Frans Coenen’. In: Annie Salomons. Herinneringen aan schrijvers die ik persoonlijk heb gekend. 5e dr. Den Haag 1968, p. 74-81.

Thys, Walter. De Kroniek van P.L. Tak. Brandpunt van Nederlandsche cultuur in de jaren negentig van de vorige eeuw. Amsterdam/Antwerpen 1956.

Tirade 20 (1976) 219/220 (nov./dec.): ‘J. van Oudshoorn (1876-1976)’.

Ussel, J.M.W. van. Geschiedenis van het seksuele probleem. 4e dr. Meppel 1971. Boom paperback 10.

Viotta, Henri. ‘Frans Coenen’. In: Henri Viotta. Onze Hedendaagsche Toonkunstenaars. Met bijschriften van ---. Deel 1. Amsterdam [1893-1894], afl. 4 [1893].

Wiessing, H.P.L. Bewegend portret. Levensherinneringen. Amsterdam 1960.

Zimmerman, Willem. ‘Vijf en twintig jaar Kunst aan het Volk. Een overzicht en herinneringen’. In: De Socialistische Gids 13 (1928) 11 (nov.), p. 951-962.