Varianten bij Achterberg. Deel 1. De varianten
(1973)–R.L.K. Fokkema– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 191]
| ||||||||||||||||||||||
1.1.19. Kermesse d'été [697]
| ||||||||||||||||||||||
[pagina 192]
| ||||||||||||||||||||||
Gruwelen op sterk water. Mensenvlees.
Vooral verloofden moeten er naar toe,
om eindelijk te weten wat en hoe.
Zie eens zo'n ding, fluisteren vrouwen hees.
33[regelnummer]
Sla op de kop van jut, zijn hersens
krijzelen langs een liniaal omhoog.
waar ze uiteen slaan, driemaal, kort en droog
en zich verspreiden in het universum.
De cake-walk karnt de mensen, voet wordt knie
en knie wordt kin, het hoofd tolt in je borst.
Voordat de laatste glijvlucht je verlost.
40[regelnummer]
ben je God mag het weten wat of wie.
Later over de Hilversumse hei
naar huis toe lopend, beten door de nacht
de valse tanden van het geile licht
vale kwetsuren op de blauwe lei,
die ver over ons heen het Gooi in lag.
Ik weet niet meer wat Mok er nog van zei.
|
|