Uit de ouwe speeldoos...(1932)–Emiel Fleerackers– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 92] [p. 92] Jan naar Trinetje Trinetje-lief, mijn bieke, mijn klinkend melodieke, mijn lotsken en mijn lieke!... ik kom eens even ‘kieken’ met dezen brief! Want altijd peins ik aan u, mijn vrouwke! zoet rooske zonder doren, rooi kolbloem in mijn koren, frisch haantjen op mijn toren, o vrouwken uitverkoren, Trinetje-lief... Ik peins aan u! o Mijn zoet vrouwke, mijn trek, mijn touwke, mijn katje, mijn kouwke, dat schuifelt op 't schouwke van mijn hart... Want altijd peins ik aan u, mijn vrouwke! [pagina 93] [p. 93] o mijn schoon schatje, mijn stralende stadje, mijn vodje, mijn vatje, mijn ditje, mijn datje, mijn kolibri, mijn kwart... Ik peins aan u! Zie ik de sterren omhooge, dan zie ik daar uw oogen, Trinetje, - en, ongelogen! doe ik innig bewogen de mijne toe... Want altijd peins ik aan u, mijn vrouwke! Gij, zaad in mijn bakje, gij, pluim op mijn klakje, gij, roos op mijn takje, gij, duif op mijn dakje, mijn kaketoe! Ik peins aan u! 'k Heb den koning gezien, mijn tikje! en ik salueerde - en hij knikte, en sa! mijn oogen die prikten, toen hij mij een kruisken opstrikte en vroeg: ‘Ben-je getrouwd’? - Want altijd peins ik aan u, mijn vrouwke! mijn diamant in gouden klouwke! o mijn stil koninginneke mijn vlijtig molenarinneke, ik min u, mijn Tineke van Heule! Zoet kinneke! mijn zuiver goud... Ik peins aan u! [pagina 94] [p. 94] En niet weenen meer, zulle Trinetje, en zeg me bijtijds een gebedje; hierbij zend ik u mijn portretje; Ge ziet: sergeant bij 't piketje... Trinetje-lief!... Tot later nu... 'k Omhels u, lief vrouwke, uit de verte!... en sluit mijn brief, maar niet mijn herte... - Uw beste man, Jan. - (1915) Vorige Volgende