El sisilobi, of het basisonderzoek
(1969)–L.H. Ferrier–
[pagina 45]
| |
[V]Niemand weet waar het vandaan komt. Als een duivelszaad schiet het sisilobi-verschijnsel omhoog. Eerst vreemd, maar dan raakt men er mee vertrouwd en vindt men het gewoon de plantjes in de eigen tuin aan te treffen. Overal komt men met zijn sisilobi. Van het duurste en stevigste hout laat Buni een boerikikar timmeren die geel geschilderd word. Hij heeft het nu steeds over zijn boerikikar, waarbij hij zich van de geaffekteerde uitspraak bedient (boeritji). Hij kan het zich nu ook permitteren. Een oudere funktionaris heeft zijn salaris, met twee jaar terugwerkende kracht, laten verdubbelen. Dit, nadat Buni gezworen had over de kategorieën, de grensgebieden en de psychokartografen te zwijgen. Hij moet erg voorzichtig zijn want hij staat op de lijst en wordt gekontroleerd. Overal verschijnt men met zijn sisilobi. Zelfs op de meest officiële bijeenkomsten. Dienstboden mogen de dure, volautomatische amerikaanse sleeën gebruiken om naar de markt te gaan. De mannen parkeren vol trots hun schitterende boerikikarren voor hun kantoren. De hele dag hangen ze uit de ramen om die te bewonderen. 's Avonds gaan ze ermee rijden. En dit terwijl de vrouwen nog niet eens toestemming gekregen hebben om te mogen opdonderen. Meestal zitten ze in de badkamer te huilen. Daar vinden de buitenvrouwen hen. Om de beurt troosten zij elkaar, onderbroken door luid solo- of tweestemmig geween. De meeste boerikikarren zijn groen, rood, geel, blauw, paars of zwart geverfd. Geen van de sisilobis is een echte sisilobi. Al hoopt Buni dat de zijne een echte is. Alleen zijn sisilobi, en wenst hij zelfs die van Mohammed de valsheid toe. Maar zoals Buni erover denkt, denkt een ieder erover. Niemand twijfelt aan de echtheid van zijn eigen sisilobi. Daarom komt het misschien een enkele maal voor dat de gewone ezels, want dat zijn de sisilobis in Paramaribo, iets specifieks sisilobis' vertonen! Op een besloten vergadering van sisilobihouders verklaart iemand dat bij de in Suriname voorkomende sisilobis, de weerstand tegen de kleur wit het sterkst ontwikkeld is. De man die later een witte kar op de weg brengt, blijkt een politiek gefrustreerde aktuaris te zijn. Hij houdt er extreem anti- | |
[pagina 46]
| |
revolutionaire ideeën op na. Met geweld tracht hij de natuurlijke weerstand bij de dieren te doorbreken. Thuis kladt hij foliovellen vol met zijn berekeningen om er achter te komen hoe het met zijn kansen gesteld is zo gauw als dat maar kan de gewenste symbolische driekleur-eenheid te krijgen. Die symbolische kleureenheid heeft een fetisjistische uitwerking, die hem hoge financiële winsten belooft. Hij zal alles direkt in dollars op een Zwitserse bank deponeren. 's Avonds parkeert men overal zijn sisilobis. Liefst in groepjes bij elkaar. Je kunt het nooit weten. Groen geel wit, zwart wit blauw, enz. Sterren kunnen de sisilobis ook niet verdragen. Ik bedoel gouden en zilveren sterren, in uitvoeringen van geel koper, nikkel en aluminium in de handel verkrijgbaar. Dat ze weer uitverkocht en nergens meer in Paramaribo te vinden zijn, is natuurlijk het gevolg van een opsmukrage, boerikikarren met allerlei sterren en slierten vol te spijkeren. Gelukkig niet allemaal. Die opsmukkers zijn dezelfde die dollarmunten aan rozekransen hechten of in de spleet van hun schoenveters steken. Al is het nieuwe, het statussymboolachtige, van de sisilobis er nu een beetje af, toch laat men ze altijd door daarvoor speciaal gehuurde mensen, zowel in het geheim als in het openbaar, streng bewaken. Je kan nooit weten of iemand er met je sisilobi vandoor gaat of in een onbewaakt ogenblik stilletjes ruilt. Mensen zijn soms tot de gemeenste dingen in staat. Zeker waar het sisilobis betreft! Op een receptie (iemand had eindelijk een sisilobi gevonden) krijgt Buni van iemand te horen dat Ladyans baby doodgeboren is. - Ze heeft zeker op iemands sisilobi gezeten, - denkt hij. Hij bedenkt zich direkt. Met een dergelijke veronderstelling bevestigt hij zelf de echtheid van de andere sisilobis. En alleen zijn sisilobi is een echte. Van de ene dag op de andere maakt hij het met Ladyan uit. Diezelfde dag rammelt hij zijn vrouw voor het eerst. En behoorlijk! De hele buurt staat te kijken. Ladyans moeder is geen makkelijke vrouw. Op het drukste uur van de dag komt ze bij hem voor de deur staan schelden. Zonder ophouden herhaalt ze | |
[pagina 47]
| |
