Varianten bij Achterberg. Deel 1. De varianten

(1973)–R.L.K. Fokkema– rechtenstatus

578 ZESTIEN I
	A: AdI III (1946), 85 /Zestien/
	B: Existentie 43 /Zestien I/ = C III 147 = VG 578

579 ZESTIEN II
	A: W I (1939), nr. 5, 27 /Zestien I/
	B: Dead End 8 /Zestien 1/
	C: Existentie 43 /Zestien II/ = C III 148 = VG 579
	[Opdracht] B: (Aan Dr A.L.C. Palies)] C: opdracht geschrapt A 3 leden komma] leden; AB 4 eeuwig komma] eeuwig

580 ZESTIEN III
	A: W I (1939), nr. 5, 27 /Zestien II/
	B: Dead End 8 /Zestien 2/ = Existentie 44 /Zestien III/ = C III 149 = VG 580
	2 borsten komma] borsten puntkomma; maar komma] maar; 4 wonderbaar puntkomma] wonderbaar dubbelepunt; 7 versmalt komma] versmalt

581 ZESTIEN IV		[Zetfout in A 3, RF]
	A: W I (1939), nr. 5, 27 /Zestien III/
	B: Dead End 9 /Zestien 3/ = Existentie 44 /Zestien IV/ = C III 150 = VG 581
	2 jaar komma] jaar dubbelepunt; 3 deds] des; geef komma] geef; 5 ligt komma] ligt

582 ZESTIEN V		[Zie 3.8.2.; zetfout in D 8, RF]
	A: W I (1939), nr. 5, 27 /Zestien IV/
	B: Dead End 9 /Zestien 4
	C: Existentie 45 /Zestien V/ = VG 582
	D: C III 151
	A 6 God komma] God puntkomma; AB 7 het zelfde] hetzelfde; BC 8 warande] D 8 waranda N.B. Van A is de slotregel ‘het zelfde lichaam dat ik vind.’ Aan BCD zijn twee regels toegevoegd.

583 HET MEISJE EN DE TIJD		[Zetfout in C 6, RF]
	A: Meisje [5-6] (geen ondertitel)
	B: Existentie 46-47 (Bij een beeld van Wijnants)
	C: C III 152-53
	D: VG 583-84
	ACD 1 toe dubbelepunt] toe puntkomma; ABD 6 mij komma] mij punt; AB 9 hooge] hoge

585 KUS
	A: AdI III (1946), 84
	B: Existentie 48-49
	C: C III 154 = VG 585
	AB 7 oogen] ogen; AB 11 oogen afbrekingsteken] ogen afbrekingsteken; AB 14 doode] dode; AB 16 tusschenpooze) tussenpoze; AB 17 drooge] droge
	Typografie A: 20 + 4] 24

586 LIEZEN EN REGENBOGEN
	A: AdI III (1946), 83 = Existentie 50-51
	B: C III 155 = VG 586
	2 beenen] benen; 3 keelen] kelen; 7 weenen] wenen; 9 zooveel] zoveel; 10 opeenen] op enen; 14 oogen] ogen

587 ROK
	A: Crit. [IV] (1945-46), 72
	B: Existentie 52
	C: C III 156 = VG 587
	A 3 hunk'rend] hunkerend; A 5 rok] rok komma; AB 6 loopen, beenen] lopen, benen; B 7 scheenen] schenen; AB 8 kuische] kuise; A 11 kousenbanden komma] kousenbanden punt; A 12 een] Een; A 13 rug puntkomma] rug punt; A 14 ik] Ik; ze] zij; gezegd puntkomma] gezegd punt; A 15 ik] Ik
	Typografie A: 15] 4 + 5 + 4 + 2

588 KRAAKBEEN
	A: AdI III (1946), 24 = Existentie 53 = C III 157 = VG 588

589 FOXTROTT
	A: Existentie 54
	B: C III 158 = VG 589
	4 teedere] tedere; oogenblik] ogenblik

590 PULLOVER
	A: AdI III (1946), 85 = Existentie 55
	B: C III 159 = VG 590
	6 behooren] behoren; 8 vereeniging] vereniging

591 TELING		[Zie 3.1.17.; zetfout in B 14, RF]
	A: Crit. [IV] 1945-1946, 72
	B: Existentie 56
	C: C III 160 = VG 591
	AB 4 strooming] stroming; A 5 stil punt Wij] stil komma wij; B 5 meenen] menen; A 7 bloem komma] bloem puntkomma; AB 13 steenen] stenen; AC 14 verhardt] verhard; AB 15 tusschen] tussen; A 17/18 humus komma spons punt / Bladmoes en mos punt] BC 17/18 bladmoes en mos puntkomma/ humus komma spons punt

592 DANAÏDE
	A: Existentie 57
	B: C III 161 = VG 592
	7 vreezen] vrezen

593 SPROOKJE		[Zetfout in B 9, RF]
	A: Meisje [7-8]
	B: Existentie 58-59
	C: C III 162-63 = VG 593-94
	AB 2 oogen] ogen; A 3 zóó] zóo] zo; A 5 verduren] verduren komma; AB 8 menschelijken] menselijken; AC 9 werden wij] werden; AB 13 teeder] teder; AB 18 hooge, zoo] hoge, zo; A 20 de] den; AB 22, 23 eenen] enen

595 TYPISTE
	A: Meisje [9-10] = Existentie 60-61
	B: C III 164-65 = VG 595-96
	19 tusschen, oogen] tussen, ogen

597 CHERUBIJN
	A: Meisje [11] = Existentie 62-63
	B: C III 164-65 = VG 597
	8 uitgebluscht] uitgeblust; 10 Deeling] Deling