Heiruiker(1935)–Emiel Fleerackers– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 35] [p. 35] Een oud Sermoon 'k Herinner mij nog een oud sermoon van onzen Heere Deken. Die oude man, die kon wat schoon, die kon wat heilig preêken! - ‘Beminde Christnen’, sprak hij zoo, ‘ik moet u rechtuit spreken, en hoort ge 't ook misschien al noô, ge kent den ouden Deken. - “Tentatio diaboli”, uit Paulus, tiende reke; en dat wil zeggen: “Waak en zie! De duivel zit met streken!” - Ge weet genoeg, zoo veel ge zijt, 'ne mensch heeft veel gebreken; dat is me nu vóór korten tijd nog eens te meer gebleken. - [pagina 36] [p. 36] Want, kom ik in de kerke Kier, - ik zeg, 'k zal rechtuit spreken, - het riekt zooals bij een barbier of lijk in de apotheken. - 'k En wete waarlijk, hoe ik peis, wat gij op zak hebt steken; of is 't met fleschkens van Parijs, dat gij u hebt bestreken? Zoo gij die reuken hebt van doen, voor ziekte of lijfsgebreken, dan zeg ik u met al fatsoen, ge moet den dokter spreken. - Maar hebt ge 't niet van doen, dan, zie! 'k beklaag uw zielsgebreken! Tentatio diaboli!... ge moogt die fleschkens breken!’ - En na 't sermoen, een juffer zei: - ‘Wat zaagt hij toch, de Deken!... De mensch wordt oud ja... en daarbij, hij heeft nooit kunnen preêken!’ - Vorige Volgende