alles voor een ieder, die voor een tweede keer komt aanhollen, om ook dit tweede bedrijf - een nog zeldzaam voorkomende vorm van schelden, een natuurlijke vorm van schelden - met zijn aanwezigheid luister bij te zetten. Ze schaamt zich niet de afschuwelijkste scheldwoorden en krachttermen te gebruiken. De vele ‘imapima's’ en ‘joemaka-orro's’ (hier bestaan geen nederlandse ekwivalenten voor) die ze in één adem eruit slingert, doen de al oververhitte atmosfeer voelbaar stijgen. Het publiek geniet. Zijn vrouw noemt ze een ex-motjó van vijf gulden. Het derde kind, beweert ze, is niet van hem, maar van de Chinees op de hoek. Dat kun je aan zijn te gladde haren wel zien. Buni zit stil bovenop zijn bed. Hij gelooft dat hij zich amuseert. Zijn vrouw ondergaat de scheldpartij als een tweede afranseling. Bij ieder scheldwoord krimpt ze beneden in de voorzaal nog verder in elkaar. Gelukkig is er een vriendin bij haar. Het is Louise. De man van Louise was er ook met een sisilobi vandoor gegaan. Het dier komt bij een frontale botsing om. De man vertrekt als een zwaar door het lot getroffen wrak naar Holland. Geruchten doen de ronde dat hij zich ergens in een klooster teruggetrokken heeft. Louise heeft de nodige ruzies overleefd. Scheldende moeders van buitenvrouwen voor haar deur moeten aanhoren. Door haar krachtig optreden, bewijst zij een door het lot geharde vrouw te zijn. De hele scheldpartij maakt op haar niet de minste indruk. Ze doet haar uiterste best zijn vrouw wat op te monteren en te troosten. Als deze zover is dat zij, zonder trillende handen, een glas zuurwater kan leegdrinken, steekt Louise een sigaret op, verzoekt het bevende dienstmeisje even op mevrouw te letten en stapt dan resoluut door de voordeur naar buiten. Een al te onverwachte reaktie. Enige sekonden stilte. Ladyans moeder brengt geen woord meer uit. Kijkt naar Louise en laat dan een zoekende, smekende blik langs de haar omringende menigte gaan. Haar hoop is ijdel, geen moedige souffleuse helpt haar de briljante rol verder te vertolken. Een verschijning als die van Louise verbiedt het. Een afschuwelijke afgang bij het publiek. Louise komt de stoep af en stapt naar haar toe. De spanning stijgt! - Het is meer dan genoeg, die lasterpraat van jou! Verdwijn | |
[pagina 48]
| |
liever in de richting van je huis! Je bent te oud om je nog zo op te winden. Waarom ben je niet komen schelden toen hij nog met je mooie dochter scharrelde? Je vond het toch zo geweldig dat hij haar tooide met gouden sieraden en haar een auto cadeau gaf! Een nieuwe! Toen was hij wel goed. Hè? Jij, even groot beest dat je bent. Jó geplooide koepari.Ga naar voetnoot1 Parasiet! En dan heb je nog die verregaande vrijpostigheid om hier voor de deur, zijn vrouw voor een vijf gulden-motjó te komen uitschelden. Jó. Rioolrat! Als een wojowintjeGa naar voetnoot2 gedraag je je! Abrabroki wifi, joe!Ga naar voetnoot3 Misschien heb jij bij de Chinees onder de toonbank gelegen om je schulden te betalen. Daarom heeft die Ladyan van je zulk mooi haar. Je wist toch ook dat hij al getrouwd was? Luister hier, hij heeft vier kinderen te verzorgen! Zoek maar iemand anders om je dochter te huren, als ze zelf geen man kan vinden die met haar trouwt. Ben je gek in je hoofd ‘Eh’. Met dit luide ‘Eh’ zet zij er een behoorlijke punt achter. Het applaus voor Louise is ovationeel. De vrouw durft geen woord terug te schelden. Ze wil een njang mi bakaséGa naar voetnoot4 maken, maar bedenkt zich. Ze is tenslotte ook een behoorlijke vrouw. Moeder. Wat moet ze anders doen om haar dochter te helpen? Ze weet toch ook niet dat anderen zich in de handen wrijven bij het genot, dat het werk van destruktieve chaosmonsters hun presenteert? Dit schelden is haar radeloze wanhoopslied. Zo zal ze het Louise niet kunnen uitleggen. Waarom niet? Machteloos, tranen in de ogen, die niemand ziet, keert zij zich om. Al is ze geen gemakkelijke vrouw, tegen Louise voelt ze zich niet opgewassen. Onder luid ‘Wu’-geroep, maakt ze zich uit de kring los en gaat zonder één keer om te kijken heen. Louise staart haar medelijdend na. Arme moeder. Ze kan het ook niet helpen, potie.Ga naar voetnoot5 Maar wat moet ik doen? In deze nette buurt | |
[pagina 49]
| |
kan ik haar toch niet allerlei smerige en vieze woorden laten uitbraken. Wat moet men niet denken. Ze gaat weer naar binnen om te zien hoe haar vriendin het nu maakt. Buni moet het niet in zijn hoofd halen een vinger naar zijn vrouw uit te steken, waar zij bij is. Laat hem maar met zijn sisilobi er vandoor gaan. Liever komen ze straks allebei om bij een frontale botsing! |